- blad nr 19
- 1-12-2012
- auteur R. Sikkes
- Redactioneel
Nullijn scheelt 4400 euro salaris
AOb-voorzitter Walter Dresscher noemde de nullijn al eerder ‘georganiseerde diefstal’. Als de nullijn in de komende jaren wordt doorgezet, wordt het beroep van leraar onaantrekkelijk, voorspelt hij. “Het onderwijs blijft op deze manier achterlopen. Het is niet vreemd dat veel jonge en bevlogen mensen eerder zullen kiezen voor een baan in het bedrijfsleven als de arbeidsvoorwaarden daar zoveel beter zijn.”
De nullijn werd in 2010 ingevoerd door het kabinet-Balkenende IV om de gevolgen van de crisis op te vangen. Rutte I hield daaraan vast. De Kunduz-coalitie verlengde de maatregel, iets dat Rutte II in stand heeft gehouden. Het gevolg van de nullijn is dat het onderwijspersoneel volgens het ministerie in die vier jaar 4,77 procent minder loon heeft ontvangen.
Minister Bussemaker vindt niet dat werken in het onderwijs daardoor onaantrekkelijker wordt. Zij wijst op het Convenant Leerkracht, waarvoor 3,2 procent van de loonsom beschikbaar is. Maar het gaat volgens haar bovendien niet alleen om loon. ‘De aantrekkelijkheid van de onderwijssector hangt van veel factoren af. De beloning is een daarvan, maar niet de enige. Van belang zijn mede de inhoud van het werk, de zelfstandigheid waarmee het werk uitgevoerd kan worden en de overige arbeidsvoorwaarden.’
Het Centraal Planbureau (CPB) denkt daar anders over en heeft bij de invoering van de nullijn al gewaarschuwd dat deze slecht uitpakt voor de wervingskracht van onderwijs- en overheidspersoneel. Een reparatie van het gat dat met de marktsector is geslagen is volgens het CPB in de toekomst onvermijdelijk. Wat uit de cijfers duidelijk wordt is dat de inhaalslag van het Convenant Leerkracht van 1 miljard volledig wegvalt tegen de bezuiniging van 1,47 miljard door de nullijn.