• blad nr 18
  • 17-11-2012
  • auteur A. Moerman 
  • de Vereniging

 

Gymnasiale vorming onderbelicht bij schooladvies

Onbekend maakt onbemind. Menig leerkracht (en ouder) op de basisschool heeft niet meteen de gymnasiale vorming in het vizier bij het schooladvies aan achtstegroepers. Dus verspreidt de Belangengroep Gymnasiale Vorming van de AOb jaarlijks rond deze tijd zelf een brochure.

Leerlingen te weinig? Annelies van Tongeren, secretaris/penningmeester van de Belangengroep Gymnasiale Vorming (BGV) schiet in de lach. “Integendeel. Over leerlingenaantallen hebben de gymnasia absoluut niet te klagen. Maar het zou zonde zijn als geschikte leerlingen deze optie niet meewegen bij hun schoolkeuze.”
Volgens de brochure is het nog steeds 'een wijdverbreid misverstand dat alleen zeer begaafde leerlingen voor een gymnasiumopleiding kunnen kiezen'. Elke leerling van wie wordt vermoed dat hij geschikt is voor het vwo, kan naar een van de 38 zelfstandige gymnasia of naar een van de vele gymnasiale afdelingen op brede scholengemeenschappen. Een groot verschil is dat er bij het gymnasiaal onderwijs bijzondere aandacht is voor Grieks, Latijn en klassieke culturele vorming.
“De meeste basisschoolleerkrachten hebben deze achtergrond niet. Dus is het logisch dat ze voor deze keuzemogelijkheid minder aandacht hebben. Terwijl het zo'n verrijking voor je curriculum is”, zegt Van Tongeren, zelf docent klassieke talen aan het Stedelijk Gymnasium in Nijmegen. Elke potentiële vwo'er is dus in principe geschikt. Eigenschappen die de kans op succes op het gymnasium vergroten zijn ‘doorzettingsvermogen, plezier in lezen en leren, en zelfdiscipline’. En last but nut least: belangstelling, ook voor dingen die niet direct nuttig zijn, lezen we in de brochure.

Onbevoegden
Maar is het wel zo slim om extra aandacht te vestigen op gymnasia als ze de toeloop nu al amper aankunnen? Van Tongeren meent met milde zelfspot 'dat we de invloed van een brochure niet moeten overschatten'. “Maar het is waar. Er dreigt bijvoorbeeld een tekort aan docenten in de klassieke talen. Het lukt op dit moment overal nog net om voldoende classici voor de klas te hebben. Maar het zijn relatief vaak onbevoegden. Dat pakt redelijk vaak bijzonder goed uit. Maar de minister is kritisch op dit punt. Begrijpelijk want de afgelopen jaren zijn de resultaten bij de klassieke talen niet denderend, zeg maar gerust beneden de maat. We zijn bezig om onszelf tegen het licht te houden.”
Dat verbetertraject is het gevolg van het rapport 'Het geheim van de blauwe broer' uit 2010, geschreven in opdracht van de toenmalige staatssecretaris van Onderwijs, Marja van Bijsterveldt. Een van de adviezen in dit rapport was om te komen tot een 'gouden standaard' voor het gymnasiale onderwijs. Hoe kan een gymnasiale opleiding er uitzien, wat is daarvoor nodig en wat niet? Ook zou er wat in de manier van examineren kunnen veranderen. 'Niets doen is geen optie', stelde de Verkenningscommissie twee jaar geleden. 'De eisen verlagen', zo heette dat destijds in de pers. De BGV zit in een breed samengestelde werkgroep om te kijken hoe het beter kan zonder het niveau te verlagen. De werkgroep komt komend voorjaar met aanbevelingen voor een 'gouden standaard'.
De brochure telt twaalf pagina’s. Voor de brochure betaal je alleen de portokosten: €0,78 (1-3 exemplaren), €1,17 (4-6 exemplaren), €1,56 (7-15), €2,25 (16-30), €3,00 (31-200), €4,88 (201-300), €6,69 (301-600). Bestellen kan door overmaking van de portokosten op Postbanknummer 190389 van de AOb, Utrecht, onder vermelding van ‘brochure Gymnasiaal onderwijs nu’, het gewenste aantal en je naam en adres.

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.