- blad nr 20
- 16-12-2011
- auteur . Lachesis
- Column
Not fun
Ik kan mijn ogen niet geloven nu ik hem zo zie. Is het echt dezelfde jongen die daar zit met die afsprakenlijst voor zich en die map vol doelen, tussendoelen en evaluatieformulieren? Zo’n map is toch absoluut not fun? Eerst maar eens afwachten hoe zich dit allemaal in de praktijk ontwikkelt, denk ik. Maar op de eerste stagedag staat hij keurig om vijf voor half negen bij de ingang van de gymzaal. Hij heeft een sporttas met sportkleding bij zich - zeven jaar geleden vergat hij die om de haverklap - en vanaf de eerste les ontpopt hij zich als de meest ideale stagiair die ik mij kan wensen. Tot mijn verbazing komen er alleen maar heel inschikkelijke antwoorden uit zijn mond. Is goed. Doe ik. Komt in orde. Nee hoor, geen probleem. Watervlug en uiterst behendig doet hij alle oefeningen voor waar mijn lichaam geen kans meer toe ziet. Of beter: nooit kans toe zag. Hij troost degenen die vallen en moedigt de bangeriken aan. Sam blijkt een natuurtalent en is nergens beter op zijn plaats dan hier. De kinderen vinden hem geweldig. Ze dragen hem op handen.
Dan schiet me plotseling een akkefietje uit 2004 te binnen. Op een dag loopt de moeder van Sam tijdens de les met driftige passen de klas in en schuift zonder enige vooraankondiging pardoes de tafel van haar zoon bij de tafels van zijn groepsgenootjes weg. Ik wil niet dat hij naast Aydin zit, sist ze vervaarlijk, terwijl ze zich omdraait en weer naar de deur terugloopt. Mevrouw, dat kan zomaar niet, roep ik. Maar ze is al weer weg. Schuif je tafel terug, Sam, verordonneer ik. Sam haalt berustend zijn schouders op en schuift zijn tafel weer terug. Diezelfde middag komt ze verhaal halen: Aydin is een crimineel, Aydin groeit op voor galg en rad, als ik maar weet dat haar zoon niet… Ze spuugt de woorden bijna in mijn gezicht. Aydin is een kind van elf, riposteer ik, en over de plek waar uw zoon zit, beslissen alleen zijn leerkrachten. De moeder van Sam legt zich uiteindelijk mopperend bij deze beslissing neer.
Alsof de duivel ermee speelt, doemt er zeven jaar later opnieuw een stuivende moeder op. Alleen is het de zijne niet. Een moeder uit een andere groep beweert dat haar zoon uitgelachen is door Sam tijdens de les aan deze klas en eist op hoge toon dat ze hem wil spreken. Ik onderschep haar maar net voordat ze de gymzaal binnen wil lopen en breng haar moeizaam tot rede.
Een ding is er in die zeven jaar dus niet helemaal veranderd: ik blijf de klos bij aanvaringen met boze moeders zo gauw Sam de Jong in de buurt is.