- blad nr 18
- 12-11-2011
- auteur B. Hoogenboom
- Kleine column
Selectie is geen wondermiddel
Kortom, selectie lijkt een wondermiddel dat werkt tegen een gevarieerd palet aan problemen dat te maken heeft met het onderwijs en het leraarschap. Biskop is niet de eerste die dit wondermiddel noemt. Iedere keer als de kwaliteit van het onderwijs onder vuur ligt, wordt geroepen dat het ligt aan de instroom. Inholland-bestuursvoorzitter Doekle Terpstra riep onlangs dat het met de kwaliteit van hbo-opleidingen wel goed zou komen als selectie in de toekomst mogelijk wordt gemaakt. Onderwijsinstellingen kunnen volgens voorstanders zelf het beste bepalen welke opleiding bij welke student past. Vergeten wordt dat studenten hun capaciteiten en interesses beter kunnen inschatten dan een onderwijsinstelling aan de hand van een aantal testjes. Uiteraard zorgt selectie wel voor een gemotiveerdere studentenpopulatie. Geen enkele methode voorkomt echter dat geschikte mensen uitgeselecteerd worden. Deze zogeheten false negatives zijn vaker allochtonen en vrouwen. De constatering van het CDA dat door selectie meer mannen op de pabo terechtkomen, klopt dus als er voldoende instroom is om een strenge selectie mogelijk te maken. Dergelijk discriminerend gedrag is volgens de AOb echter verwerpelijk. Bovendien wordt er de verkeerde kant op geredeneerd. In plaats van de opleiding te verbeteren en de lat hoger te leggen zodat alleen de beste en meest gemotiveerde studenten de opleiding met een voldoende kunnen afronden, wordt gesteld dat er iets met de instroom moet gebeuren. Om goede en gemotiveerde docenten voor de toekomst aan te trekken moet er iets gebeuren aan de opleiding. Maak de opleiding uitdagend en zorg dat studenten goed voorbereid het beroep instromen. Dit is niet het enige, het beroepsperspectief kan ook beter. Dus geen nullijn en ingrijpen in de vakantiedagen, maar een marktconform salaris. Door goede, uitdagende opleidingen en een goed beroepsperspectief stromen er vanzelf gemotiveerde en goede studenten in de lerarenopleidingen.