- blad nr 10
- 28-5-2011
- auteur J. van Aken
- de Vereniging
Conferentie AOb Roze
Veiligheid is ieders verantwoordelijkheid
Een homovriendelijke school is het streven, zei AOb Roze-voorzitter Peter van Dijk op 13 mei in Utrecht. “Een school waar iedereen zich gerespecteerd voelt en zich kan uiten.” Het beeld dat we in Nederland heel ver zijn met homoseksualiteit klopt niet, blijkt uit een enquête onder de 500 leden van AOb Roze. “Een docent zei: ‘Ik ben heel lang open geweest over mijn homoseksualiteit, maar ik voel me onveilig en wil niet meer dat leerlingen het weten’.” Een van de conferentiebezoekers, een coach die veel met drop-outs werkt, liet zich in dezelfde zin uit: “Ik ben lesbisch en ben er nog niet uit of ik dat wel of niet vertel. Daarover zou ik niet willen hoeven nadenken.”
Ongeveer de helft van de leerlingen heeft moeite met homoseksualiteit. Suïcide komt bij lesbische en homoseksuele jongeren zes keer zo vaak voor als bij leeftijdgenoten. Als een homoseksuele leerling zich in de klas onveilig voelt, is de veiligheid van de hele klas in het geding, zei Van Dijk. “Veiligheid is de verantwoordelijkheid van en komt ten goede aan iedereen die in het onderwijs werkt en leert.”
Contract
Hoe je het veiligheids- en diversiteitsbeleid vorm kunt geven, kwam aan bod in een workshop van Peter Dankmeijer van Edudivers, het kenniscentrum voor seksuele diversiteit in het onderwijs. “Het probleem is vaak dat scholen geen zicht hebben op de problematiek rond homoseksualiteit. Daardoor ontkennen ze dat er problemen zijn, doen niet aan educatie en hebben ze geen specifiek homobeleid”, vatte hij samen. Ook deelnemers gaven aan dat er op hun scholen te weinig gebeurt. Een schoolpastor vertelde: “Het gaat bij ons redelijk onder collega’s, maar er is over homoseksualiteit niets specifiek vastgelegd. Vroeger vond ik dat nooit zo belangrijk. Het leek me vanzelfsprekend, maar dat is het niet, begrijp ik.”
Dankmeijer gaf een opsomming van de kenmerken van goed diversiteitsbeleid. “Stel duidelijke gedragsregels op hoe met elkaar wordt omgegaan, leg vast welke maatregelen er anders volgen en handhaaf ze strikt.” Onderlinge steun van collega’s is belangrijk. “Warme verhoudingen zijn beter voor het diversiteitsbeleid. Zorg dat je weet hoe je collega’s tegenover homoseksualiteit staan en bespreek het thema regelmatig in een vergadering.” Stel een klachtenprocedure en klachtencommissie in en benoem een vertrouwenspersoon.
Ook voorlichting over homoseksualiteit is belangrijk. De AOb en homo-organisatie COC streven naar voorlichting op alle scholen, te beginnen op de basisschool. Er zitten wel een paar voorwaarden aan, aldus Dankmeijer. “Voorlichting heeft alleen effect als er in een doorlopende leerlijn in alle leerjaren en bij alle vakken aandacht voor is. Voorlichters moeten een sterke persoonlijkheid hebben om het onderwerp goed over te brengen, dat bepaalt 70 procent van het effect. Negatieve beeldvorming rond homoseksualiteit is te bestrijden met posters of door er op de schoolsite aandacht aan te besteden.”
Dankmeijer noemde een zwarte school in Amsterdam als voorbeeld van een school met een sterke visie op diversiteit. Ze laat ouders een contract tekenen waarin staat dat er niet wordt gediscrimineerd, waarbij de seksuele voorkeur expliciet wordt genoemd. “Als ouders protesteren tegen een homoseksuele leraar, kun je het contract tevoorschijn halen.”