• blad nr 6
  • 26-3-2011
  • auteur W. de Lange, de 
  • Column

 

Sjon voelt zich thuis

Hij heeft een open en wakker gezicht, onze nieuwe eersteklasser. Zo open, zo wakker, zo gezond ook, dat ik aan wantrouwen niet toekom. Terwijl het bekend is dat leerlingen die tussentijds binnenkomen, zelden zijn overgeplaatst vanwege hun rustige natuur en hun onstuitbare leerlust “Ik heet Sjon”, zegt hij kalm en op volwassen toon. “Welkom, Sjon!”, zeg ik uit de grond van mijn hart. Een aanwinst. Vriendelijk lacht hij me toe, vanaf zijn plekje naast Tommie.
Tommie! Over vriendelijke natuur en leerlust gesproken, maar niet heus. Tommie’s mooie gezicht staat altijd op onweer, zijn mond altijd op klagen, ondanks het feit dat hij de hipste schoenen heeft, de duurste bontkraag, de nieuwste iPad, de uitgebreidste iPhone en noem alle andere statussymbolen van dertienjarigen maar op.
Tommie komt altijd net iets te laat binnen, niet genoeg om echt een zaak van te maken, maar teveel om niet te storen. Tommie is altijd een van zijn statussymbolen kwijt. Minstens een keer per week eist hij in lestijd op hoge toon een zoekactie door de hele school. Dat was allemaal iets minder erg, als Tommie wel eens iets deed in de les. Maar hij doet niks. Hij doet niets op een speciale manier. Hij hoeft niets te doen, want hij heeft alles al.
Laatst pakte ik Tommie’s iPhone af, omdat hij zat te bellen. Woedend protest. Ik laat het mobieltje in mijn broekzak glijden. Een keiharde schreeuw. “Zo gaat hij KAPOT!!” “Ik ben er zuinig op, aan je werk nu”, zeg ik, en draai me om naar een ander kind dat al een tijdje iets wil vragen. “HALLO!! Ik PRAAT tegen je!”, roept Tommie. “Zo gaat hij stuk, het is een hele dure touchscreen.”
Ik heb Tommie er bij die gelegenheid uitgezet en strafwerk gegeven, met een zeker sadisme. Het is soms moeilijk geen hekel te hebben aan Tommie. Tegen die hekel helpt alleen medelijden. De dure spullen dienen als medicijn tegen een gapend gebrek aan gezinsleven. En Tommie maakt er geen vrienden mee, met die spullen.
Daar zit nu die frisse Sjon, zo te zien helemaal niet verwend, naast onze Tommie. Het lijkt me een goed idee, om te beginnen. Misschien wordt Tommie er wat vrolijker en normaler van.
Een half uur na de kennismaking met Sjon, als iedereen aan het werk is of zou moeten zijn, begint het opeens enorm naar deodorant te stinken. De dader meldt zich niet. Maar zowel Tommie als Sjon kijkt uiterst tevreden. Er ontwikkelt zich een toneelstukje, dat er uiteindelijk op uitdraait dat Tommie en Sjon moeten nablijven. Tommie dampt van de verontwaardiging. Maar Sjon kijkt me nog steeds even open en vriendelijk aan.
“Ik heb helemaal geen zin je meteen al te straffen”, zeg ik aarzelend. “Maar je hebt het wel verdiend. Ben je er in geluisd?”
“Nee hoor”, zegt Sjon vrolijk. “Ik ben van mezelf zo.”
“Dan laat ik je nablijven.”
“Oké”, zegt Sjon opgewekt.

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.