- blad nr 6
- 26-3-2011
- auteur A. Kersten
- Redactioneel
Overschrijding ministersnorm niet gemeld
Het betreft de Stichting voor Christelijk Voortgezet onderwijs voor Zuidoost-Utrecht (CVO-Groep), die vijf scholen bestuurt in Zeist, Doorn en Wijk bij Duurstede. Toenmalig voorzitter Wik Jansen, vertrokken per 1 september 2009, kwam dat jaar uit op een totale beloning van 268.454 euro, inclusief een vertrekregeling van een kleine 123 duizend euro. Dat is ruim boven de publicatienorm voor semipublieke topinkomens (wopt) van 188 duizend euro, die in 2009 het gemiddelde ministerssalaris vertegenwoordigde.
Toch staat de CVO-Groep niet in de lijst met wopt-overschrijdingen die het ministerie van Binnenlandse Zaken aan het eind van elk jaar publiceert. De stichting heeft de beloning weliswaar vermeld in de eigen jaarrekening, maar niet gerapporteerd aan Binnenlandse Zaken. Een woordvoerder van het ministerie bevestigt dat dat wel wettelijk verplicht is.
Voorzitter Willem Nijman van de raad van toezicht houdt het in een schriftelijke reactie op onwetendheid. ‘Zowel de manager p&o, als ikzelf, waren van deze verplichting niet op de hoogte. Bovendien had de CVO-Groep op dat moment een interim-manager financiën, dus ook van die kant zijn wij er niet op gewezen. Dus hier speelt alleen onwetendheid een rol. Niet goed, maar zo is het.’
Vertrekregelingen buiten beschouwing gelaten zat de best betaalde bestuurder in het voortgezet onderwijs, voor zover bekend, in 2009 bij de Stichting Limburgs Voortgezet Onderwijs. De totale bezoldiging van voorzitter Henk van Hoof, verantwoordelijk voor zeventien scholen met zo’n 30 duizend leerlingen, bedroeg 193.819 euro.
Uit een toelichting die manager financiën Hans Kirkels desgevraagd verstrekt, blijkt dat de beloning is gebaseerd op de salarisschalen voor rijksambtenaren (bbra). Van Hoof verdiende bovenop zijn vaste salaris van 140 duizend euro nog een ‘incidentele flexibele beloning in relatie tot gerealiseerde resultaten’ van 11.446 euro. Naast pensioen- en sociale lasten komt er ten slotte nog een kleine 18 duizend euro aan kosten voor de leaseauto bij.
Volgens Kirkels blijft de voorzitter toch onder de publicatienorm (die een wat andere berekening volgt). Ron Bonekamp, lid van het college van bestuur, kwam uit op een kleine 150 duizend euro, waaronder ruim 112 duizend euro aan bruto salaris. Bonekamp moest het doen zonder prestatiebonus. Voor zijn leaseauto werd dat jaar 16.285 euro bijgeteld.
Bij Ons Middelbaar Onderwijs in Noord-Brabant is het college van bestuur ingeschaald volgens de inmiddels afgeschafte beloningsleidraad uit 2008. Voor Eugène Bernard, voorzitter sinds 15 januari 2009, vermeldt de jaarrekening een bezoldiging van 176.378 euro. Collegelid Pieter Hendrikse kwam in 2009 uit op een kleine 165 duizend euro, zo’n 14 duizend meer dan het jaar ervoor. ‘Komt door een waarnemingstoelage, als gevolg van het tijdelijk “ontbreken” van een voorzitter’, laat voorzitter Arjan van Weele van de raad van toezicht per e-mail weten.
Bestuurders in het primair en voortgezet onderwijs vallen sinds augustus vorig jaar volgens de wet onder de cao. Lopende overeenkomsten blijven ongemoeid. De beloning van bestuurders in het voortgezet onderwijs is daarmee een onderwerp voor de cao-tafel tussen de VO-raad en de bonden. In het basisonderwijs gaat op dit moment nog de minister van Onderwijs over de primaire arbeidsvoorwaarden. Het is de bedoeling die bevoegdheid over te dragen aan werkgeversvereniging PO-raad.
Zie ook het artikel over bestuursbeloningen in het primair onderwijs op pagina 16 en verder.