- blad nr 16
- 16-10-2010
- auteur A. Kersten
- Redactioneel
Koppel beloning aan leerlingresultaten
Dat concluderen wetenschappers in een recent onderzoek getiteld Problems with the use of student test scores to evaluate teachers, dat het Amerikaanse Economic Policy Institute heeft gepubliceerd.
Aanleiding voor het onderzoek is het initiatief van de regering-Obama om bij de beoordeling van docenten de (toets)resultaten van leerlingen zwaar te laten meewegen.
Volgens de onderzoekers is er weinig of geen bewijs dat docenten meer gemotiveerd zijn wanneer betere scores van hun leerlingen tot extra beloning zouden leiden. Bovendien wijzen ze erop dat die resultaten een sterk vertekend beeld kunnen geven van de prestaties van een leerkracht, omdat veel andere factoren een rol spelen in de ontwikkeling van leerlingen. Die ontwikkeling wordt ook beïnvloed door andere docenten van voorgaande leerjaren of andere vakken, maar bijvoorbeeld ook door lesmateriaal, klassengrootte, de thuissituatie en de sociaaleconomische achtergrond van de ouders.
Individuele prestatiebeloningen die sterk gerelateerd zijn aan leerlingresultaten, zouden volgens de onderzoekers de animo om samen te werken met collega’s kunnen beperken. En dat terwijl scholen erbij gebaat zijn als leerkrachten over de grenzen van hun klaslokaal, leerjaar of vakgebied heen kijken. Leerlingresultaten zouden hooguit een aanvullende, ondersteunende rol kunnen spelen in een veel bredere beoordeling door leiding en collega’s, aldus het onderzoek.
Bij de recente verkiezingen in Nederland namen veel politieke partijen prestatiebeloning voor het onderwijs op in hun programma’s. Ook het nieuwe regeerakkoord van VVD en CDA wil ‘meer ruimte’ maken voor prestatiebeloning, zonder dat overigens duidelijk is volgens welke normen dat moet worden vastgesteld.
In de reguliere cao is het overigens al mogelijk om met gedifferentieerde beloning prestaties extra te belonen, maar in de praktijk wordt het nog weinig toegepast.