- blad nr 8
- 24-4-2010
- auteur G. van der Mee
- Redactioneel
GroenLinks-Kamerlid Tofik Dibi
Ik ben voorstander van een oudercontract
Een cultuurshock was het. De verhuizing van de zeer katholieke basisschool in Zeeland naar de zwarte volksschool in de Mercatorbuurt in Amsterdam. “Het was een cultuurshock tot in de zoveelste macht”, vertelt GroenLinks-Kamerlid Tofik Dibi over zijn schoolverleden. “In Zeeland waren de verhoudingen heel duidelijk: de meester was de baas, iedere ochtend Bijbelteksten, veel christelijke normen en waarden. Maar ook weer niet vervelend en niet-christelijke kinderen werden wel geaccepteerd.” Zijn ouders, afkomstig uit Marokko, waren islamitisch. Toen Dibi zeven jaar was scheidden ze, zijn moeder vertrok naar Amsterdam, hij bleef bij vader in Vlissingen wonen. Drie jaar later overleed zijn vader en verhuisde hij met zijn broers naar zijn moeder in de Mercatorbuurt. “De Mercatorschool was een echte volksschool, zwart, maar er zaten ook autochtone leerlingen op. Belangrijkste was dat het allemaal kinderen waren uit de lagere sociale klasse en dat ze heel veel problemen hadden. Of ze kwamen zó uit Afghanistan, of er was huiselijk geweld of ze waren extreem druk, de indicatie adhd bestond geloof ik nog niet. Maar de leraren hadden ook problemen, er werd geslagen op die school, ja, ongelooflijk, ik heb daar nooit geheimzinnig over gedaan, want het was echt zo. We kregen ook iedere week een soort hygiënetest of we onze tanden wel goed poetsten en of onze nagels wel schoon waren. Eén leerling die echt onverzorgd was werd dan heel heftig aangepakt.” De school is inmiddels gesloten en Dibi zelf ging er niet erg onder gebukt. Integendeel. “Ik vond het er best leuk, ik was een hele strikte organisatie gewend, die chaos beviel me wel. Omdat ik wat verder was met de boekjes werd ik algauw het lievelingetje dat de andere leerlingen hielp met de taal.” Het gezin verhuisde naar Slotervaart, waar hij de vwo-opleiding op het Hervormd Lyceum West volgde. Een school waar hij nog steeds in superlatieven over praat. “Het was de allerleukste school die ik me kan voorstellen, de meeste leerlingen die ik ervan ken zijn ook goed terechtgekomen. Het was een mix van een heel strikt beleid, kwaliteit, veel algemene vorming, gezelligheid, lol. Ik geef er wel eens gastlessen, inmiddels is het helemaal een zwarte school en zijn er ook wel problemen, maar toen was hij gemengd en ook wel trendy.”
Was je toen al politiek actief?
“Nee, totaal niet. Ik was heel erg antiautoritair, nog steeds trouwens, altijd aan het uitdagen, had wel overal een eigen mening over. Als een docent een goed verhaal te vertellen had dan was ik wel geïnteresseerd. We hebben ook geklierd, ik was wel iemand die veel structuur nodig had, tegen mij moest je niet zeggen: Ga jij maar wat voor jezelf doen.”
Fortuyn
Het was de komst van Pim Fortuyn waardoor hij actief werd, Dibi zat al in het derde jaar van zijn studie media en cultuur aan de Universiteit van Amsterdam. “Fortuyn, dat was niet leuk. Toen kwam het hele integratiedebat op gang. Toen ben ik bewust geworden, dat gold ook voor mijn vrienden.” Een beetje tot zijn eigen verbazing werd hij in 2006, 25 jaar oud, voor GroenLinks in de Tweede Kamer gekozen. Als kersvers Kamerlid zat hij in de commissie-Dijsselbloem die een parlementair onderzoek deed naar de onderwijsvernieuwingen. “Dat was heel bijzonder, ik had daar ook heel erg een eigen inbreng en het onderzoek heeft ook veel losgemaakt.”
Wat was het belangrijkste resultaat van de commissie-Dijsselbloem, Plasterk sprak van een breuk met het verleden?
“Ik zou niet spreken van een echte breuk, want grootschalige onderwijsvernieuwingen, zoals competentiegericht leren en passend onderwijs, worden nog steeds op dezelfde manier ingevoerd. De belangrijkste conclusie van Dijsselbloem vind ik dat heel veel terechte zorgen erkend werden. Dat er gezegd werd: Sorry wij hebben fouten gemaakt. De overheid had haar kerntaak, toezien op de kwaliteit van het onderwijs, niet waargemaakt. Er zijn heel veel risico’s genomen met leerlingen en docenten. Tegelijkertijd heeft Dijsselbloem verlammend gewerkt omdat niemand daarna nog vergeleken wilde worden met Deetman, Wallage of Netelenbos. Ook voormalig minister Plasterk durfde vervolgens geen echte visie uit te dragen. In het begin nog wel, en er zijn natuurlijk meer kwaliteitseisen gesteld aan het onderwijs, maar verder heeft dit kabinet naar mijn mening vooral een beetje op de winkel gepast.”
Belediging
GroenLinks wil 2,5 miljard extra investeren in onderwijs, vooral in het basis- en beroepsonderwijs. De programmapunten variëren van extra ondersteunend personeel of kleinere klassen, brede scholen, coaches tegen schooluitval en meer contacturen. Besparingen op onderwijs worden onder andere gevonden bij het boekengeld, de studietax en op projecten. De partij wil een ‘nationaal onderwijsplan’.
Hoe weten we of het extra geld ook daar komt waar het voor bedoeld is?
“We zijn heel kritisch geworden op de lumpsumfinanciering, omdat er wordt opgepot door scholen, of gemeenten het geld voor scholenbouw niet gebruiken, of het zorggeld ergens blijft hangen. Zomaar een zak geld ergens deponeren kan eigenlijk niet meer, je moet voorwaarden stellen en het zo nu en dan oormerken. We hebben het gemeenschapsgeld teveel uitbesteed aan andere organisaties waardoor er geen zicht meer is op de uitvoering en de kwaliteit. Wat mij betreft geldt het voor de hele publieke sector dat de overheid haar verantwoordelijkheid moet terugpakken. Dat hoeft niet gepaard te gaan met meer bureaucratie, maar laat gewoon ieder jaar zien waar het geld aan is uitgegeven. Nu zijn besturen zo gewend op hun eigen manier bezig te zijn dat, als wij vragen hoe het geld is besteed, ze dat bijna een belediging vinden.”
Tofik Dibi woont nog altijd in Slotervaart. Inburgering, segregatie, uitval van leerlingen - dé problemen van dit soort achterstandswijken in grote steden - vragen volgens hem vooral een hele praktische en geen ideologische aanpak. “Ik snap het woord ‘inburgering’ al helemaal niet, indertijd is dat door Rita Verdonk (voormalig minister van Justitie, red.) heel groot geworden, terwijl het gewoon om onderwijs gaat. Mensen moeten de taal leren plus de weg vinden in de samenleving. Bied dat aan op scholen! Als een moeder op een basisschool haar kind komt brengen dan zeg je: Voor u heb ik ook nog een leuke cursus. Op die brede school die we overal willen wordt die dan ook gegeven.”
Eén van de geheime sleutels tegen de uitval van leerlingen in het voortgezet en beroepsonderwijs is volgens hem het contact met de ouders. “Op het Hervormd Lyceum kreeg iedereen in de brugklas thuis bezoek van een docent. Ik weet nog dat mijn moeder helemaal opgewonden was, het was voor het eerst dat er iemand van school langskwam, want zelf ging zij nooit, al lette ze altijd goed op of we werkten. Sindsdien was mijn moeder veel actiever, want ze had nu het nummer van een docent die ze kende en die ze kon bellen als ze iets wilde weten of ongerust was over haar zoon. Het effect van dit soort maatregelen wordt onderschat. Ze kosten weinig geld maar werken wel drempelverlagend. Ik ben ook voorstander van een oudercontract. Ik heb dat voorgesteld, het werd me niet in dank afgenomen, maar ik vind het logisch dat als de school duidelijk maakt wat je van haar kan verlangen, dat ouders ook plichten hebben, bijvoorbeeld door op bepaalde avonden te komen of iets anders voor de school te doen. Er zijn voorbeelden in Amerika van projecten met latino’s waar dat heel goed gewerkt heeft. Ouders worden daar bijna gedwongen om op te letten en actief te zijn.”
Cliché
GroenLinks wil investeren in het basis- en beroepsonderwijs door meer en beter gekwalificeerd personeel in te zetten. Waar haal je dat vandaan?
“Het lerarentekort is een groot probleem, je kunt niet zomaar een blik opentrekken. Toch denken wij dat als je eerstegraads bevoegde docenten ook automatisch een hogere schaal geeft, dat je daar wel mensen mee aantrekt. Dit kabinet was daar geen voorstander van, maar ik denk dat het wel werkt. Dat geldt ook voor een bonus als je met achterstandsleerlingen werkt. Je kunt ook veel meer mensen uit het bedrijfsleven aantrekken als je de arbeidsvoorwaarden, zoals bijscholing, zeggenschap over het leerproces, verbetert.”
Toen leerlingen op roc’s in Amsterdam klaagden dat ze te weinig lessen kregen organiseerde het Kamerlid in Amsterdam- West een bijeenkomst met leerlingen van mbo-dienstverlening. “Hele slimme leerlingen, het beeld dat het hier alleen om achterstandskinderen gaat klopt totaal niet. Er was heel veel lesuitval en zij zeggen: Wij blijven nog op school. Maar heel veel anderen vragen zich af: Waarom kom ik hier nog? Als dan een voorzitter van het college van bestuur in een uitzending van Zembla vertelt dat hij niet over de roosters gaat dan bevestigt dat alleen maar het cliché van de leerfabrieken.”
Welke coalitie heeft je voorkeur na de verkiezingen?
“Ik zie wel een combinatie van de linkse lente en paars plus. Een paar jaar geleden zou ik dat nooit gezegd hebben, maar nu vind ik het realistisch dat daar ook VVD en D66 bij zitten.”
{kadertje}
Tofik Dibi werd in 1980 geboren in Vlissingen, Zeeland. Na zijn gymnasiumopleiding deed hij de opleiding media en cultuur (film) aan de Universiteit van Amsterdam. Na zijn derde studiejaar werd hij in 2006 Kamerlid voor GroenLinks. Hij staat voor komende verkiezingen tweede op de kandidatenlijst.