- blad nr 8
- 24-4-2010
- auteur R. Wisman
- Redactioneel
Chinees als examentaal
Net zo belangrijk als Frans of Duits
Tijdens een alumnibijeenkomst vijf jaar geleden zei een oud-leerling tegen Arnold Koot, directeur van De Wolfert Tweetalig in Rotterdam: “China is enorm belangrijk in de wereldeconomie. Een goede school doet iets met Chinese taal en cultuur.”
Koot reageerde door de oud-leerling uit te dagen: “Als jij op deze bijeenkomst in een half uur tien mensen vindt die iets met China of Chinees te maken hebben, ben ik overtuigd”, zei hij.
De leerling nam de uitdaging lachend aan en kwam in minder dan de gestelde tijd terug met tien oudgedienden: eentje ging stage lopen in Hongkong, van een ander woonden de ouders in Peking, een derde werkte bij een Chinese firma met een kantoor in Rotterdam.
De actie overtuigde.
De Wolfert is één van de acht scholen die na de zomervakantie start met het pilotproject Chinees als examenvak. Vanaf vwo-4 krijgen de leerlingen drie jaar lang Chinees, zodat zij zich aan het eind van vwo-6 kunnen redden met Chinees alsof het Frans of Duits is.
In de vrije onderwijsruimte bieden ruim veertig scholen al een aantal jaren het vak Chinees aan. Het Hilversumse Gemeentelijk Gymnasium kreeg in 2007 als enige school toestemming om Chinees als examenvak aan te bieden. Om andere scholen tegemoet te komen, en het niveau op een vergelijkbaar niveau te houden, besloot het Onderwijsministerie tot een pilot. De rol van China als economische wereldspeler in onze samenleving is de aanleiding. De resultaten van de pilot vormen de basis om het vak later eventueel een wettelijke status te geven.
Shanghai
Kinderen zijn erg nieuwsgierig naar deze vreemde taal, merkt Koot. De Wolfert biedt sinds vier jaar een Chinese module aan vanwege samenwerking met een Chinees-Engelse school in Shanghai. Met het oog op de uitwisseling zeiden leerlingen: ‘Als wij naar Shanghai gaan, willen we Chinees spreken. Al is het maar een klein beetje.’
“Ik zei: we beginnen met pinyin: dat is Chinees in een fonetisch alfabet.” De kinderen vonden het maar saai. ‘Wanneer mogen we nou de karakters leren’, vroegen ze.”
Lian Derks, conrector van het Theresialyceum (een school met een begaafdenprofiel) in Tilburg herkent het verhaal van Koot. Op haar school startte afgelopen schooljaar de eerste Chinese module voor 4-vwo met maar liefst 43 leerlingen.
De nieuwigheid maakt het interessant. “Kinderen vinden het spannend om aan zo’n vreemde taal te snuffelen”, zegt Derks. Het prikkelt hun nieuwsgierigheid: ‘Kan ik dit? Hoe zit het met die tekens?’ Kiezen voor een vrije module is wel een stuk makkelijker dan de keuze voor Chinees als examenvak, merkt Derks. Het valt niet mee om je voor vier jaar te verbinden aan iets dat je nog niet kent. “Maar er zijn al een aantal leerlingen die het zeker weten willen.”
De leerlingen die Chinees als examenvak kiezen, krijgen straks drie lesuren per week, de studielast bedraagt evenveel als voor een andere moderne vreemde taal. Van de leerlingen hoort conrector Derks dat het vak goed te doen is, maar alleen als je het goed bijhoudt. “Chinees leren vereist discipline en een consequente werkhouding. Net als bij Latijn en wiskunde. Je moet drie ballen hoog houden: de uitspraak, het karakterschrift en de betekenis.”
Wim Weel weet er alles van. Naast zijn baan als docent geschiedenis en levensbeschouwing op een andere school studeerde hij sinologie. En nu geeft hij ook Chinees op het Theresialyceum.
Weel: “Chinees is een toontaal. De toon van het woord onthult de betekenis. Als je de taal wilt leren spreken, moet je de uitspraak leren in pinyin. Vervolgens moet je het karakterschrift leren.”
Kleuterniveau
“Het is een totaal ander taalsysteem dan wij in het westen gewend zijn. Je begint ongeletterd. Op kleuterniveau, omdat je geen enkel referentiekader hebt. Je moet de taal van de grond af opbouwen.” Voor vakken als Duits, Frans en Engels ‘bouw’ je op de moedertaal, volgens Weel. “Maar bij een taal als Chinees is geen enkele overeenkomst. De taal kent een andere grammatica. Enkel- en meervoud zijn afhankelijk van de context.”
De eerste lessen draaien om uitspraak. De leerlingen vinden het interessant, volgens Weel, en - als ze eenmaal over hun eerste schroom heen zijn - wordt er veel gelachen om alle tonen en klanken die ze uitstoten.
Na het examen behoort een leerling te kunnen luisteren, lezen, spreken en schrijven als ‘gevorderd basisgebruiker’ Chinees. Ofwel, volgens Koot: “Je moet jezelf kunnen voorstellen, de weg kunnen vragen en de uitleg daarvan begrijpen, iets kunnen bestellen in een restaurant.”
Derks vult aan: “Je moet jezelf verstaanbaar kunnen maken en de taal verstaan als het niet te snel of in dialect tegen je gesproken wordt.”
Van de vele duizenden karakters die het Chinees rijk is, kent de gemiddelde Chinees er tussen de drie- en zevenduizend. Nederlandse leerlingen moeten voor het examen zevenhonderd karakters op de computer kunnen lezen, herkennen en schrijven. Tijdens het examen moeten ze bijvoorbeeld het woordje voor ‘brug’ in pinyin weten en intypen: qiao. Vervolgens verschijnt een veld met Chinese karakters waar de leerling het karakter voor brug uit moet kunnen aanwijzen.
De lesinhoud strekt echter verder dan alleen de Chinese taal. Daarom heet het vak niet simpelweg ‘Chinese taal’, maar ‘Chinese taal en cultuur’.
Op advies van de SLO, nationaal expertisecentrum leerplanontwikkeling, dat het leerplan Chinees voor de pilot samenstelde, is er nadrukkelijk aandacht voor muziek, boeken, politiek. De cultuur is namelijk totaal anders. Weel: “Leerlingen grappen er al over: ‘Als iets anders kan, dan is het ook anders of was het in het verleden anders’, zoals van rechts naar links schrijven en ‘oord-noost’ zeggen in plaats van noordoost.”
Levensvatbaar
In het leren kennen van de cultuur schuilt misschien wel de belangrijkste onderwijswinst, vinden de betrokkenen. Een leerling hoeft geen vloeiend Chinees te leren spreken. Het gaat erom dat je kunt laten zien dat je moeite gedaan hebt om hun taal en cultuur te begrijpen, zegt Hans Crum, conrector onderwijs van het Gemeentelijk Gymnasium in Hilversum. “Daardoor ontstaat een brug naar Azië. Door te redeneren dat alle Chinezen gewoon Engels moeten leren, ga je voorbij aan de eigenheid en waarde van de Chinese cultuur.”
Op de arbeidsmarkt is het een pre als je weet hoe je je in de Chinese cultuur moet bewegen, denkt Derks van het Theresialyceum. “Weten dat je je visitekaartjes niet in je kontzak moet bewaren als je ze daarna nog weg wilt geven is daar een voorbeeld van. In Nederland is dat normaal, maar in China geef je niet iets weg dat je onder je kont bewaarde. Dat heeft met respect te maken.”
Afgelopen november was Koot met een groepje leerlingen in China. Bij vertrek hield één van de leerlingen een afscheidsspeech in Chinees. “Ze had nog maar vijf woorden gezegd of de hele zaal stond op om te applaudisseren. Als ik in Tsjechië op vakantie ben, vinden mensen het ook fantastisch als ik de taal een beetje probeer te spreken.”
Aan het Gemeentelijk Gymnasium doen dit voorjaar de eerste vijftien leerlingen examen. Het vak is inmiddels genormaliseerd op deze school: 12 procent kiest het vanaf jaar twee. Crum hoopt dat de pilot bijdraagt aan een stevigere implementatie van Chinees als vak.
Koot verwacht dat vijftien leerlingen in september aan de pilot beginnen. Derks hoopt op twintig aanmeldingen. De conrector ziet in de toevoeging van Chinees een manier voor de school zich te profileren, en het talenonderwijs te versterken. Ze hoopt dat de pilot meer duidelijkheid geeft over de levensvatbaarheid van het vak.
Dat het zwaartepunt van de wereldeconomie steeds verder richting Azië verschuift is voor alle betrokkenen meer dan duidelijk, en het is logisch dat het onderwijs daar iets mee moet. Koot: “China haalt de rest van de wereld heel snel in. Als iemand daar zegt: ‘We gaan dat doen’, dan gebeurt dat ook direct. Terwijl er in Nederland bijvoorbeeld eerst nog een paar jaar overheen gaan.” De directeur beoogt dit goede voorbeeld te volgen door het vak Chinese taal en cultuur met ingang van 2010/2011 in de brugklas verplicht te stellen. “Hoe eerder je begint, hoe hoger je niveau in de zesde klas.” Hiermee hoopt hij een kleine inhaalslag te maken ten opzichte van andere Europese landen. “We lopen mijlenver achter. In Frankrijk, Duitsland en Engeland is Chinees al jarenlang een officieel schoolvak. In Frankrijk zelfs al sinds de jaren vijftig. En nu komen wij er pas aan.”
{kader 1}
Waarom Chinees zo moeilijk is
De Chinese taal is voor westerlingen lastig te leren, omdat het schrift op geen enkele manier lijkt op ons aap-noot-mies alfabet: er zijn geen 26 letters, maar karakters.
Bovendien is het een toontaal: de toon van een woord onthult de betekenis. Ieder woord kent een scala aan uitspraakmogelijkheden. Om het westerlingen makkelijker te maken, ontwikkelde China pinyin, dat de woorden schrijft in het westerse alfabet. De toon staat in pinyin aangegeven met een accentteken: mā, má, mă, mà, bijvoorbeeld. ‘Ik begrijp het niet’ is dan bijvoorbeeld ‘wŏ bù dŏng’.
Maar als je de toon verkeerd legt, zal geen Chinees er kaas van kunnen maken. Uitproberen? Kijk op www.pinyinpractice.com/tones.htm of www.tienverdiepingen.nl.
{kader 2}
Nuttiger dan dode taal?
Een vijfde van de wereldbevolking spreekt Chinees. Daarom is het nuttiger Chinees te leren dan de klassieke dode talen Latijn en Grieks, vinden sommigen. In opdracht van het ministerie is er al een verkenningscommissie aan de slag om de toekomst van Latijn en Grieks te onderzoeken.
Lian Derks van het Theresialyceum vindt Chinees van een heel andere orde dan de klassieke talen: “Chinees is zeker geen alternatief voor de klassieke vreemde talen. Het is niet onze bedoeling om leerlingen bij Grieks weg te krijgen naar Chinees.”
Conrector onderwijs van het Gemeentelijk Gymnasium Hans Crum: “De Chinese taal en cultuur als vak is op zichzelf een belangrijk item. Als school moet je de taal niet aanbieden als vervanging van een andere taal. Persoonlijk zou ik het mooi vinden als het Chinees uiteindelijk dezelfde status krijgt als een moderne vreemde taal als Frans en Duits.”
{kader 3}
Examen
De pilot ‘Chinees als examenvak’ duurt vier jaar. Naast het Gemeentelijk Gymnasium in Hilversum doen de volgende scholen eraan mee: het Ashram College Alphen aan den Rijn, Erasmiaans Gymnasium Rotterdam, De Goudse Waarden Gouda, Stanislascollege Delft, Wolfert van Borselen Rotterdam, Visser ‘t Hooft Lyceum Leiden en Theresialyceum Tilburg.
Als de pilot succesvol is, wordt mogelijk overgegaan op een breder aanbod van het examenvak Chinees. In 2013 vindt de evaluatie plaats van deze pilot die 1 miljoen euro kost.