blad nr 2
31-1-2009
auteur A. Kersten
Redactioneel

Onvoldoende begeleiding voor onbevoegde docenten

Meer dan de helft van de docenten in de onderbouw van het voortgezet onderwijs die onbevoegd lesgeven, krijgt geen enkele vorm van begeleiding of ondersteuning. Behoefte aan die steun is er juist wel. Ruim tweederde ervaart door het onbevoegd lesgeven een grotere werkdruk.

Dat staat in de survey Onbevoegd lesgeven: een noodoplossing, uitgevoerd door het Nijmeegse ITS. De survey maakt onderdeel uit van een onderzoek dat het Platform van Vakverenigingen in het Voortgezet Onderwijs (VVVO) heeft laten uitvoeren naar problemen en oplossingen rond on- en onderbevoegd lesgeven in de onderbouw van het voortgezet onderwijs. Op zeven scholen heeft het SCO-Kohnstamm Instituut case studies verricht.
In totaal 976 docenten hebben de survey-vragenlijst ingevuld, waarvan 533 uit de onderbouw. Het onderzoek is gehouden onder de leden van de vakverenigingen die bij het Platform VVVO zijn aangesloten.
Ruim 40 procent van de onbevoegd docerende leerkrachten vindt het onbevoegd lesgeven een verrijking, bijna een kwart juist niet. Volgens een kwart komen de lessen bij onbevoegde docenten onvoldoende uit de verf, maar zo’n 40 procent is het daar niet mee eens. Een derde van de onbevoegde docenten vindt het moeilijker om leerlingen te boeien, wederom ruim 40 procent ervaart dat probleem niet. Een op de vijf ziet onbevoegd doceren als een aantasting van ‘alles wat men doet en heeft geleerd’, eveneens een op de vijf voelt de passie voor het vak afnemen.
Ook bevoegde docenten die onbevoegde collega’s hebben, uiten bezwaren. Ruim driekwart van de bevoegde leerkrachten vindt de eigen werkdruk ook toenemen. In mindere mate vinden ze dat hun eigen beroepsidentiteit wordt aangetast door onbevoegden. De onvrede komt mede voort uit het feit dat onbevoegden een vak geven waarvoor ze zelf jaren hebben gestudeerd.