• blad nr 10
  • 17-5-2008
  • auteur J. van Aken 
  • de Vereniging

 

De grootste les ooit

Kinderen over de hele wereld gaven op 23 april de grootste les ooit. Ze vroegen hiermee aandacht voor het thema ‘Stop uitsluiting - goed onderwijs voor iedereen’. In Nederland deden meer dan honderd scholen mee aan een spreekbeurtmarathon, waaronder basisschool de Vliermeent in Den Haag: “Goed onderwijs is superbelangrijk.”

Een schoolbel kondigt het begin aan van de spreekbeurt van achtstegroepers Aimée, Alex, Felicia, Jamie en Merel. “Wij houden onze spreekbeurt over goed onderwijs voor iedereen. Aan het eind weten jullie waarom we dat een belangrijk onderwerp vinden.” Hun publiek in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag bestaat uit Tweede Kamerleden, vertegenwoordigers van ministeries, onderwijs- en hulporganisaties en medeleerlingen van basisschool de Vliermeent in Den Haag.
Nog altijd gaan 73 miljoen kinderen niet naar school, zo’n 50 miljoen daarvan zijn meisjes. “Ouders hebben vaak geen geld om pennen en een schooluniform te betalen. Of de weg naar school is te gevaarlijk. Ook oorlog is een reden dat kinderen niet naar school kunnen. En door aids sterven veel ouders en leerkrachten”, benoemen de leerlingen elkaar afwisselend de oorzaken.
De kwaliteit van het onderwijs is vaak slecht. “In Zambia bijvoorbeeld zitten 64 leerlingen in één klas. Ook zijn leraren vaak slecht opgeleid.” Terwijl goed onderwijs zo belangrijk is. “Een meisje dat haar school afmaakt, heeft 50 procent minder kans op aids. School vermindert armoede. Daarom is goed onderwijs superbelangrijk. We hopen regeringen duidelijk te maken dat het belangrijk is dat alle leerlingen naar school gaan”, besluiten ze hun verhaal.
De spreekbeurt was onderdeel van de recordpoging tot ‘de grootste les ooit’. Kinderen over de hele wereld gaven een les over het thema ‘Stop uitsluiting – goed onderwijs voor iedereen’. De Global Campaign for Education vroeg hiermee aandacht voor het millenniumdoel ‘Iedereen naar school in 2015’. De GCE is een wereldwijd netwerk van (onderwijs)organisaties, waaronder de AOb.

Huilen
In een kringgesprek praten scholieren en volwassenen door. Wessel vindt het heel knap dat de kinderen in ontwikkelingslanden overleven: “Ik zou het geen dag kunnen.” Twan verbaast zich erover dat hij zijn leeftijdgenoten in verre landen ziet lachen op tv: “Als ik daar zou zijn, zou ik huilen.”
Waarom gaan niet alle kinderen naar school, er is toch genoeg geld, wil een jongen weten. “Was dat maar waar”, reageert Koos van der Steenhoven, secretaris-generaal van het ministerie van Onderwijs. “Er is heel veel geld, maar onvoldoende om alle kinderen naar school te laten gaan.”
Dat ligt niet zozeer aan Nederland, zegt Trudy Kerperien, internationaal secretaris van de AOb. Nederland zit in de internationale voorhoede met een bijdrage van 700 miljoen euro voor onderwijs, zo’n 15 procent van het ontwikkelingsbudget. “We hebben een aanbeveling meegegeven voor minister Koenders van Ontwikkelingssamenwerking. Daarmee gaat hij zijn collega’s aanspreken om meer te doen”, hoopt ze.
In Nederland is een van de doelen van de actieweek dat leerkrachten en leerlingen zich bewust worden van het probleem. Bij Alex uit groep 8 is de bewustwording gelukt. Ze vertelt dat de spreekbeurt haar aan het denken heeft gezet: “Dan hoor ik mezelf zeuren om nieuwe schoenen…” Zou ze dat nu niet meer doen? “Nou”, aarzelt ze even en dan eerlijk: “dat nou ook weer niet.”

{noot}
Meer informatie: www.globalcampaignforeducation.nl

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.