- blad nr 9
- 5-5-2007
- auteur R. Sikkes
- Redactioneel
Tweetiende minder scholing voortgezet onderwijs
“Het is natuurlijk schandalig dat de scholingsmogelijkheden voor onderwijspersoneel zo onder druk staan”, aldus AOb-bestuurder Martin Knoop. “We zien niet alleen een achterstand met het bedrijfsleven, maar ook een dalende trend. Dat zal echt omgebogen moeten worden, willen we de kwaliteit van het onderwijs hoog houden.”
Uit de Aandachtsgroepenmonitor 2006 van het ministerie van Onderwijs blijkt dat de scholingsuitgaven in het voortgezet onderwijs per personeelslid ternauwernood de helft bedragen van wat in het bedrijfsleven gebruikelijk is. Verontrustender is dat er een dalende trend is. Per personeelslid werd er in 2005 maar liefst 20 procent minder uitgegeven dan in 1999.
De situatie lijkt onder druk van de strengere regels voor onderwijstijd bovendien snel te verslechteren. Mogelijkheden voor scholing worden geschrapt om meer uren les te kunnen geven, hoort Knoop van verschillende scholen. “Ik roep scholen waar dat gebeurt op dat bij de AOb te melden.”
Uit een eerste inventarisatie onder AOb-sectorconsulenten in het voortgezet onderwijs blijkt dat op een meerderheid van de scholen sowieso onduidelijkheid bestaat over scholingsplannen en het budget. Vaak zijn die afwezig. Als er wel bedragen per personeelslid bekend zijn, variëren die tussen de 200 en 650 euro. Er zijn slechts enkele scholen waar individuele aanvragen van personeelsleden voor vakinhoudelijke cursussen vanzelfsprekend gehonoreerd worden, op de meeste wordt vanwege de noodzakelijke vervanging moeilijk gedaan om scholing toe te staan. Daarnaast is er een groep scholen waar het budget alleen wordt ingezet voor ‘ideologische propagandacursussen zoals nieuwe leren en begeleiding’ en nauwelijks voor vakinhoud. Meerdere sectorconsulenten spreken ook hun verbazing uit over de verdeling tussen directie aan de ene kant en onderwijsondersteunend personeel en leraren aan de andere kant. Een citaat uit de inventarisatie: ‘Een locatiedirecteur mag twee weken naar Canada voor scholing, een technisch onderwijsassistent mag niet eens naar de NOT omdat de onderwijstijd niet gehaald wordt.’
De Onderwijsinspectie is ook gealarmeerd door het schrappen van scholingsmogelijkheden. Op een bijeenkomst van de sectorraad voortgezet onderwijs van de AOb in maart, vertelde inspecteur Jan Rijkers dat het de Onderwijsinspectie bij de controles van de onderwijstijd ook al was opgevallen dat de scholing van personeel het slachtoffer wordt van de strengere regels voor onderwijstijd. Hij beschouwde dat als een zeer ongewenst nevenverschijnsel, dat negatieve gevolgen heeft voor de onderwijskwaliteit.