• blad nr 18
  • 21-10-2006
  • auteur . Lachesis 
  • Column

 

Zwart gat

Zijn wil om hoe dan ook als slachtoffer uit de strijd te komen, is zo sterk dat hij door zou huilen tot het bittere eind. Hij hoort betreurd en zielig gevonden te worden. Dat is zijn geboorterecht. De belangrijkste pijler onder zijn bestaan. In de grond van de zaak heeft hij gelijk. Hij ìs ook zielig. Een eenzaam jongetje dat verpletterd wordt door de zelfzuchtige handelingen van zijn vader en zijn moeder, die niet met elkaar kunnen leven en geen kans zien om hun kinderen daar niet onder te laten lijden. Vader botviert het op zijn voormalige vrouw, moeder op haar oudste dochter en de oudste dochter op haar kleine broertje. En Jimmy?
Vandaag botviert hij het op Stanley. Het is een daad van ultiem masochisme. Stanley is twee koppen groter en beschikt over de reactiesnelheid van een bokser. Je kunt net zo goed keihard met je hoofd tegen een muur lopen. Het effect is hetzelfde.
Hevig snikkend vervoegt Jimmy zich bij mij en het enige dat ik uit hem krijg is dat hij een harde klap heeft gekregen van Stanley. Zomaar, vraag ik achterdochtig. Jimmy snikt hartverscheurend en ziet geen kans antwoord te geven. Zomaar, herhaal ik vasthoudend. Na een paar minuten hevig snikken, stottert hij bijna onhoorbaar dat hij iets namens Roy tegen Stanley gezegd heeft en dat het niet eerlijk is dat hij hiervoor zo’n mep heeft gekregen. Wat heb je dan gezegd, vraag ik. Jimmy schokschoudert. Dat weet ik niet meer, zegt hij. Dan was het zeker iets ergs, constateer ik. Jimmy’s gesnotter verhevigt zich. Ik heb gezegd, hikt Jimmy, dat Roy had gezegd dat Stanley een bruine was. Juist ja, stel ik vast, en nou ben je verbaasd dat je een hebt klap gekregen? Ja, maar Roy zei het toch, klinkt het ineens heel verbeten tussen het gesnik door. Heeft Roy je gedwongen dan, vraag ik boos. Nee, maar het is toch zo? Stanley is toch ook een bruine? Nou ja zeg, reageer ik gestoken, wil je me nou echt wijsmaken dat het maar een onschuldige opmerking was? Jimmy knikt. Om mij te overtuigen zet hij nog een tandje bij. En ik weet ineens heel erg zeker dat niets dat ik te berde zal brengen, hem echt zal raken. Jimmy weigert een dader te zijn. Op de plek waar het inzicht zetelt over verantwoordelijkheid, zit bij Jimmy een zwart gat. Een zwart gat waar alle schuld, boete en berouw spoorloos in verdwijnen.
Jimmy kan het goed zonder geweten stellen. Alle streken die hij uithaalt, diefstalletjes die hij pleegt, scheldwoorden die hij uitkrijt, worden weggeredeneerd, vergeten of domweg weggelogen. Weten wij dan niet dat hij nergens schuld aan draagt, dat altijd een ander begint en dat de juf hem altijd moet hebben? Hij gelooft het heilig. En wat voor hem nog veel mooier is: zijn moeder en zusje geloven het ook. Als Jimmy zich op school in een moeilijk parket heeft gemanoeuvreerd, schieten ze hem ogenblikkelijk te hulp. Dan nemen ze het hartstochtelijk voor hem op. Even zijn alle familieperikelen vergeten. Even sluiten zich de rijen en rukken ze eendrachtig als een leger op naar school. Zijn moeder om de juf een lesje te leren, zijn zus om Roy en Stanley op te wachten. Jimmy weet dat. Het is – onbewust weliswaar - de reden dat hij mij hier nu zo hevig huilend trotseert. Ik maak me op om af te dalen in het zwarte gat.

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.