• blad nr 1
  • 7-1-2006
  • auteur . Overige 
  • Opinie

 

Hoe lumpsum erotiseert

Basisscholen vrezen de lumpsumfinanciering. En dus gaan ze fusies aan. Er komt meer bovenschools management, met mannen aan de top, voorspelt Ben van der Hilst, coördinator masteropleiding integraal leiderschap van het Centrum voor nascholing Amsterdam. Vrouwen willen wel carrière maken, maar altijd in de schaduw van een of meer oper-apen.

Bij de invoering van de lumpsumfinanciering worden dezelfde fatale vergissingen gemaakt als in het voortgezet onderwijs en het beroepsonderwijs en de volwasseneneducatie. Gedreven door angst zijn daar de meest afschuwelijke apenrotsen tot stand gekomen. Fusies werden gelegitimeerd door financiële overwegingen. Met als resultaat dat alle locaties in het voortgezet onderwijs nu minder geld hebben dan voorheen. Datzelfde gebeurt straks in het basisonderwijs. De collectieve leugen over financiële voordelen en risico’s is een mooie dekmantel om bovenschoolse constructies te bedenken waardoor vooral mannen wat verder de apenrots beklimmen. Er wordt niets geleerd van het verleden. Ook de vakbonden voeden de angst voor financiële risico’s en presenteren zo constructies met bovenschools management als onontkoombaar. Het wachten is op de rapportage in het Onderwijsblad over enkele jaren over de topsalarissen in het primair onderwijs.
Hoe komt het toch dat we de rare organogrammen accepteren die je nu in het onderwijs vindt? Organogrammen die vaak erg onproductief zijn, veel bureaucratie en ellende veroorzaken en veel geld wegnemen bij het primair proces. In mijn praktijk kom ik organogrammen tegen met zeven lagen. Een paar gelijkenissen met de apenrots zijn opvallend. Het bovenste deel van de apenrots wordt gedomineerd door mannen. Vrouwen willen wel carrière maken, maar altijd in de schaduw van een of meerdere opper-apen. Juist toen in het basisonderwijs veel vrouwen directeur waren, werd de bovenschoolse opper-aap in het leven geroepen: een man. Het percentage vrouwen in eindverantwoordelijke functies neemt nu af.
Toen het in de tachtiger jaren de trend werd om jongere directieleden te benoemen in het voortgezet onderwijs, stokte meteen de opmars van vrouwelijke schoolleiders in die sector.
Een andere gelijkenis met de apenrots is ook opvallend. De apen in de onderste regionen zorgen voor de aanvoer van bananen. Deze worden naar de opper-aap gebracht. Deze neemt een gezonde portie voor zichzelf en deelt de rest uit naar beneden. Indien op een dag het aantal aangevoerde bananen afneemt, heeft dat geen gevolgen voor de opper-aap. Maar volgt er een oekaze naar beneden om te bezuinigen. Ik ken locaties die vanwege een stevige apenrots meer dan twintig procent van hun bananen kwijt zijn, hetgeen niet weerspiegeld wordt in de salarissen van de opper-apen.
De linker driehoek in figuur 2 stelt de apenrots of het organogram voor van een schoolorganisatie. De rechter driehoek geeft het niveau aan van de ondersteuning van de linkerkolom (door stafmedewerkers, secretaressen, conciërges). Hoe hoger in de organisatie, hoe beter de ondersteuning geregeld is (grote centrale bureaus voor het innen van de bananen, hoogingeschaalde secretaressen, mooie behuizing). Door het adagium van ‘verantwoordelijkheid laag in de organisatie leggen’ (met behoud van de apenrots) is de situatie ontstaan dat erg onderbetaalde teamleiders, sectordirecteuren en afdelingsleiders met minimale ondersteuning een zware klus moeten klaren. Zij vertonen het echte leiderschap, voeren met erg veel mensen functioneringsgesprekken, in tegenstelling tot de opper-aap. Het leiderschap, dat nu zo nodig is in onderwijsorganisaties, is door deze beweging verzwakt. Zwak leiderschap vormt de belangrijkste bottleneck in de omvorming van scholen tot professionele organisaties.
In de organogramdriehoek van figuur 2 is een breukvlak getekend dat vaak voorkomt. De organisatie onder de streep heeft last van het gedeelte boven de streep. Boven de streep domineren de mannen, daaronder zitten ook vrouwen in leidinggevende functies. Onder de streep is er dagelijks contact met het primaire proces, boven de streep niet of nauwelijks. Omdat boven de streep niet echt gestuurd kan worden op de kernactiviteit van de organisatie, wordt het beheer naar boven getrokken. Dit maakt leidinggevenden onder de streep afhankelijk van de ondoorzichtige toedeling van financiën en formatie als middel om de machtsstructuur in stand te houden. Verdoezelende termen legitimeren de structuur: bovenaan wordt strategisch beleid gemaakt, in het midden tactisch beleid en in de lagere regionen gaat het alleen om operationeel leiderschap. Vaak een flagrante tegenstelling met de werkelijke sturing van het primair proces.
Vrijwel iedereen in onderwijsorganisaties herkent deze waarnemingen en heeft er last van. Toch zijn er maar weinigen die de piramidevorm van het organogram betwisten. We hebben te maken met diep verankerde gedragspatronen.
In de evolutionair, biologische optiek is de apenrots een redelijk stabiel systeem. Er vindt optimalisatie plaats van de collectieve overlevingskans van de groep in combinatie met het individuele streven naar voortplantingssucces. Omdat vrouwen zich minder vaak kunnen voortplanten dan mannen, gaan zij selectiever te werk. Zij proberen de beste genen te combineren met de beste bescherming. In de buurt van de opper-aap vertoeven, biedt kans op beiden. Macht werkt erotiserend. De top zelf biedt geen uitzicht voor vrouwen. Ze worden graag adjunct-directeur, teamleider of eventueel locatiedirecteur, maar niet voorzitter van de centrale directie.
Voor mannen is de top wel aantrekkelijk. Hoe hoger op de rots, hoe meer vrouwen beschikbaar zijn. De machtsstructuur op de rots reguleert de individuele optimalisatie van het voortplantingssucces. Er ontstaat geen chaos die de groep als geheel verzwakt. Deze verklaring à la Midas Dekkers wordt zelden onderschreven door leidinggevenden. Het fenomeen wordt wel herkend onderin de apenrots.
In de evolutionair, biologische verklaringswijze wordt wel duidelijk dat iedereen samenwerkt bij het instandhouden van dit fenomeen. Vrouwen vrijen omhoog, mannen naar beneden. De apenrotstheorie maakt ook duidelijk waarom de opper-aap zo trots is zijn bestuur op grote afstand te zetten zodat tegenwoordig centrale directies en colleges van besturen volledig ongecontroleerd hun gang gaan. En ook waarom vakbonden en medezeggenschapsraden medeplichtig zijn aan het creëren van deze misstand, die zo nadelig is voor hen die zij moeten beschermen.
De evolutie is een langzaam proces en apenrotsen zijn van graniet, maar de evolutie heeft ook de cortex gebracht die vakbonden en medezeggenschapsraden eindelijk eens moeten gebruiken om na te denken over de alternatieven die wel degelijk aanwezig zijn.

Dit bericht delen:

© 2023 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.