• blad nr 22
  • 17-12-2005
  • auteur . Overige 
  • Redactioneel

 

Terugdraaien studiehuis gebaseerd op denkfout

Het studiehuis ligt onder vuur. Het was niks, is niks en zal niks worden ook. Zo snel mogelijk moeten leerlingen weer aan het werk worden gezet. Volgens Hilde van den IJssel-Verbeke en Frits Hobbelen verloopt de discussie te eenzijdig. Beiden zijn oud-conrector van een van de pioniers op het gebied van zelfstandig leren, de Roncalli scholengemeenschap in Bergen op Zoom. Leerlingen die volgens de bedoelingen van het studiehuis zelfstandig hebben leren werken, zijn zeer wel in staat om een eventuele achterstand in parate kennis in te lopen.

Minister van der Hoeven van Onderwijs gaat de tweede fase (het studiehuis voor havo- en vwo-leerlingen) aanpassen op basis van klachten uit universiteiten en hogescholen dat er geen goede aansluiting is. Voornamelijk vanwege het gebrek aan vakkennis van de geslaagde examenkandidaten.
Die klachten kunnen gegrond zijn, maar we willen daar wel aan toevoegen dat het hoger onderwijs veel boter op het hoofd heeft. Het studiehuis is mede totstandgekomen door de constatering indertijd van het hoger onderwijs dat de aansluiting tussen voortgezet en hoger onderwijs niet goed verliep. Geslaagden wisten wel het een en ander, maar konden die kennis niet hanteren. Ze waren niet in staat om zelfstandig meer kennis te verwerven, te veel gewend om leerstof passief te consumeren en ze werden niet uitgedaagd om zelf aan het werk te gaan. Havo en vwo zouden meer aandacht moeten besteden aan zelfstandig werken, dat wil zeggen leerlingen leren om zichzelf leerstof eigen te maken. Geschikte middelen daartoe zouden zijn: werkstukken laten maken (praktische opdrachten en een profielwerkstuk), meer gebruik van de computer en de docent als begeleider van leerprocessen in plaats van ‘leerstofoverdrager’.

Weinig verschil
Aldus geschiedde. Er werden nieuwe examenprogramma's samengesteld en aan de scholen werd een nieuw didactisch model opgelegd. Scholen gingen hun leerlingen zelfstandiger maken. Maar het mocht natuurlijk niet veel kosten.
De docenten hebben nauwelijks scholing gehad hoe zij hun leerlingen konden begeleiden bij het verwerven van meer zelfstandigheid. Ze vonden het – begrijpelijk - heel moeilijk om hun leerlingen zomaar los te laten en de verantwoordelijkheid voor het leerproces voor een groot deel bij hun pupillen te leggen. Het gevolg was dat er wel een nieuw programma werd ingevoerd met nieuwe vakken en met gewijzigde oude vakken, maar dat de docenten in veel gevallen deze vakken op de hun vertrouwde manier bleven geven. En daarin was voor de leerlingen weinig gelegenheid tot zelfstandig werken weggelegd.
Als men nu een willekeurige middelbare school binnenkomt, zal men weinig verschil merken met zes jaar geleden. Zeker, er zijn meer computers te zien, maar of ze ook gebruikt worden voor het zelfstandiger maken van leerlingen…

Verbazing
En nu wordt de tweede fase weer aangepast. Niet alleen aan de vakken en examenprogramma's wordt geschaafd (dat was inderdaad nodig), maar ook het didactische model wordt losgelaten. Scholen ‘hoeven’ hun leerlingen geen zelfwerkzaamheid meer bij te brengen.
Naar onze mening zit daar nu precies de denkfout. Als je leerlingen zelfstandigheid, zelfwerkzaamheid en vermogen tot samenwerken wèl leert, zijn zij heel goed in staat om een eventuele achterstand in kennis weg te werken, in korte tijd zelfs. Het bewijs daarvoor wordt geleverd door de leerlingen van de Roncalli scholengemeenschap in Bergen op Zoom. Reeds lang vóór de invoering van het studiehuis werd deze leerlingen een grote mate van zelfstandigheid bijgebracht, de school is er landelijk bekend mee geworden. En geslaagde Roncalli-leerlingen uit de tweede fase kijken met verbazing naar hun medestudenten in de eerste jaren van het hoger onderwijs. Zij snappen niet dat die het studeren maar uitstellen tot hun eerste tentamenweek, zo rond de kerst.
De resultaten spreken ook voor zich. Terwijl landelijk slechts veertig tot vijftig procent van de studenten het eerste jaar redelijk tot goed doorkomt, blijkt dat voor Roncalli-leerlingen al jarenlang tachtig tot negentig procent te zijn. Zij hebben dezelfde kennisachterstand als leerlingen van andere scholen (examens die die kennis testen zijn gewoon hetzelfde), maar kennelijk zijn ze door hun zelfstandige aanpak in staat om die achterstand snel te overbruggen.
Dus, minister Van der Hoeven, u zou niet alleen iets aan die vakken en programma's moeten doen, maar juist ook aan bevordering van de zelfstandigheid van leerlingen in het middelbaar onderwijs.
Want het zal toch niet gebeuren dat over een paar jaar de universiteiten en hogescholen weer op de stoep van de minister van Onderwijs staan met de klacht: de studenten van nu hebben wel iets meer vakkennis, maar ze hebben niet geleerd om die te gebruiken, noch die zelf uit te breiden...

Dit bericht delen:

© 2025 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.