- blad nr 5
- 5-3-2005
- auteur J. van Aken
- de Vereniging
De bond is veranderd
De algemene vergadering van de bond nam het besluit tot de nieuwe structuur en volgde daarmee de voorstellen in de notitie ‘De bond in verandering’. Daarin staat verder dat de nieuwe pijlers van de bond de sectoren primair onderwijs, voortgezet onderwijs, bve en hbo zijn. “Dat is een heldere structuur. Het onderwijs is namelijk steeds meer per subsector georganiseerd, dat merk je bijvoorbeeld duidelijk bij de cao’s”, aldus Knoop.
Elke sector heeft een sectorraad met daarin ongeveer vijftig AOb-leden. Met het bestuur bepalen zij het beleid. De sectorraadsleden komen uit de rayons, de bedoeling is dat elke provincie vertegenwoordigd is. De ene sectorraad slaagt daar beter in dan de andere. “Die van het primair en het voortgezet onderwijs zijn aardig gevuld, de bve voor zestig procent. Het hbo heeft niet heel veel mensen in de sectorraad, maar degenen die erin zitten, houden via e-mail contact met in totaal zo’n duizend leden.”
Een andere vernieuwing was het instellen van de sectorconsulenten: de voelhoorns van de bond op de scholen en het eerste aanspreekpunt voor de leden. Zij beantwoorden vragen en werken nauw samen met de rayonbestuurders. Momenteel zijn er 76 consulenten in de diverse sectoren. Martin Knoop: “In de meeste sectoren gaat het goed. Alleen in het primair onderwijs is het een pittige klus omdat daar zoveel scholen zijn. Met zijn twintigen kunnen ze nooit al die scholen coveren, dus dat moeten er meer gaan worden”, verklaart Joop Kraan, als ambtelijk secretaris nauw betrokken bij het project.
@Strakker
@Er zijn meer ‘soorten’ consulenten. De PR-consulenten bijvoorbeeld onderhouden contacten met de pabo’s maar zorgen ook dat er bij bijeenkomsten allerlei promotiemateriaal aanwezig is. Dan zijn er nog de agrarische consulenten voor het agrarisch onderwijs en de denominatieve afdelingen hebben ieder een identiteitsfunctionaris. “Het voordeel is dat je met zo’n netwerk veel eerder weet wat er speelt dan via de formele kanalen”, merkt Martin Knoop.
Een evaluatie maakte duidelijk dat de besluiten uit ‘De bond in verandering’ positieve gevolgen hebben gehad. “Het aantal leden stijgt. Dat komt door tal van factoren, maar ook door de sectorconsulenten en sectorraden.” De vrees was dat de bond door de nieuwe structuur minder bijeenkomsten zou organiseren, maar het tegendeel is waar. Afgelopen jaar waren er 150 tot 200 landelijke bijeenkomsten.
Die activiteiten wil de bond in de toekomst wat strakker organiseren. “De bedoeling is dat iedere groep en afdeling activiteitenplannen gaat maken”, legt Kraan uit. Voor de algemene vergadering zijn er ook veranderingen. “Daar wordt niet meer gepraat over de cao-hbo, dat doet de sectorraad. Maar wel bijvoorbeeld over het streven naar een loonstijging van zoveel procent. En ook de sociale zekerheid staat er regelmatig op de agenda.”
Een belangrijke wijziging is de aanpassing van de statuten. “Die zijn van een dik boek naar een handzaam aantal pagina’s gegaan”, vertelt Kraan, die zich daar intensief mee bezig heeft gehouden. “De statuten konden eenvoudiger. Daarnaast waren er mensen die meer over de reglementen spraken dan over de inhoud. Nu hoeft daar geen discussie meer over te zijn en kunnen mensen het over onderwijs hebben”, verklaart Knoop. “Het hoofdbestuur heeft geconcludeerd dat dit de goede lijn is, er is een grote mate van tevredenheid”, vat hij samen.