- blad nr 5
- 5-3-2005
- auteur Y. van de Meent
- Redactioneel
Het vakantiedagenspook waart weer rond in het hbo
Wat is er mis met werkweken van 39 uur en tien weken vakantie”, vraagt Marco Kocken zich af. Het antwoord weet het hoofd personeel & organisatie van de hogeschool Rotterdam best. Tien verlofweken zijn geen twaalf verlofweken en daar hebben werknemers in het hbo volgens de cao wel recht op. Het voorstel van het college van bestuur van de hogeschool Rotterdam om over te schakelen van veertig werkweken van 40,5 uur naar 42 weken van 39 uur werd daarom afgelopen najaar door de medezeggenschapsraad naar de prullenbak verwezen.
Dit studiejaar is Rotterdam, net als veel andere hogescholen, gestart met een nieuw onderwijsmodel waarbij studenten veel meer keuzevrijheid krijgen. Ze kunnen buiten hun eigen opleidingencluster een afstudeerdifferentiatie volgen. Daarom zijn nieuwe, hogeschoolbrede afspraken over het jaarrooster noodzakelijk. Bovendien stelt de hogeschool alles in het werk om meer allochtone studenten binnen te halen en binnen te houden. Die studenten hebben vaak extra begeleiding nodig omdat het om de eerste generatie hogeropgeleiden gaat. Bovendien schiet hun vooropleiding soms te kort. “De Rotterdamse bevolking is gemiddeld lager opgeleid dan die van Amsterdam en Den Haag”, stelt Kocken. “Maar Rotterdam heeft net zoveel hogeropgeleiden nodig als de andere steden. Wij moeten ons dus extra inspannen om het gat tussen mbo en hbo te dichten. Daarom willen we dat docenten in de randen van de zomervakantie beschikbaar zijn voor extra begeleiding, bijspijkercursussen of taalcursussen.”
Rotterdam is niet de enige hogeschool die de 1659 werkuren beter over het jaar wil spreiden. Daar streven alle grote hogescholen naar. De instroom in het hbo verandert, betogen zij. Er komen steeds meer mbo’ers van verschillende pluimage binnen, de zij-instroom groeit, het aantal internationale studenten neemt toe en werknemers kloppen in het kader van ‘een leven lang leren’ bij hogescholen aan. Dat vraagt maatwerk, bijvoorbeeld in de vorm van schakelklassen en zomercursussen, en dus een flexibeler inzet van personeel.
@Kapstok
@Al bij de onderhandelingen over de allereerste hbo-cao, begin jaren negentig, wilden de werkgevers de werklast beter spreiden. De bonden hadden daar aanvankelijk wel oren naar. Ze gingen akkoord met het inleveren van achttien vakantiedagen in ruil voor een werkgelegenheidsgarantie. Maar dat pikte de achterban niet. Woedende leden stuurden de vakbonden terug naar de onderhandelingstafel. Eerst de werkdruk verminderen, dan pas vakantiedagen inleveren, luidde de opdracht.
De ruzie over het aantal vakantiedagen leidde tot een jarenlange loopgravenoorlog tussen hogescholen en vakbonden. Eind 1995 werd het geschil beslecht door een onafhankelijke arbiter, de commissie-Albeda. Die gaf de voorkeur aan het eindbod van de vakbonden. Daarin kregen alle hbo-werknemers recht op veertig vakantiedagen (exclusief negen feestdagen) en twaalf adv-dagen. Voor de meeste hbo-docenten een bevestiging van de status quo maar voor het ondersteunend personeel een flinke vooruitgang, want zij hadden voor het geschil maar 24 vakantiedagen.
Pas na een cao-loze periode van een jaar wisten werkgevers en vakbonden de uitspraak van de commissie-Albeda om te zetten in nieuwe cao-afspraken over werk- en verlof (zie kader). Die regeling is sinds 1997 niet meer veranderd, want voor de vakbonden was het onderwerp jarenlang taboe. Maar tijdens de laatste cao-onderhandelingen, eind 2003, deden zij een concessie. Op verzoek van de werkgevers werd het zogenoemde kapstokartikel in de cao opgenomen. Daarin is bepaald dat hogescholen voor een deel van de organisatie een afwijkende werk- en verlofregeling kunnen invoeren. Tenminste, als ze in het lokale overleg met de vakbonden aannemelijk kunnen maken dat zo’n afwijking nodig is en de medezeggenschapsraad ermee instemt.
De werkgevers hoopten dat ze met het kapstokartikel eindelijk een instrument in handen hadden om de werk- en verlofregeling aan te passen. Maar dat viel tegen. De hogescholen die het probeerden, hebben hun plannen weer ingetrokken. Alleen de hogeschool Inholland werkt nog aan pilots die volgend studiejaar bij een paar onderwijsafdelingen van start moeten gaan.
De Christelijke hogeschool Nederland wilde structureel vijf onderwijsperiodes van tien weken invoeren, in plaats van incidentele zomeractiviteiten nu. Docenten zouden op basis van vrijwilligheid worden ingeroosterd voor de vijfde periode die in de zomervakantie valt. Het plan sneuvelde. “De raad wilde weten wat er zou gebeuren als er niet voldoende vrijwilligers zouden zijn”, vertelt collegevoorzitter Bert Vroon. “De vakbonden wilden weten welke activiteiten we zouden gaan ondernemen, terwijl wij juist eerst wilden onderzoeken of we die extra onderwijsperiode konden invoeren. We kwamen in een kip-of-ei-discussie terecht. Daarom hebben wij het voorstel weer ingetrokken.”
Vroon is bestuurslid van de Hbo-raad en voorzitter van de werkgeversdelegatie bij het cao-overleg. Hij stond aan de wieg van het kapstokartikel en hoopte daarmee een doorbraak in de patstelling rond de vakantieregeling te hebben bereikt. “Ik dacht dat we de belangrijkste hobbel in het landelijk cao-overleg hadden genomen. Maar na die eerste hobbel kwamen er nog twee plaatselijke hobbels”, zegt hij.
@Afpakken
@“De hogescholen hebben de aftocht geblazen omdat zij in de medezeggenschapsraden stuitten op verzet van het personeel”, meent Roelf van der Ploeg, beleidsmedewerker hbo bij de AOb. “Zodra het V-woord valt in het hbo, gaat onze achterban zich roeren. Als je een volle ledenvergadering wilt, moet je aan de vakantieregeling komen.” Niet dat alle hbo’ers zo blij zijn met de overvolle werkdagen van negen uur en werkweken van 40,5 uur. “Rationeel zijn ze het daarom wel eens met het beter spreiden van de werklast”, denkt Annemieke Lub, rayonbestuurder in Amsterdam, “maar emotioneel voelt het als afpakken van vakantiedagen.”
Tijdens de onderhandelingen over de nieuwe cao stellen de werkgevers de vakantieregeling opnieuw ter discussie. “Ze denken aan individuele keuzemogelijkheden”, weet AOb-onderhandelaar Gerrit Stemerding. “Een werknemer kan dan bijvoorbeeld kiezen uit werkweken van 40,5 uur, 38 of 36 uur. Zo’n keuzemodel is voor ons bespreekbaar, maar afspraken waarbij het aantal vakantiedagen in het hele hbo wordt verminderd, maken we de komende honderd jaar niet. Dat is echt niet te verkopen aan onze achterban.”
Maar het is de vraag of de werkgevers het keuzemodel aan hun achterban kunnen verkopen. In Rotterdam wil het college van bestuur in ieder geval niet afhankelijk zijn van vrijwilligers die kiezen voor kortere werkweken en kortere vakanties. “Wij zitten met de gekke situatie dat de medezeggenschapsraad heeft ingestemd met invoering van het nieuwe onderwijsmodel dat uitgaat van vier onderwijsperiodes van tien weken plus twee weken voor hertentamens en het afronden van scripties. Maar het jaarrooster voor het personeel dat daarbij hoort is geblokkeerd”, vertelt hoofd P&O Marco Kocken. “De raad vond dat beperking van het aantal vakantieweken alleen op vrijwillige basis kan plaatsvinden. Het college heeft daarom het voorstel ingetrokken, want je kunt je bij het opstellen van jaarroosters niet afhankelijk maken van de instemming van individuele medewerkers.”
@C1:‘Wat is er mis met werkweken van 39 uur en tien weken vakantie?’
@C1:‘Als je een volle ledenvergadering wilt, moet je aan de vakantieregeling komen’
Werk & verlof in het hbo
@Een hbo-werknemer met een fulltime-aanstelling werkt 1659 uur per jaar. Die uren worden verdeeld over 180 werkdagen (181 in een schrikkeljaar) en veertig werkweken van 40,5 uur. De werkweek omvat vierenhalve dag van negen uur. Hbo’ers moeten dus veertig weken flink buffelen maar hebben ook twaalf weken vrij per jaar. Na veertig werkweken van 40,5 uur is echter pas 1620 uur gewerkt. In de cao is daarom vastgelegd dat docenten de resterende 39 uur naar eigen inzicht kunnen inzetten voor deskundigheidsbevordering. Het ondersteunend personeel moet die 39 uur gewoon werken en heeft daardoor vier verlofdagen minder. Zij mogen trouwens kiezen voor een vierdaagse werkweek van 36 uur, maar houden dan maar 22 vakantiedagen (5,5 week) per jaar over.