blad nr 20
20-11-2004
auteur R. Sikkes
Redactioneel

Maria zegt sorry

“In de Jamby-affaire zijn mensen beschadigd. Deze evaluatie kan die schade niet herstellen, maar mogelijk wel verzachten Met de strafzaak stond in feite het integer handelen, dat grote goed, van de drie ex-collega’s op het spel. Met hun vrijspraak staat vast dat bij hen van niet-integer handelen geen sprake is geweest en dat zij derhalve van iedere blaam zijn gezuiverd. In ene brief aan de drie betrokkenen heeft de minister dit bevestigd. Hopelijk kan deze evaluatie bijdragen aan het afsluiten van deze periode en het maken van een nieuwe start.”
De notitie ‘Lessen voor de toekomst – Jamby afffaire’ had beter de notitie ‘Zand erover’ kunnen heten. Want over al die nare dingen, de manier waarop het bedrijf Jamby van Adam Curry met medeweten van de ambtelijke top buiten de regels om een miljoen voor een totaal mislukt computerproject toegeschoven kreeg, daar heeft het ministerie het liever niet over. En dus ook liever niet meer over de manier waarop wél drie lagere ambtenaren vervolgd werden, maar niet de directeur-generaal en eventueel minister Hermans.
Er wordt in de deze week verschenen stukken over de afwikkeling – de sorry-brief van minister Maria van der Hoeven aan de ex-ambtenaren, de brief aan de kamer, de notitie – vooral veel gesproken over hoe erg het was voor die drie ambtenaren die voor de rechter zijn gesleept en vrijgesproken. Hoe men nu weer de blik op de toekomst wil richten. Een feitenrelaas is die notitie niet geworden, want dat zou maar weer oude wonden openrijten. Vooral bij die drie inmiddels vertrokken medewerkers van het ministerie van Onderwijs. En dus worden vooral mooie woorden gesproken over integriteit en nieuwe klokkenluidersregelingen.
Die pogen de aandacht af te leiden van wat de rechter in zijn vonnis keihard neerzette. “In het licht van de omstandigheden die blijken uit de ontstaansgechiedenis van het rapport had naar het oordeel van de rechtbank ook de directeur-generaal kunnen worden vervolgd.” Want die directeur-generaal wist van de hoed en de rand, zo blijkt uit het vonnis. “De DG zal mogelijk geen wetenschap hebben gehad omtrent de wijze waarop tot een valse effectuering van de schikking zou worden overgegaan, maar de rechtbank gaat er wel vanuit dat hij wist dat het anders dan overeenkomstig de waarheid (een formele schikking) en dus valselijk zou zijn.”
Alleen komen al deze (en nog vele andere) opmerkingen van de rechter over betrokkenheid van de ambtelijke top niet in het rapport Zand Erover van het ministerie voor. Op geen enkele manier wordt bekeken wat de niet-beschadigden en niet-vervolgden voor rol hebben gespeeld in de Jamby-affaire en hoe het ministerie daar mee wenst om te gaan om daaruit lessen te trekken voor de toekomst. Want de boodschap richting de ten onrechte vervolgde ambtenaren - Maria zegt sorry - is niet voldoende, als ook de integriteit van de het ministerie op hogere niveaus volgens de rechter ook in het geding is.