• blad nr 13
  • 26-6-2004
  • auteur D. van 't Erve 
  • Redactioneel

 

Expertgroep wil geheel nieuwe wet voor medezeggenschap

Voor het primair onderwijs moet er een geheel nieuwe wet komen die de medezeggenschap op school regelt. Invoering van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) levert te veel problemen op, maar ook de huidige wet voldoet niet meer. Dit stelt de expertgroep die in opdracht van de minister van Onderwijs onderzoek deed naar de medezeggenschap in het primair onderwijs.

Al jaren bakkeleien partijen over een nieuwe medezeggenschapsregeling in het onderwijs, vooral over de vraag wie waarover zeggenschap moet krijgen. In de Wet op de medezeggenschap onderwijs (WMO) hebben ouders evenveel zeggenschap als het personeel. Door de voortgaande decentralisatie voldoet de WMO niet meer: ouders zouden ook gaan meebeslissen over de arbeidsvoorwaarden van het personeel. De AOb is daarom voorstander van invoering van de Wet op de ondernemingsraden, die zorgt voor een scheiding tussen inspraak van ouders en personeel. De ouderorganisaties, de CMHF en de Onderwijsbond CNV zien meer in aanpassing van de WMO. De organisaties van werkgevers geven er de voorkeur aan dat scholen kunnen kiezen tussen beide modellen.
De minister heeft nu aan drie deskundigen gevraagd alle opties te onderzoeken. Uit hun rapport blijkt dat eigenlijk geen enkel model geschikt is. Zo geldt de WOR pas als een school vijftig of meer personeelsleden heeft, de meeste basisscholen komen daar niet aan. Bovendien moet bij de WOR de medezeggenschap over onderwijsinhoudelijke zaken apart geregeld worden. De kans van slagen om dit apart te regelen acht de expertgroep gering.
Als je de WMO zou willen aanpassen, moet er heel wat gebeuren, waarschuwt de expertgroep. Het keuzemodel ligt nog moeilijker omdat er dan twee nieuwe medezeggenschapsregelingen moeten komen. Volgens de expertgroep is dat bovendien niet bevorderlijk voor de overzichtelijkheid van de wet- en regelgeving. De deskundigen stellen daarom een geheel nieuwe regeling voor het primair onderwijs voor: de Wet medezeggenschap scholen (WMS). De WMO vormt daarvoor de basis: de MR zal ook straks bestaan uit een personeelsgeleding en een oudergeleding. In afwijking van de WMO kan het personeel zelfstandig beslissen over hun arbeidsvoorwaarden, ouders krijgen die bevoegdheid bij zaken als de vrijwillige ouderbijdrage.
De AOb staat in principe positief tegenover het voorstel voor de WMS. “Pure winst is dat de medezeggenschap van ouders en personeel hierin apart geregeld is”, zegt beleidsmedewerker Gerard Willemsen. “Maar nog onduidelijk is of alles met de nieuwe wet wordt opgelost. Wat gebeurt er bijvoorbeeld met de bovenbestuurlijke medezeggenschap?” Afstappen van de WOR gaat de AOb aan het hart. “Elke wet creëert zijn eigen problemen en bovendien zijn veel kritiekpunten van de expertgroep op de WOR volgens ons makkelijk op te lossen. We merken echter dat veel mensen in het onderwijs niet staan te springen om de WOR, ze blijven vinden dat je een school niet moet zien als een onderneming. Misschien kan de WMS wel alle handen ineen krijgen, zodat de medezeggenschap eens op een goede manier geregeld wordt.”
De nieuwe wet moet per 1 augustus 2005 ingaan, zodat geruime tijd ervaring met de nieuwe vorm van medezeggenschap kan worden opgedaan voor de invoering van de lumpsumfinanciering in het primair onderwijs in 2006. De minister heeft toegezegd nog voor het zomerreces haar definitieve standpunt te bepalen.

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.