• blad nr 12
  • 12-6-2004
  • auteur R. Sikkes 
  • Redactioneel

 

Vier van de tien 62-jarigen zitten nu al in de wao

Ouderen in het onderwijs hebben het zwaar. Dat vertaalt zich in een hoog ziekteverzuim, een fors wao-percentage en werkgevers doen er blijkbaar alles aan om ouderen werkloos te laten worden. Op 62-jarige leeftijd is de situatie in het onderwijs (po, vo en bve) in grote lijnen als volgt. Van de tien mensen staan er slechts nog twee voor de klas, drie zijn er met de fpu/vut, vier zitten er in de wao en eentje is er werkloos. Tot zestig jaar is het beeld veel gunstiger. Zeven van de tien werken, twee zitten er in de wao en eentje gaat met de vut of wordt ontslagen. Daarna neemt de ‘inactiviteit’ zoals dat in beleids-Bargoens heet, snel toe. Niet alleen door de prepensioenregelingen, zoals het kabinet suggereert. Maar in twee jaar tijd verdubbelt het aantal zestigplussers in de wao. Op 64-jarige leeftijd is de situatie helemaal droef. Dan werkt nog maar één op de tien, twee genieten van hun fpu, vijf zitten in de wao en twee zijn er werkloos.
Kortom: het werken in het onderwijs valt ouderen zwaar. De fpu is een maatregel die mogelijk voorkomt dat nog meer mensen in de wao zouden raken, of op late leeftijd door hun werkgever ontslagen worden. Want werkgevers zijn ouderen vaak liever kwijt dan rijk. Dat blijkt uit het ziekteverzuim, dat voor de groep 55-plussers piekt boven het gemiddelde. Terwijl het ziekteverzuim schommelt rond de zeven en acht procent, tonen de cijfers dat ouderen (zowel onderwijspersoneel als ondersteunders) vijf tot zes procent méér verzuimen.
Geen wonder dat de fpu populair is. Net als de bapo, de regeling om minder uren te gaan werken. Een regeling die deels betaald wordt door de werkgever en ook een eigen bijdrage van het personeel kent. Direct vanaf 52 jaar maakt al eenderde gebruik van de bapo, rond de 55 jaar doet de helft tot tweederde dat. De verwachting is dat door de bapo op termijn ziekteverzuim en wao zullen dalen. Mooi, maar bereiken de ouderenregelingen wel wat we willen?

Aanlokkelijk
Die vraag speelt ook in het kabinet. Met het schrappen van de fpu-regeling zegt de regering dat het zo aanlokkelijker is om langer door te werken. De voorspelling van de AOb luidt heel anders: ziekteverzuim en wao zullen toenemen als ouderenregelingen zomaar worden geschrapt. Wie de cijfers nu bekijkt kan geen andere conclusie trekken.
Steun voor die bewering komt uit het rapport Oud en wijs in het onderwijs dat TNO in 2002 voor het ministerie van Onderwijs maakte. Conclusie van dat rapport: alleen maar een oplossing bieden voor het verminderen van het aantal uren, maar niet voor het echt verlagen van de werkdruk. Er wordt nauwelijks aandacht besteed aan de problemen die mensen hebben met de inhoud en organisatie van hun werk. ‘Een actief ouderenbeleid is nog niet van de grond gekomen’, aldus het onderzoek. De instellingen die een deugdelijk ouderenbeleid hebben en erin slagen om mensen langer aan het werk te houden, zijn zeldzaam. Een combinatie van het aanpassen van werktijden, beter letten op gezondheidsklachten én het slim inzetten van de regelingen voor vervroegd uittreden, maakt dat mensen met plezier langer doorwerken.
Blijkbaar wil de overheid met het afschaffen van de fpu dat ouderenbeleid afdwingen. De TNO-onderzoekers voorspelden zo’n aanpak al en wezen hem af. ‘Een dergelijke maatregel zal veel weerstand oproepen, aangezien men de regelingen als een verworven recht lijkt te zien. Ook kan het leiden tot gevoelens van miskenning, wat op termijn kan resulteren in een verminderde motivatie en zelfs verzuim. En ten slotte is het mogelijk dat wanneer seniorenmaatregelen financieel minder aantrekkelijk worden, werknemers andere routes (moeten) kiezen om minder te werken, zoals de ziektewet of de wao.’ Het verleiden van mensen met een juiste mix van maatregelen, lijkt de auteurs een stuk verstandiger.

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.