• blad nr 8
  • 17-4-2004
  • auteur . Overige 
  • Vakwerk

 

Zelfs de kleuters zitten achter de computer

Voor scholen is het vaak een heel gedoe om een internetprovider te kiezen. Wie is de goedkoopste en wat is eigenlijk de beste verbinding? In Enschede hebben ze een oplossing gevonden: daar werken alle basisscholen samen op ict-gebied. Dat doen ze met succes, zelfs de Enschedese kleuters nemen al regelmatig achter de computer plaats.

In het trappenhuis van basisschool de Bron hangen oude glas-in-loodramen die bij de verbouwing, een paar jaar geleden, bijna waren weggegooid. “Dat was echt zonde geweest, nu hangen ze hier prachtig”, vindt Aart van Ooijen, directeur van de Enschedese basisschool. Toen het gebouw enige tijd geleden gerenoveerd werd, kwam er een hoop oude glorie tevoorschijn. Want niet alleen de ramen doen denken aan vervlogen tijden, ook de schooltuin is een tijdje geleden precies zo aangelegd als op oude foto’s te zien was. Zelfs schoolprenten van vroeger prijken nu weer aan de hoge muren van de basisschool.
Maar toch staat het moderne centraal. Dat kan ook niet anders, want Van Ooijen is naast directeur van de Bron voorzitter van de groep die de ict-zaken voor basisscholen in Enschede regelt. In de gangen staan lange rijen computers opgesteld en het bijzondere is dat zelfs de allerkleinsten er zo nu en dan achter kruipen. Ook voor hen is er op de computer genoeg te beleven. “We hebben voor iedere groep computerprogramma’s”, vertelt Aart van Ooijen. “Alleen als er een storing is zijn de computers onder schooltijd uit, ze worden normaal gesproken om half negen aangezet en gaan om pas om drie uur weer uit.” Het gebouw is zo aangepast dat alle kinderen van de computers gebruik kunnen maken. Speciale schuifdeuren kunnen worden opengezet, zodat leraren vanachter hun bureau precies kunnen zien wat de kinderen op de computer aan het doen zijn.

Slapend potje
In 1999 bleek de gemeente Enschede nog te beschikken over een ‘slapend potje’. Een half miljoen euro lag na verkoop van een kabelbedrijf te wachten op besteding. De wethouder met ict in zijn portefeuille eiste het geld al snel op en gaf het aan de basisscholen. Die moesten het besteden aan ict. Sindsdien bestaat er een speciale groep, Basis op kop, die alle zaken op ict-gebied regelt.
De keuze van een internetprovider is een van de taken van Basis op kop. Van Ooijen weet uit eigen ervaring dat het moeilijk is om de juiste internetverbinding te kiezen. “Wanneer je kiest voor een provider kies je voor een ‘digitale snelweg’. Als je hem in je eentje wilt berijden, is hij hartstikke duur. Je moet dan ook in je eentje het onderhoud betalen. Als je hem met meerdere mensen deelt, wordt hij goedkoper, maar je moet dan wel goed opletten dat de weg niet te druk wordt. Anders sta je in de file, dan wordt de verbinding dus te langzaam.”
Bedrijven zijn sneller bereid om hun systeem aan te passen aan de wensen van alle basisscholen in Enschede dan aan die van maar één potentiële klant. Dat merkt Van Ooijen in de onderhandelingen met bijvoorbeeld uitgevers. “We zijn een machtige club geworden nu we samenwerken. Dat merken andere scholen ook. We worden regelmatig gevraagd om workshops te organiseren. Dat gebeurt zo vaak dat wij als organisatie voortaan geld voor de presentaties moeten vragen.”

De kleintjes
Maar Basis op kop houdt zich niet alleen maar bezig met de centen. Want zelfs kleuters die nog niet kunnen lezen en schrijven, hebben al een plekje achter de computer gevonden. Met het programma @miel kunnen zij gesproken berichten versturen naar klasgenootjes door op de foto van één van hen te klikken. Die berichtjes kunnen dan weer afgeluisterd en beantwoord worden. Het programma was in eerste instantie bedoeld voor kinderen met een taalachterstand. Voor hen is het moeilijk berichten te schrijven en te lezen. Basis op kop besloot het programma ook bij kleuters te gaan gebruiken zodat zij aan de computers konden wennen. De Bron ging als een van de eerste basisscholen met @miel aan de slag.
Zo vroegwijs als de kinderen van de Bron met de computers zijn, zo moeilijk vinden sommige leraren het om met ‘dat ding’ om te gaan. “Ik heb wel eens een leraar het toetsenbord in tweeën zien breken, zo boos werd hij toen iets niet lukte.” Vooral oudere leraren zagen het in eerste instantie niet zo zitten om zich de computerkunde eigen te maken. Toch wist Van Ooijen hen duidelijk te maken dat ook zij een digitaal rijbewijs moesten halen. “Het gaat namelijk niet om de leraren, het gaat om de kennis van de kinderen. Dat zagen de leraren al snel in en op mijn school weet iedereen nu hoe hij met de computer moet omgaan. Een digitaal rijbewijs is verplicht.”
Hoewel iedereen de basistechnieken onder de knie heeft, worden de technische zaken overgelaten aan de ict’er die op de Bron werkt. “Leraren hoeven zich daar niet mee bezig te houden.” Maar als het dan toch een keertje fout gaat, staan de leerlingen altijd klaar om een handje te helpen, weet Aart van Ooijen. “Ze zijn zo handig met de computer. Ze zien het meteen als ik niet uitlog bijvoorbeeld, iedere groep heeft namelijk zijn eigen inlogcode en ze weten allemaal precies wat je aan het doen bent. De oudere groepen maken hele powerpoint-presentaties voor hun spreekbeurten. Als de leraar het niet meer weet dan zeggen de leerlingen al snel: Ga jij maar aan de kant, ik doe het wel even.”

Dit bericht delen:

© 2025 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.