- blad nr 14
- 23-8-2003
- auteur R. Sikkes
- Redactioneel
Utrecht levert beste universitaire leraren af
Utrecht komt er over de hele linie goed van af, ook als het gaat om het programma, de studeerbaarheid en de eindtermen.
De universitaire lerarenopleidingen - een studie van één jaar volgend op het doctoraal - zijn de afgelopen jaren behoorlijk gegroeid. Waren er tien jaar geleden 545 studenten, nu zijn dat er 838.
De omvang verschilt wel enorm per opleiding. De drie technische lerarenopleidingen tellen samen maar een handjevol studenten. De kwaliteitscontroleurs vinden het daarom onwaarschijnlijk dat het huidige samenwerkingsverband blijft bestaan. Zo lonkt Delft al naar Leiden, terwijl Eindhoven mogelijk met de hbo-lerarenopleidingen in de regio verder wil. Een stevige koppeling tussen de lerarenopleidingen in het hbo en wo, zoals in Nijmegen al het geval is, ligt volgens de commissie erg voor de hand. Wel moeten alle universitaire opleidingen beter samenwerken en hun programma's op elkaar afstemmen omdat de verschillen te groot zijn. Verder trof de commissie te weinig goed studiemateriaal aan en te veel bij elkaar geraapte readers, die bestonden uit artikelen uit vakbladen met een nietje erdoor.
De stagebegeleiding op school is goed geregeld, maar veel scholen laten hun docenten-in-opleiding te veel uren werken. De commissie signaleert dat door de combinatie van studie en stage studenten een grote werkdruk hebben en studievertraging oplopen. Opvallend vindt de commissie dat veel studenten terechtkomen in de onderbouw van havo/vwo of vmbo, terwijl de opleiding daaraan geen enkele aandacht schenkt. 'Het verdient aanbeveling de docenten-in-opleiding beter voor te bereiden op dit deel van hun taak.'