blad nr 9
3-5-2003
auteur R. Sikkes
Redactioneel

Minister vindt inspectie te somber over lerarentekort

De inspectie luidt de alarmbel over het lerarentekort. Minister Maria van der Hoeven maakt zich wel zorgen, maar vindt dat er geen reden is voor paniek. Die opmerkelijke tegenstelling deed zich voor tijdens de presentatie van het Onderwijsverslag van de Inspectie van het onderwijs. Volgens inspecteur-generaal Kete Kervezee staat de kwaliteit van het onderwijs onder druk en blijft deze alleen op peil door de inzet van leraren. Maar die druk kan te groot worden.
Van der Hoeven had ondertussen een ander onderzoek klaarliggen. Het tekort is zeker lastig, maar heeft nog geen effect op de kwaliteit, constateerde de demissionaire minister blijmoedig. “Ik zou liever zien dat de inspectie geen algemene opmerkingen maakte, maar heel specifiek per regio of school laat zien wat de problemen zijn door het tekort.” De nieuwe cao zag zij als een goed instrument om het tekort te bestrijden, vooral omdat daarin ruimte wordt gemaakt voor het beter belonen van docenten in het vmbo, de schoolsoort waar het tekort zich het hevigst laat voelen.
Inspecteur-generaal Kervezee zei desgevraagd ‘best te begrijpen dat er geen hard antwoord van de minister over de tekortenproblematiek kwam, gezien de demissionaire status van het kabinet’. Wel hoopt zij dat het vraagstuk in een nieuw kabinet echt opgepakt wordt. “Als je je realiseert wat er gebeurt: achter iedere leraar die ontbreekt, gaan 25 leerlingen schuil. Als leerlingen tijden geen wiskunde hebben, driemaal een nieuwe docent Frans krijgen, dan is dat slecht voor de onderwijskwaliteit en helemaal voor zwakke leerlingen.”
De AOb herkent zich beter in de boodschap van de inspectie dat er te weinig gebeurt aan het aanpakken van het lerarentekort, dan in het tot nu toe gevoerde overheidsbeleid. “Hopelijk lezen de nieuwe informateurs dit rapport goed”, aldus Walter Dresscher, voorzitter van de AOb.