- blad nr 17
- 3-10-2002
- auteur . Overige
- Het juridisch probleem
Extra periodieken
Op de eerste plaats moet gekeken worden of ze bij terugkeer in het onderwijs wel goed is ingeschaald. Ze is in juli 1978 gestopt met werken. In juni 1994 is ze een aantal dagen ingevallen. Omdat dat minder dan zestig dagen waren tellen die voor de salarisinschaling niet mee. Per 1 augustus 1998 is ze voor onbepaalde tijd weer aan de slag gegaan.
Ze werd ingeschaald in nummer 15 van schaal 9. Dat klopt. Om na te rekenen of dat goed is gedaan moet je uitgaan van het laatstverdiende salaris in 1978. Dat moet dan nog wel worden vermenigvuldigd met de inflatiecorrectie. Vervolgens moet de uitkomst worden ingepast in de tabellen van 1998. Mevrouw K. komt dan uit op schaal 9, nummer 9. Omdat ze twintig jaar uit het onderwijs is geweest krijgt ze vijf onderbrekingsperiodieken plus een periodiek vanwege de jaarlijkse verhoging, dus in totaal zes. De inpassing komt dan uit op nummer 15.
En hoe zit het nu met de extra periodieken? Om dat te kunnen beoordelen moeten we bekijken wat haar salaris zou zijn als K. haar onderwijsloopbaan niet had onderbroken. Is het verschil minder dan vijf periodieken, dan kan ze er een periodiek bij krijgen. Is het verschil méér dan vijf dan kan ze er twee periodieken bij krijgen. Als haar werkgever op grond van een beoordeling niet van plan is om de extra periodieken te geven, moet hij dit schriftelijk en gemotiveerd meedelen.
Als K. niet een tijd uit het onderwijs was gegaan, had ze inmiddels op het maximumsalaris gezeten. Ze wordt nu bezoldigd in salarisschaal LA, nummer 17. De regeling gaat in met terugwerkende kracht tot 1 augustus 2001. Op dat moment had ze vier periodieken achterstand. Dit betekent dat ze met terugwerkende kracht recht heeft op een extra periodiek.
Mevrouw K. moet wel een beetje opschieten met het indienen van het verzoek bij haar werkgever. Ze heeft nog de tijd tot 1 januari 2003.