- blad nr 17
- 3-10-2002
- auteur R. Sikkes
- Commentaar
Realistisch populisme
Als je het collegeprogramma Het nieuwe elan van Rotterdam...en zo gaan we dat doen leest, wordt duidelijk dat het nieuwe Rotterdams stadsbestuur de onvrede van haar burgers goed heeft begrepen. Zij vertaalt die onvrede bovendien in ambities, concrete doelstellingen en bijbehorende budgetten. Naast veiligheid investeert de gemeente fors in onderwijs: 32 miljoen euro in vier jaar tijd.
De leefbaar-partijen zijn vaak weggezet als populistisch, maar in Rotterdam lijkt dat toch uit te draaien op wat we maar even realistisch populisme noemen. Het college pakt de zaken aan waar kiezers om vroegen: veiligheid, onderwijs en sociale cohesie.
Het verrasssende is dat dit realistisch populisme op landelijk niveau zo ontbreekt, terwijl het landsbestuur toch dezelfde kleur heeft als het Rotterdamse stadsbestuur. LPF-CDA-VVD. Maar landelijk geeft die coalitie niet thuis als het gaat om extra geld voor onderwijs.
Zo zet de overheid een stad als Rotterdam met de rug tegen de muur als het gaat om het oplossen van het lerarentekort en de gemeente weet dat ook. "De rijksoverheid is de eerst verantwoordelijke voor verbetering van de arbeidsvoorwaarden van leraren", merkt het stadsbestuur op in het collegeprogramma.
Precies, maar daar hebben wij de komende jaren weinig van te verwachten als we naar het strategisch akkoord kijken, waar helemaal niets substantieels voor onderwijs in zit. Misschien moeten de lokalo's van de leefbaar partijen, CDA- en VVD-wethouders hun partij maar eens duidelijk maken dat de nood in de steden behoorlijk begint op te lopen.
Het enige dat helpt bij het bestrijden van het elrarentekort is investeren in de arbeidsvoorwaarden. Dat blijkt bijvoorbeeld in New York. Al jaren kampt die stad met een lerarentekort, dat dit jaar opeens is verdwenen. Ondanks de toch zware werkomstandigeheden in de binnenstadsscholen. Wat deed de stad: zij verhoogde de salarissen fors. En wat gebeurde: vanuit de buitenwijken trokken leraren naar de stad, vanuit andere beroepen stapten ze over naar onderwijs.
"Eigenlijk was er helemaal geen tekort", is het commentaar van de New York Times, "alleen waren leraren niet bereid om in het onderwijs te gaan werken voor voor te weinig geld. Voor economen zal dat geen verrassing zijn: als de juiste prijs is vastgesteld, komt het aanbod vanzelf."
Wat dat betreft is het goed dat Rotterdam het initiatief neemt om samen met de andere grote steden te gaan lobbyen in Den Haag. In de tussentijd zit de stad ook niet stil en doet wat ze kan. Fors investeren in gebouwen - toch ook een belangrijk onderdeel van het werkplezier van leraren - en extra geld voor secundaire arbeidsvoorwaarden.
De lat ligt hoog in Rotterdam. De ambitie van CDA-onderwijswethouder Van der Tak is dat hij het lerarentekort over vier jaar heeft weggewerkt. Zo'n ambitie verdient steun, en vooral wat meer realistisch populisme van het kabinet.