- blad nr 20
- 20-11-1999
- auteur O. Bosma
- Redactioneel
Minister Hermans pusht competentiemodel
Hermans zond de schoolbesturen een brochure van het adviesbureau Berenschot competenties van leraren. Voor allerlei aspecten van het leraarschap worden daarin een basis-, ervaren en excellent niveau onderscheiden. In functionerings- en beoordelingsgesprekken moet de schoolleiding uitmaken of een leraar een stapje hoger op de trede kan gaan staan. Promotie levert een hoger salaris op.
De brochure is vrijwel identiek aan een eerdere Berenschot-nota over het onderwerp. Volgens de minister biedt het model een handreiking voor de start van Œintegraal personeelsbeleid¹.
Competentiebeloning was onderwerp van heftige meningsverschillen tussen de onderwijsbonden en de minister tijdens de onderhandelingen over de lopende onderwijs-cao. Hermans werd op de huid gezeten door een Kamermeerderheid die in de promotiemogelijkheid een vorm van loopbaanontwikkeling ziet. Er is ruim 200 miljoen gulden beschikbaar voor de invoering, ongeveer eenderde van het bedrag dat Berenschot minimaal noodzakelijk acht. De Kamer denkt dat het beroep er aantrekkelijker door wordt. De bonden geloven daar niets van. Er is veel literatuur waaruit blijkt dat dit soort differentiatie binnen een functie tot haat en nijd aanleiding geeft. Het onderscheid tussen de drie stadia van bekwaamheid is volgens de bonden boterzacht. Toen het meningsverschil een cao-akkoord in de weg kwam te zitten, bedachten de onderhandelaars een compromis. De lopende contractperiode zou worden gebruikt voor studie over het onderwerp en voor vergroting van de deskundigheid van de schoolleiding bij personeelsbeoordeling.
Naijver
Tijdens de presentatie van het akkoord bleken de meningsverschillen opnieuw. Hermans triomfeerde dat de competentiebeloning overeind was gebleven, de bonden verklaarden dat het begrip in het akkoord niet eens voorkwam. Over integraal personeelsbeleid, een vage term, wilden ze wel nadenken. Berenschot beweert in de brochure over zijn competentiemodel dat een experiment op vijf scholen positieve uitkomsten had. Hermans volgt het bureau daarin. De brochure en de minister laten onvermeld dat het experiment geen beloningsverschillen op de betrokken scholen tot gevolg had daar was geen rechtmatige grondslag voor en evenmin geld - en dat de deelnemers dat ook van tevoren wisten. Gezien deze vrijblijvendheid beoordeelt de AOb de experimenten als waardeloos ten aanzien van het grootste bezwaar tegen het competentiemodel: de naijver die erdoor ontstaat als mensen die hetzelfde werk doen verschillend worden betaald op grond van aanvechtbare criteria. De bond heeft Hermans laten weten dat hij met zijn actie de cao-afspraak schendt om dit jaar alleen te studeren en te overleggen.