• blad nr 7
  • 6-4-2002
  • auteur . Overige 
  • Column

 

Rabbae

De islamitische scholen zijn sinds hun ontstaan steeds in de verdediging gedrukt. Nog lang voordat ze te maken hadden met eigen bestuurlijke problemen, werden ze vanuit de politiek (met name de VVD) bestreden vanwege hun vermeende negatieve invloed op de integratie van de kinderen. Langzamerhand won echter het idee dat we deze scholen als gewone Nederlandse scholen moeten behandelen aan kracht. Sindsdien leiden deze scholen een normaal bestaan dat af en toe vertroebeld werd door het onhandig opereren van sommige bestuurders. Ook het onderzoek van de onderwijsinspectie, dat gematigd positief was, heeft bijgedragen aan het normaliseren van de positie van deze scholen. Echter, vanaf het afgelopen najaar deden geruchten de ronde over een mogelijk onderzoek van de BVD naar ongewenste contacten van de islamitische scholen met buitenlandse regimes. Voordat de BVD met haar onderzoek naar buiten kwam, had het televisieprogramma Nova haar 'onderzoek' en conclusie al klaar: uit het lesmateriaal blijkt dat de islamitische scholen tot haat van niet-moslims aanzetten!
De reacties logen er niet om. De directeur van het instituut voor multiculturele ontwikkeling Forum, de heer Aboutaleb, vond dat er maatregelen moeten komen tegen deze scholen. Karin Adelmund, meestal zorgvuldig opererend op dit terrein, deed daar nog een aanzienlijk schepje bovenop: 'ik haat deze scholen'. Hierna volgde een inflatie aan hysterische reacties van de vier grote politieke partijen: PvdA (Melkert): 'onaanvaardbaar'. VVD (Cornielje): 'lesmateriaal in beslag nemen en mogelijk school dicht'. D66 (Lambrechts): 'dit is verwerpelijk'. CDA (Balkenende): 'scholen sluiten als uiterste middel'. Al deze reacties werden gedaan zonder de feiten te kennen. Immers, het BVD-rapport was nog niet verschenen.
Het rapport bracht bovengenoemde partijen in grote verlegenheid. Het liet namelijk weinig heel van het Nova-programma en de reacties daarop. De BVD meldde dat er op zeven scholen sprake was van een buitenlandse financiering (effecten onbekend). In sommige besturen zitten 'enge mannen' maar zij krijgen voldoende weerwerk binnen de scholen. De meeste leraren zijn autochtoon. Inmenging vanuit andere landen in het islamitisch basisonderwijs is zeer gering (wel geprobeerd maar niet gelukt). Ondanks het ontnuchterend karakter van dit rapport wil Adelmund toch overgaan tot een onderzoek naar fundamentalistische opvattingen in het godsdienstig lesmateriaal van de islamitische scholen. Daarbij wordt gedacht aan de onderwijsinspectie en wellicht de BVD.
Dit is duidelijk meten met twee maten. Het is algemeen bekend dat in het christelijk-bijzonder onderwijs strenge orthodoxe opvattingen worden onderwezen die vijandig staan tegenover de (seculiere) opvattingen in de samenleving. Op deze scholen wordt nooit de inspectie of de veiligheidsdienst afgestuurd. De selectieve verontwaardiging van Adelmund en de grote politieke partijen is onaanvaardbaar. Bovendien: wat heeft de BVD te zoeken in het onderwijs?
Met betrekking tot de sponsoring van scholen zijn CDA en VVD inconsistent. Deze partijen staan daar tot nu toe niet afwijzend tegenover. Maar nu reageren ze verontwaardigd: 'islamitische scholen worden voor honderd procent door de rijksoverheid gefinancierd. Dat is voldoende'. Met andere woorden: sponsering mag wel, maar niet bij islamitische scholen.
Voor alle duidelijkheid: ik ben voor harmonie in de samenleving en dus tegen elke haatdragende activiteit van wie dan ook. Ik ben tegen sponsering vanwege de tweedeling tussen de scholen, het verlies van onafhankelijkheid en de financiële luiheid van de overheid. Uitwassen op deze terreinen moeten daarom gecorrigeerd worden, maar dan wel evenwichtig!

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.