• blad nr 5
  • 1-5-2023
  • auteur L. Rötgers  
  • Column

 

Roken en smartphonegebruik hebben veel gemeen

Er bestaat een filmpje van mijn eerste verjaardag. Daarop is een huiskamer vol verjaarsvisite te zien met een grote schare kleine kinderen. Op een zeker moment komt mijn opa Wim (1911–1993) de kamer binnen. Nadat hij iedereen een handje heeft gegeven, trekt hij zijn tabaksetui tevoorschijn en begint een grote pijp te stoppen. Enige tijd later is er door het oog van de camera niemand meer te zien, doordat de feestvierders geheel in de dampen van zijn Neptune pijptabak zijn gehuld.
Het is een situatie die 37 jaar later vrijwel ondenkbaar is. De weinigen die nog roken, doen dat buiten en dan zeker op een ruime afstand van kinderen. Het is een voorbeeld van hoe een overheidscampagne succesvol een cultuuromslag in de samenleving teweeg heeft gebracht. Het door deskundigen bewezen inzicht dat roken dramatische effecten heeft op de volksgezondheid, heeft de overheid genoopt tot een dwingend beleid, de miljarden van de accijnzen, de tabakslobby en de drogredenen van de nicotinejunks ten spijt. Roken is van regel naar uitzondering verplaatst. Hulde.
De parallellen met smartphonegebruik zijn eenvoudig te trekken. Iedereen doet het, het blijkt verslavend te zijn, het tast het geestelijk welzijn en het concentratievermogen aan en is desastreus voor schoolprestaties. Dat verzin ik niet; het is de uitkomst van diverse wetenschappelijke onderzoeken. Een groep van experts praatte onlangs de Tweede Kamer bij over de risico’s van smartphonegebruik. Voor de zomer maakt minister Wiersma bekend of er in navolging van Frankrijk een landelijk mobieltjesverbod komt op scholen.
Het mogelijke voornemen maakt de tongen flink los. Ook hier zijn de overeenkomsten met de rookdiscussie frappant te noemen. In de jaren negentig werd je meewarig aangekeken als je mensen op een feestje vriendelijk verzocht buiten te roken. Veel rokers verwezen de gezondheidsrisico’s naar het rijk der fabelen en toen cafés verplicht werden de asbakken buiten te zetten, waren de reacties niet van de lucht. Het zou geen zier helpen en zo’n verbod viel toch niet te handhaven. Niets bleek minder waar.
Dezelfde gedragspatronen zijn in deze discussie waarneembaar. Tegenover wetenschappelijk gefundeerde onderzoek staan slappe argumenten. Het probleem van de handhaving is uiteraard al gebruikt en een leerling van scholierenvereniging LAKSnoemde de smartphone een noodzakelijke variatie op de o zo saaie monologen van de docenten, een hilarisch argument dat onbedoeld juist voor een verbod op smartphones pleit.
Ik ben het dus zeer eens met het voorstel om die telefoons thuis of in de kluis te laten tijdens schooltijd. Laat minister Wiersma ter variatie op het overige kabinetsbeleid eens een doortastende beslissing op basis van visie nemen. Dan kunnen we in Frankrijk vast wel even afkijken hoe dat daar met de handhaving gaat.

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.