- blad nr 3
- 1-3-2023
- auteur T. van Haperen
- Column
Kinderen met hun grillen zijn steeds vaker de baas
Ter vergelijking een voorbeeld. In het laatste jaar van de Tweede Wereldoorlog vielen veel lessen uit. De oplossing was: examenkandidaten krijgen een diploma, de rest begint opnieuw en doet het leerjaar over. De samenleving stond op nul, de welvaart moest nog verdiend worden, het offer was geen probleem, de toekomst zou beter worden. Ook corona staat voor veel lesuitval, maar nu zijn we stinkend rijk en de angst voor verlies domineert. De pandemie mag kinderen niks kosten, want ze zijn al getroffen, hun mentaal welzijn is aangetast. Ouders trekken deze kaart, schoolleiders, bestuurders en politici knikken begripvol, het examen wordt net niet gratis, kinderen gaan zich ernaar gedragen.
De gevolgen zijn desastreus. Mannetjes met een grote bek, vapen op de toilet, zonder spullen op de bank wezenloos voor je uit staren, het mag allemaal en wordt geduid met een gebrek aan motivatie. Het is echter gewoon wangedrag. Kinderen met hun particuliere grillen zijn steeds vaker de baas. Het daaruit voortkomende onveilige werkklimaat maakt van school een plek om juist niet te leren. Na dit georganiseerd verdriet is het centraal examen de verlate coronacorrectie. Het vervolg daarop verdient echter wel grondige reflectie, want we kunnen kinderen zo niet nog langer schaden. Hoe verder?
Een school is net als een klas een samenwerkingsverband. Iedereen heeft de continue keuze tussen coöperatief en niet-coöperatief gedrag. Coöperatief staat voor het koesteren van de wederkerigheid in de relatie, zeg maar ‘je fatsoen houden’. Niet-coöperatief staat voor het nastreven van de korte termijn eigen winst. De vele verleidingen die aanzetten tot ‘eigen winst eerst gedrag’ ontregelen pubers al eeuwen. Wij leraren kennen dit fenomeen. We weten ook dat het niet wenselijk is, want coöperatief levert een beter gezamenlijk resultaat op. Organiseren van die eerlijke samenwerking is wat mijn beroep zo zinvol maakt. Het hoeft ook niet moeilijk te zijn, want iedereen is in beginsel coöperatief. Randvoorwaarde is wel dat niet-coöperatief gedrag een zichtbare correctie krijgt. Een leraar is daarom zowel een duif als een havik. Maar dan moeten collega’s en leiding wel in hetzelfde pedagogisch didactisch paradigma bivakkeren. En precies daar is het mis gegaan. Na corona fladderden enkel nog duiven door het schoolgebouw. Het slechte examenresultaat laat de havik in ons weer los. Het zou verdomme tijd worden.