• blad nr 2
  • 1-2-2023
  • auteur K. de Weert 
  • Idee

 

Mbo-studenten ontwikkelen zich in de buurt

De studenten van Hilde Hofland, mbo-docent Sociaal Werk niveau 4, lopen stage bij het project ‘Buurtverbinding’ en werken samen met hbo’ers aan laagdrempelige hulpvragen van wijkbewoners. Het is een win-winsituatie voor alle partijen.

Een dag in de week werkt Hilde Hofland niet bij het ROC van Amsterdam, maar begeleidt ze studenten vanuit een buurtcentrum in Amsterdam-Noord als wijkdocent voor het project ‘Buurtverbinding’. “Dit is een project waarmee onze studenten kwetsbare buurtbewoners helpen in vijf verschillende stadsdelen van Amsterdam. We brengen zo het onderwijs de wijk in en noemen het een stage plus, omdat ze worden opgeleid door sociaal werkers uit de buurt.” Het project is een initiatief van het ROC van Amsterdam, de Hogeschool van Amsterdam, ROC TOP, gemeente Amsterdam en diverse welzijnsorganisaties.
Concreet komt het erop neer dat buurtbewoners met een hulpvraag naar het buurtcentrum kunnen komen en dat een team van twee studenten hen helpt, thuis of in het buurthuis. Ook huisartsen en betrokken welzijnsorganisaties verwijzen cliënten door voor wie zij zelf handen tekort hebben. Hofland: “De studenten gaan bijvoorbeeld met een slechtziende naar afspraken buiten de deur of helpen eenzame mensen aan een maatje. Ze begeleiden bij het omgaan met een iPad, aanvragen van DigiD of dingen ordenen in een chaotisch huishouden, noem maar op.”
Natuurlijk zijn de studenten lerende en weten ze niet meteen overal goed mee om te gaan. Daarom geeft Hofland ‘just-in-time-lessen’ op maat in het buurtcentrum. “Nadat ze bijvoorbeeld bij een eenzame bewoner zijn geweest die maar over haar overleden man blijft praten, komen ze terug met de vraag hoe hiermee om te gaan. Samen doen we dan een rollenspel en bespreken hoe je om kunt gaan met rouw, verlies en wat voor vragen ze kunnen stellen.” Ook bespreekt de docent ‘s ochtends met de studenten wat ze gaan doen en aan het eind van de werkdag hoe het gegaan is. Ze begeleidt hen bij onderwijsopdrachten en examenonderdelen.
Hoflands collega’s in het buurthuis zijn twee sociaal werkers die de werkzaamheden coördineren en de vijftien mbo- en vijf hbo-studenten aansturen. De hulpvragen komen bij hen binnen en zij kijken naar de juiste match met de studenten. Zo zijn er vijf locaties van waaruit studenten hulp bieden. “Het project is in 2015 begonnen in Amsterdam-West en -Oost en omdat het zo succesvol is, zijn we sinds vorig jaar uitgebreid naar Zuidoost, Nieuw-West en Noord. Het biedt dus heel veel stageplekken, zo’n twintig per locatie.”

Die stageplekken zijn volgens de docent hard nodig, want voor mbo-studenten Welzijn en Zorg en Sociaal Werk is het erg lastig om een plek te vinden. “Welzijnsorganisaties hebben handen tekort en dus ook weinig stagebegeleiders. Ze zijn heel blij met onze studenten die veel hulp bieden in de wijk waar hun eigen beroepskrachten niet aan toe komen. Bij dit project hebben we per locatie maar twee coördinatoren nodig om een grote groep studenten op te leiden, dus dat is heel efficiënt.”

Bij het handje
Hofland werkt nu bijna vijf jaar als wijkdocent en stelt dat studenten bij Buurtverbinding meer leren dan bij een reguliere stage. “Nadat ze training hebben gekregen, zeggen we al snel: ‘Ga het maar doen. Ga maar naar die wijkbewoner toe’. Bij andere stages kijken ze veel vanaf de zijlijn mee en worden bij het handje genomen. Hier doen de studenten meteen alles zelf en dat nemen ze erg serieus. Zelfs degenen die niet vaak naar school komen, verschijnen wel op de stage omdat ze zich verantwoordelijk voelen en echt iets kunnen betekenen. Gedurende bijna de hele studie lopen onze studenten twee dagen per week stage naast drie dagen school.”
Een ander voordeel ten opzichte van een reguliere stage is dat de studenten met meerdere zorgpartners een professionele relatie aan gaan, zoals met een buurtteam, GGZ-instelling, huisarts of Vluchtelingen Werk. “De studenten houden zelf contact met de partners over hoe het gaat met hun cliënt, onder toezicht van de coördinator. Hierdoor wordt voor deze organisaties de kracht van de mbo’er zichtbaar en zijn er al vaker functies open gezet voor mbo’ers in plaats van vooral voor hbo’ers. Ze zien in dat beiden elkaar aanvullen. Zo denkt een hbo’er bijvoorbeeld eerst na over de methodiek terwijl de mbo’er al hele gesprekken heeft gevoerd.”
Die kracht van de mbo’er ziet ook de Vrije Universiteit Amsterdam. “De VU heeft onlangs onze mbo’ers gevraagd korte interviews af te nemen onder mensen met een migratie-achtergrond voor een onderzoek naar vertrouwde zorg. De universiteit krijgt zelf moeilijk contact met deze doelgroep terwijl onze studenten deze regelmatig spreekt. Ze zijn vaak zelf meertalig opgegroeid waardoor ze mensen kunnen spreken in hun eigen taal. Het project is dus ook een mooi voorbeeld van samenwerking tussen de verschillende onderwijslagen”, aldus Hofland.
De docent is enorm enthousiast over Buurtverbinding en raadt het andere soortgelijke opleidingen zeker aan. “Ik zie alleen maar voordelen. Samengevat biedt het veel extra stageplekken waar studenten ontzettend veel leren, kwetsbare buurtbewoners worden geholpen, het verlicht de druk voor welzijnsorganisaties en maakt de kracht van de mbo’er zichtbaar. Laat je niet afschrikken doordat het project vrij groot is, want wij zijn ook klein begonnen.”

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.