- blad nr 5
- 1-5-2022
- auteur . Overige
- Redactioneel
Dichten loonkloof geeft lucht
Na jaren van actievoeren is het eindelijk zover. De salarissen in het primair en voortgezet onderwijs zijn rechtgetrokken, waarmee de loonkloof is gedicht. Wat betekent dat voor de leraren in het basisonderwijs?
{portret 1}
‘Hopelijk trekt het zij-instromers over de streep’
Agathe Loggen (31), leraar groep 3 en 4 in Hoofddorp:
“Ik heb een paar jaar geleden nog met mijn collega’s op het Malieveld gestaan om aandacht te vragen voor het lerarentekort. Het gelijktrekken van de salarissen en daarmee het dichten van de loonkloof, zie ik als een van de middelen om het tekort aan te pakken. Omdat een tweedegraads docent in het voortgezet onderwijs net als een leraar in het primair onderwijs een opleiding op hbo-niveau gevolgd heeft, is een gelijke beloning eigenlijk heel logisch. Ik hoop dat het zij-instromers en net afgestudeerden over de streep trekt toch te kiezen voor het basisonderwijs. Voor mij persoonlijk heeft de keuze om juf te worden nooit van het salaris afgehangen. Ik heb geen overstap naar een andere sector overwogen om meer te verdienen. Wel heb ik ooit een korte periode in het voortgezet onderwijs gewerkt, maar mijn hart ligt toch echt bij de basisschool. Omdat ik de kinderen graag wil volgen in hun ontwikkeling. En als fulltime juf van groep 3 en 4 zit ik er bovenop. Ik werk nu op een school in Hoofddorp en woon in Amsterdam-West, in een prettig huurhuis waar ik voorlopig goed zit. Helemaal nu de huizenmarkt zo oververhit is. Gek genoeg kwam ik in 2013 noodgedwongen naar Amsterdam. In Harderwijk, waar ik vandaan kom, was destijds geen werk te vinden. Dat is in deze arbeidsmarkt niet meer voor te stellen.
Ik heb nog geen bestemming voor het extra salaris wat eraan zit te komen. Alhoewel de verre reis die nog op mijn wensenlijst staat hiermee wel dichterbij komt. Een paar weken in de zomervakantie door Azië of Afrika trekken zou fantastisch zijn. Ik zal er geen maandenlange wereldreis van maken, dat kan ik de school en vooral de kinderen niet aandoen.”
{portret 2}
‘Minder gaan werken voor een betere balans’
Fabiany Lugtigheid (30), leraar groep 6 in Barendrecht:
“Ik woonde tot een half jaar geleden nog bij mijn moeder. Gezellig, maar het was ook noodgedwongen, omdat er geen huis in de buurt te vinden was om samen met mijn vriendin te gaan wonen. Daarbij had ik de tijd dat ik bij mijn moeder zat hard nodig om te kunnen sparen tot het moment dat we wel een huis zouden vinden. Wonder boven wonder hebben we uiteindelijk iets gevonden in een nieuwbouwwijk in Barendrecht. Mijn vriendin woonde tot voor kort ook nog bij haar ouders, dus we hebben beiden goed kunnen sparen. Van dat gespaarde geld hebben we ons nieuwe huis precies zo kunnen inrichten als we wilden. Op dat vlak hebben we geen wensen meer.
Nu de loonkloof gedicht wordt en ik meer ga verdienen, overweeg ik vier dagen per week te gaan werken. Dat is al heel lang een wens van me, maar dat was financieel gezien absoluut geen optie. Mijn vriendin is ook fulltime leraar in het basisonderwijs en we hebben onze salarissen hard nodig voor ons koophuis. Maar nu er door de loonsverhoging ruimte ontstaat om minder te kunnen werken, overwegen we dat allebei te gaan doen. Bij mij komt die wens om rustiger aan te doen voort uit een burn-out. Ik was er erg op tijd bij en na een korte periode van thuiszitten ook redelijk snel weer terug voor de klas. Al met al heeft het me ruim een halfjaar gekost. Een periode die mij heeft doen beseffen dat ik mijn werk-privé balans beter op orde wil hebben. Wat ik met die extra vrije dag ga doen, weet ik nog niet precies. Vooralsnog vooral een dagje rust. En in de toekomst misschien een extra cursus of opleiding. Hoe of wat precies, dat zie ik dan wel weer.”
{portret 3}
‘Ik hoop dat ik nu een beetje kan sparen’
Ada Janssen van Raay (53), leraar groep 6 en 7 in Den Hoorn:
“Vooral voor de gelijkheid is het fijn dat de salarissen in het onderwijs rechtgetrokken worden. Nu stappen er regelmatig collega’s over van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs om meer te verdienen. Je bent elkaars concurrent aan het worden, terwijl dat nou juist niet de bedoeling zou moeten zijn. De keuze waar je gaat werken zou eerder af moeten hangen van je intrinsieke drijfveren.
Ik ben een gescheiden moeder met twee kinderen, van 20 en 22, die fulltime bij mij wonen. Ik betaal al zeven jaar partneralimentatie aan mijn ex. En omdat ik mijn kinderen die beiden studeren graag zonder studieschuld hun carrière wil laten starten, hou ik aan het einde van de maand weinig tot niets over. Ik werk al dertig jaar in het basisonderwijs en als je dan hoort dat jongere collega’s die in het voortgezet onderwijs werken meer verdienen, dan steekt dat wel.
Ik heb zelf een jaar of acht geleden ook een overstap overwogen. Niet alleen voor het salaris, maar dat was zeker een belangrijke drijfveer. Ik heb een aantal sollicitatiegesprekken gevoerd om te onderzoeken of het iets voor mij was. Maar omdat ik me om moest scholen tot leraar Nederlands en dat vooral in de avonduren en weekenden plaats moest vinden, heb ik het niet gedaan. Daar had ik simpelweg geen tijd en ruimte voor met twee pubers thuis. De laatste jaren is het salaris door al die stakingen al zoveel beter geworden, met als het sluitstuk het dichten van de loonkloof. Ik heb zelf ook overal gestaan om te demonstreren, op het Malieveld, in het Zuiderpark en in Rotterdam. Nu het dan zo ver is, hoop ik elke maand iets van mijn salaris over te houden om te kunnen sparen. Dat geeft net iets meer lucht.”