- blad nr 3
- 1-3-2022
- auteur M. Lange
- Redactioneel
‘Als zzp’er ben je zó kwetsbaar’
De AkademieKus gaat elk jaar op Valentijnsdag naar een academicus die zich op een bijzondere wijze inzet voor het hoger onderwijs. Dit jaar was het de eerste keer dat de AOb samen met actiegroepen Casual Academy en 0.7 de prijs heeft uitgereikt. De focus lag deze keer op de verbetering van de arbeidsomstandigheden in het hoger onderwijs.
Uit vijf genomineerden werd een winnaar geloot. Met de loterij maakt de organisatie een knipoog naar de academische wereld waar onderzoeksgelden worden ‘verloot’.
Nicole van Os is studieadviseur en onderwijscoördinator van de faculteit geesteswetenschappen in Leiden en voorzitter van het Lokaal Overleg (LO), waarin ze zich sterk maakt voor vaste arbeidscontracten. Ze wijst het af dat docent-zzp’ers worden ingeschakeld om les te geven in het regulier onderwijsprogramma. “Deze groep valt helemaal buiten de cao, er is geen bond die achter ze staat. Als zzp’er ben je zó kwetsbaar”, zegt ze. Ze bracht de omvang van het probleem van zzp-docenten bij het Academisch Taalcentrum van de Universiteit Leiden in kaart en wist daar het tij te keren.
Hoe wist je van het probleem van zzp-docenten?
“Het is gaan rollen omdat ik als voorzitter van het Lokaal Overleg verhalen opving over zzp-docenten. In het LO zitten vakbondsleden en leden van het college van bestuur (cvb) bij elkaar om afspraken te maken over arbeidsvoorwaarden op de universiteit. Ik hoorde dat zzp’ers van het Academisch Taalcentrum Leiden al tien jaar geen opslag hadden gekregen en ik dacht: dat kan niet waar zijn. De zzp’ers worden per uur betaald en dat bedrag was al die tijd hetzelfde gebleven. Toen kwamen wij erachter dat het talencentrum niet alleen zzp’ers in dienst had voor commerciële taallessen, maar ook voor het reguliere onderwijs, dus voor de colleges in het vaste programma waar elk jaar ongeveer een vaste hoeveelheid studenten voor is. Deze colleges worden elk jaar aangeboden en deze docenten moeten dus gewoon een vast contract hebben zodat ze elk jaar hun werk kunnen doen. Het ging om ongeveer vijftien tot twintig docenten. Sommigen gaven al zes of zeven jaar les, elk jaar weer dezelfde colleges, maar zonder enig contract. Dit is ver voorbij de bedoeling van een flexibele schil. Toen hebben we een survey gehouden en een rapport geschreven en daarna zijn we als LO gaan praten met het college van bestuur. Het cvb bleek het toen wonderlijk snel met ons eens te zijn. Ze vonden dat het rechtgezet moest worden. In mijn opinie is het beter het cvb niet als tegenstander te zien, maar als bondgenoot, en ze te voeden met verhalen.”
Ving je toen ook andere verhalen op van de werkvloer?
“Een ander voorbeeld is de draaideurconstructie. Mensen worden steeds tijdelijk in dienst genomen. Het cvb is daar tegen en stelde dan ook dat het niet gebeurde. Toen hebben we een vraag uitgezet naar de werkvloer: hebben jullie hier ervaring mee? Toen heb ik zoveel reacties gekregen. Al die reacties hebben we verzameld, we kwamen uit op zeven kantjes. Natuurlijk schrok het cvb daar van. Opnieuw bleek dat het cvb weliswaar eindverantwoordelijk is, maar lang niet altijd weet wat er op de werkvloer gebeurt.”
Wat is er met de zzp-docenten van het talencentrum gebeurd?
“Uiteindelijk hebben alle docenten in een regulier programma een contract gekregen. Maar het probleem was daarmee niet meteen opgelost. De meesten kregen een contract voor 0,2 uur vast en de rest als ‘tijdelijk contract’. Bij sommige talen was dat misschien te rechtvaardigen, maar bij andere talen niet. Bij het vak Spaans bijvoorbeeld was de verhouding tussen vast en tijdelijk scheef. Dat is toen ons volgende strijdpunt geworden. Ik kon met cijfers aantonen dat er helemaal geen reden was om zo’n groot stuk van het contract flexibel te houden.”
Je moest er dus bovenop blijven zitten?
“Na tweeënhalf jaar is het proces zo’n beetje afgerond. Met steun van de huidige cao is het vaste aandeel in die contracten groter geworden. Nu is het een kwestie van bewaken van wat we hebben bereikt, ervoor zorgen dat het verder goed blijft gaan.’”
Dit gaat om een handjevol mensen.
“Dit is een strijd geweest voor een klein groepje. Maar wel een heel kwetsbaar groepje. Ze vielen overal buiten omdat ze niet in dienst waren. Ik werkte samen met zzp-docent Nuno Atalaia, hij durfde zijn nek uit te steken, de meeste andere docenten durfden hun naam niet te geven, bang hun baan te verliezen. Dat Atalaia dat wel durfde, komt omdat zijn ouders actief waren in vakbonden, hij wist wat een bond kan doen.”
Geldt deze doorbraak als een voorbeeld voor andere academische talencentra?
“Het lijkt een gewoonte te zijn bij academische talencentra om zzp’ers in te huren. Het strijdpunt blijft dus. Voor regulier bachelor-onderwijs moet je docenten een regulier contract aanbieden. Veel van die zzp-docenten hebben bovendien maar één opdrachtgever, namelijk de universiteit. Ze kunnen hierdoor problemen krijgen met de belasting. Je wilt als universiteit dat docenten een band hebben met de universiteit en het programma, lijkt mij, daar past een contract bij.”
{noot}
Nicole van Os studeerde Midden-Oostenstudies in Nijmegen en werkte tien jaar aan de Koç University en Istanbul Bilgi University in Turkije. In 2013 promoveerde ze in Leiden op een proefschrift over vrouwenbewegingen in het laat Osmaanse rijk. Sinds 2004 werkt ze als studieadviseur aan de Universiteit Leiden.