• blad nr 2
  • 1-2-2022
  • auteur T. van Haperen 
  • Column

 

Behelpen

Het funderend onderwijs heeft een nieuwe minister, Dennis Wiersma. Van de man is weinig bekend. Uit de media haal ik: hij zat op de mavo, vader heeft een frites-tent. Nou en? Niet wie hij is, maar wat hij gaat doen, is de politieke kwestie. Vergeet niet, Nederland heeft al even een nationaal onderwijsprobleem: kinderen leren steeds minder op school. De explosie van slecht geletterden, matige rekenvaardigheid, gebrekkige kennis van verleden en samenleving. Het is onderzocht en de uitkomsten stemmen keer op keer verdrietig. Dat is erg, want hierdoor bepaalt afkomst steeds vaker het school- en maatschappelijk succes. De oorzaak van dit falen is bekend. Vanaf half jaren negentig heeft dit land een lerarentekort. Het begint in het voortgezet onderwijs en als de lumpsum in 2006 het primair onderwijs bij de strot grijpt, herhaalt het spel zich. Iemand die iets kan, laat zich niet reduceren tot kostenpost van een schoolbestuur en vertrekt.
Voor de ontkenners: SCP-onderzoeker Ria Vogels liet in 2006 al zien dat academici de middelbare school verlaten. In 2007 benoemt Alexander Rinnooy Kan in een onderzoeksrapport voor het eerst het kwalitatief lerarentekort. Ook het po is inmiddels aangetast door de lumpsumrot. Aanmeldingen voor de pabo nemen af, aanmeldingen voor de opleiding tot onderwijsassistent nemen toe. Het huidige kwantitatief lerarentekort maakt dan van de onderwijsassistent al snel een onderwijzer. Waardoor kinderen steeds vaker leren lezen en rekenen van mensen die zelden intrinsiek gemotiveerde belangstelling voor lezen en rekenen aan de dag hebben gelegd.
Dit kwalitatief lerarentekort is binnen de sector onbespreekbaar. Probleemtoedekkend jargon als kanjer, topper en prachtberoep maakt alle leraren goed, ze werken bovendien hard, te hard, laat ze met rust, waarna het zelfreinigend vermogen van het funderend onderwijs nul nadert. De enige die dan nog kan bijsturen is de politiek. Door ingrijpen in lerarenopleidingen bijvoorbeeld. Minder reflecteren, meer leren. Kennis verwerven op één, onderwijzen vanuit wat we daarvan weten op twee en pas daarna de ontwikkelings-portfolio-riedel. En selecteer zowel tijdens de opleiding als aan de poort, met toelatingseisen. Niet iedereen kan zo maar leraar worden.
Punt is, Dennis Wiersma gaat dit niet doen. Eerst sust het ‘kanjer topper sprookje’ hem in slaap. Daarna richt hij zich op de enige concrete opdracht in het regeerakkoord: gelijke betaling voor leraren vo en po. Een cao voor het gehele funderend onderwijs. Het betekent dat de PO- en VO-raad net zo goed kunnen fuseren. Alleen al dat gegeven is het startschot voor gerommel in de kantoorburchten. Precies zo zijn ook de goede bedoelingen van de functiemix gesaboteerd. Tegen de tijd dat Wiersma de onbestuurbaarheid van het Nederlands onderwijs begint te begrijpen, is zijn termijn voorbij en komt de nieuwe uitdaging in zicht. En weer zal uit onderzoek blijken dat kinderen minder leren op school. Onderwijspolitiek, het blijft behelpen.

{streamer}
Ook het primair onderwijs is inmiddels aangetast door de lumpsumrot

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.