- blad nr 4
- 23-2-2002
- auteur D. Hollander
- Redactioneel
Akkoord cao primair onderwijs
De organisaties van werkgevers en werknemers hebben overeenstemming bereikt over het uitbreiden van het recht op betaald ouderschapsverlof. Ouders met kinderen tot vier jaar kunnen per 1 augustus 2002 aanspraak maken op betaald ouderschapsverlof. Met ingang van 1 augustus 2003 wordt deze categorie uitgebreid tot ouders met kinderen tot zes jaar en per 1 augustus 2004 geldt het recht ook voor ouders met kinderen tot acht jaar.
Om het beroep van leraar aantrekkelijk te maken en het tekort aan personeel niet te vergroten, willen de organisaties van werknemers en werkgevers het mogelijk maken om in de volgende cao het recht op betaald ouderschapsverlof in te wisselen voor een goed gesubsidieerde regeling voor betaalde kinderopvang.
Een belangrijk punt in de overeenkomst is de verbetering van de regeling voor medezeggenschap. Om de medezeggenschap op bovenschools niveau te versterken worden de faciliteiten voor de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad verdubbeld. Het aantal uren voor een medezeggenschapsraadslid wordt verhoogd naar dat van leden van de ondernemingsraad.
Werkgevers en werknemers hebben verder afgesproken om een systeem te ontwerpen waarbij kan worden getoetst of het integraal personeelsbeleid voldoende is ontwikkeld om competentiegericht belonen in te voeren. Zij streven ook naar een heldere en sterk vereenvoudigde cao voor het primair onderwijs. De komende maand benutten partijen om invulling te geven aan de uitspraak van de commissie Gelijke behandeling over de herintreders. De bedoeling is een regeling te treffen voor de zittende herintreders die door loopbaanonderbreking een salarisachterstand hebben opgelopen.
Kleine deeltijders
Verder is er een afspraak gemaakt over de inzetbaarheid van kleine deeltijders. Leerkrachten met een aanstelling van 0.2 moeten straks twee dagdelen beschikbaar zijn, deeltijders met een 0.3-aanstelling drie dagdelen.
De werkgevers en werknemers zijn er niet in geslaagd een afspraak te maken over de positie van de godsdienstleraar of leraar humanistisch vormingsonderwijs in het openbaar onderwijs. Daarover zal een apart overleg volgen met de werkgevers in het openbaar onderwijs.