• blad nr 4
  • 1-4-2021
  • auteur R. Voorwinden 
  • Redactioneel

 

‘Jezelf Turk of Marokkaan noemen is cool’

Dat leerlingen zichzelf Turk of Marokkaan noemen, zegt niets over hun mate van integratie. Leerlingen vinden het vooral coole labels, merkte antropoloog Pomme van de Weerd, die negen maanden meeliep op een vmbo.

Ik dacht dat antropologen altijd de rimboe in gingen?
“Je bent de enige niet. En misschien laten wij antropologen ook te weinig horen wat ons vakgebied vandaag de dag inhoudt. Maar antropologie is de studie van cultuur en cultuur vind je overal, op elke straathoek. Dus ook het taalgebruik van schoolkinderen in Venlo kan onderwerp zijn van antropologisch onderzoek.”

Hoe kwam je op dat idee?
“Er was een vacature voor een onderzoeker van taal en diversiteit aan de universiteit van Maastricht. Als taalkundig antropoloog sprak me dat meteen aan. Ik heb scholen benaderd en kon al snel terecht op een vmbo in Venlo, waar ik negen maanden lang meerdere dagen per week heb rondgelopen in een vierde klas basis/kader.”

Waarom een vmbo?
“Omdat daar, door allerlei mechanismen van ongelijkheid, sprake is van een over-representatie van jongeren met een migratieachtergrond. Dat maakt het interessant voor een taalkundig antropoloog.”

Hoe verliep je onderzoek?
“Ik zat in de klas en liep rond, met een microfoontje dat ik op mijn kleding had gespeld. Dat wisten de leerlingen uiteraard. Als ik iets interessants hoorde, maakte ik een aantekening en luisterde ik later de opnames terug.”

Wat is jouw belangrijkste conclusie?
“Ik heb er een paar. De voornaamste is dat leerlingen zichzelf etnisch categoriseren. Het is voortdurend van ‘Ik ben Marokkaan’, ‘Ik ben Turk’ en ‘Jij bent Nederlander’. Leerlingen zijn daar heel veel mee bezig veel meer dan ik me ooit had voorgesteld.”

Die leerlingen zijn dus niet erg geïntegreerd.
“Dat wordt vaak gezegd en ook opgeschreven in allerlei rapporten. Maar als je met die leerlingen doorpraat, merk je dat dit niet klopt. Als je vraagt of een leerling die zich Marokkaan noemt ook in Marokko zou willen wonen, is het ‘Oh nee mevrouw, daar hebben ze echt een andere cultuur’.”

Waarom zeggen ze het dan?
“Het zijn labels. Net zoals je vroeger op mijn eigen middelbare school labels als ‘skater’ en ‘alto’ had: het gaat erom dat je als leerling bij een groep wilt horen. Een coole groep. Het zijn vaak ook de coole leerlingen die zich Turk, Marokkaan of buitenlander noemen. Het is een beetje suf om Nederlander of Hollands te zijn.”

Hoe suf? Wat is typisch Nederlands?
“Alles precies volgens de regeltjes doen. En pindakaas meenemen op vakantie naar Spanje.”

Je had een paar conclusies?
“Een andere belangrijke conclusie is dat leerlingen de labels voor allerlei verschillende doelen gebruiken. Ik sprak bijvoorbeeld met een leerling die vertelde dat hij moe was, omdat hij de vorige avond heel laat thuis was gekomen. Ik vroeg of dat wel mocht van zijn ouders. ‘Maar wij zijn Turks’, was zijn antwoord. Door het label ‘Turk’ te gebruiken, positioneerde hij mij als ‘Nederlander’, als iemand die niet weet waar ze het over heeft. Daarmee verlies ik het recht om iets van hem te vinden. Dat noem ik de ‘interactionele functie’ van dit soort labels. Leerlingen gebruiken die labels dus voor zoveel meer dan alleen het benadrukken van hun etnische identiteit.”

Heb je een tip voor docenten?
“Ik kan me best voorstellen dat docenten zich zorgen maken als leerlingen zich Turk of Marokkaan noemen. Waarom voelen ze zich geen Nederlander? Ik zie ook dat docenten daar soms tegenin gaan, dat ze de inclusiviteit willen benadrukken: ‘Nee, wij zijn hier allemaal Nederlander’. Maar dat werkt niet omdat de leerlingen het label ‘Nederlander’ zelf al een heel andere lading hebben gegeven.”

Hoe moet het dan wel?
“Als je inclusiviteit wilt benadrukken, verzin dan zelf een nieuw label. Jij bent Turk, jij bent Marokkaan en jij Nederlander? Nee hoor, we zijn hier allemaal leerlingen van klas 4B.”

{noot}
Pomme van de Weerd promoveerde november vorig jaar aan de universiteit van Maastricht

Dit bericht delen:

© 2025 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.