• blad nr 5
  • 1-5-2020
  • auteur . Overige 
  • Redactioneel

 

Leraar in oorlogstijd

Tekst: Franka Hummels en Somar Al Kanjo Beeld Alaa Alali.

Natuurkundeleraar Alaa Alali uit het Syrische Idlib was in één klap wereldberoemd toen er tijdens zijn online-les een bom op zijn huis viel. Nu geeft hij les vanuit een vluchtelingenkamp.

Lesgeven via internet. Drie maanden geleden hoorde het nog bij onderwijsvernieuwing, of was het voor expatkinderen. De coronacrisis bracht alles in de hele wereld in een stroomversnelling. Natuurkundeleraar Alaa Alali (32) uit Baljoen, Idlib, Syrië, sloeg er in december al mee aan het improviseren. Zijn leerlingen konden door de oorlog niet meer naar school.
Ook dat ene youtubefilmpje, dat inmiddels door honderdduizenden is gezien, was oorspronkelijk bedoeld voor zijn eigen studenten. Alali stond in een geïmproviseerde studio-setting in zijn eigen huis, rustig op het bord een som uit te leggen, toen hij gestoord werd door de inslag van Russische bommen. Alle grote Arabische nieuwsnetwerken vertoonden zijn filmpje en Alali was letterlijk in één klap beroemd.
Een afspraak voor een interview voor het mei-nummer van het Onderwijsblad was snel gemaakt. We wilden Alali spreken over hoe hij provisorisch probeert zijn leerlingen toch zoveel mogelijk bij te brengen. Over de manier waarop hij ondanks die voortdurende bommen, voor de kinderen in zijn dorp het leven zo normaal mogelijk wilde houden. Over hoe het was om leraar te zijn in oorlogstijd.
Inmiddels is alleen dat laatste onveranderd. Want Alali woont niet meer in Baljoen, in het zuiden van Idlib, maar in een vluchtelingenkamp in het noorden, aan de Turkse grens. Met zijn vrouw en dochters Rawan en Razan van anderhalf en drie is hij eind januari net als ongeveer een miljoen anderen gevlucht toen het geweld van het Syrische regime en het Russische leger toenam. Die proberen de provincie Idlib, die zich na de Syrische revolutie tegen dictator Assad heeft gekeerd, weer in te nemen.
De Russische bommen leiden er ook toe dat de hele infrastructuur plat ligt. Er zijn bijna geen ziekenhuizen meer en honderdduizenden mensen leven zonder dak boven hun hoofd. Er zijn mensen gestorven omdat ze vuur maakten in hun tijdelijke tent, terwijl anderen zijn doodgevroren. Omdat dorpen een grote toestroom van mensen moesten verwerken, hebben de winkels onvoldoende voorraden om iedereen te kunnen voeden.
De nieuwe vluchtelingen kunnen bovendien geen kant op: de Turkse grens is potdicht. Ze vrezen dat de wapenstilstand die begin maart gesloten werd niet zal standhouden en gaan ervan uit dat het geweld vroeg of laat ook tot hun nieuwe verblijfplaats oprukt.

Rebellie
Ook na zijn onverhoopte verhuizing geeft Alali natuurkundeles op Youtube. Om over de stof te praten gebruikt hij whatsappgroepen. Dat zijn er inmiddels zes, met elk 250 leerlingen het maximale aantal deelnemers. Het zijn niet langer alleen kinderen uit Baljoen en uit het kamp waar hij nu woont, zijn nieuwe studenten komen uit het hele land, of ze wonen in het buitenland waarnaar ze gevlucht zijn, meestal in Turkije. De meesten zijn zeventien of achttien jaar en staan vlak voor hun eindexamen.
Een deel van de kinderen heeft zich aangemeld uit een intrinsieke interesse in natuurkunde, maar voor het grootste deel is dat niet het geval, zegt Alali lachend. “Het is nu belangrijker dan ooit dat ze hun examen halen. Vroeger was het ook zonder diploma nog wel mogelijk om werk te vinden. Nu worden de banen steeds schaarser. En buitenlandse hulporganisaties nemen alleen mensen aan die hun schooldiploma hebben.”
In zijn appgroepen is geen ruimte voor geklets of memes. Er mag alleen over de les worden gepraat. “Daar ben ik wel streng in, anders is het niet meer bij te houden.” Met regelmaat geeft hij een opdracht en doet hij de groep daarna op slot. Pas als iedereen hem het huiswerk heeft toegestuurd, kan de uitwerking worden besproken. Soms deelt hij dan ook cijfers uit, om de groep gemotiveerd te houden.
Gewoon geklets is dan wel uit den boze, toch is het in die appgroepen niet alleen natuurkunde wat de klok slaat. Alali wil zijn leerlingen ook wat psychologische inzichten meegeven. Hij leest veel zelfhulpboeken, vooral op het gebied van bedrijfsleven en economie. “Zo hoop ik dat zíj straks de vaardigheden hebben om hun sollicitaties goed te doen.”
Daarnaast wil hij zijn leerlingen uitdagen om niet de makke schapen te zijn die de dictatuur het liefst heeft. “Ons onderwijs is ingericht op luisteren naar de leraar. Nooit iemand tegenspreken. Maar zo leren de kinderen natuurlijk nooit kritisch denken. Ik maak daarom soms expres een fout in een van mijn antwoorden. Kijken of iemand het durft te zeggen. En als ik zelf gezegd heb dat er een fout in staat, wie hem dan als eerste durft aan te wijzen.”
Voor die speelse rebellie was in de lessen van Alali in de afgelopen jaren steeds ruimte, want al sinds het uitbreken van de Syrische revolutie in 2011 doet hij zijn werk als leraar vrijwillig. Daarom heeft het regime geen invloed op de invulling van zijn onderwijs. Toen hij zijn carrière in 2009 begon, was dat nog wel binnen de officiële kaders. Maar in 2010 werd hij opgeroepen voor de dienstplicht, die elke Syrische man moet vervullen. Tijdens zijn diensttijd brak de revolutie uit en werd van hem verwacht dat hij geweld tegen burgers zou gebruiken. Hij besloot te deserteren. Sindsdien opereert hij buiten het systeem. “Uiteraard ging ik weer lesgeven. Ik ben leraar.”

Op eigen houtje
“Dat zoveel mensen mijn filmpje met de bommen hebben gezien, heeft positieve gevolgen gehad. Het heeft als een dynamo gewerkt. Ik werk nu bijvoorbeeld samen met leraren wiskunde en biologie en andere docenten zijn op eigen houtje met Youtube aan de slag gegaan.”
Omdat dat bloed kruipt waar het niet gaan kan, staat Alali inmiddels ook weer voor een fysieke klas. Voor honderd dollar per maand huurt hij met een paar andere leraren uit het vluchtelingenkamp een schooltje in het dorp waar hij nu woont. Het zijn volle klassen met minstens dertig leerlingen, die vaak al heel lang geen onderwijs hebben genoten. De voorzieningen zijn verre van optimaal. De leraren vragen een kleine bijdrage van de studenten, maar hun families kunnen over het algemeen net zo weinig missen als de docenten zelf. Ze moeten dus roeien met de erg bepekte riemen die ze hebben. “De internationale hulp die nu mondjesmaat op gang komt, is vooral gericht op medische voorzieningen en onderdak. Begrijpelijk, maar we moeten niet vergeten dat ook onderwijs echt belangrijk is. Zonder onderwijs geen toekomst.”
Hoe die toekomst eruitziet, dat weet hij niet. Wat betreft de schoolprestaties van de kinderen die hij lesgeeft, is hij behoorlijk positief. “Er scoorden vorig jaar zeven leerlingen hoog genoeg om toegelaten te worden tot de geneeskundestudie elders in Syrië. Dat is drie meer dan vorig jaar. Maar voor zichzelf? Hij weet niet of hij terugkeert naar Baljoen. Dat hangt van heel veel factoren af, om te beginnen van de vraag of het regime de oorspronkelijke bewoners laat terugkeren. Van teruggaan naar huis is in elk geval geen sprake meer. Het huis waar hij woonde en waar dat eerste filmpje in is opgenomen, is volledig verwoest.

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.