- blad nr 5
- 1-5-2020
- auteur J. Poortvliet
- Redactioneel
‘Ik maak me zorgen over… Felicia, Jordy, Emma, Hammed, Silvana, Eefje…’
In april spoorde Onderwijsminister Arie Slob de leerplichtambtenaren aan. Zij gaan de straat op om leerlingen te zoeken waar de school sinds de coronacrisis geen contact mee krijgt. Niet om hen te berispen, maar om te checken waarom ze niet komen opdagen bij de online lessen. Ewald Vliet, directeur van stichting Lucas Onderwijs uit Den Haag, zegt erover in NRC Handelsblad: ‘Soms blijken kinderen naar hun land van herkomst vertrokken, Polen bijvoorbeeld. Dat horen we dan via via.’
In een recente AOb-enquête laat 35 procent van de leraren weten dat zij sinds het sluiten van de scholen nog geen contact hebben kunnen leggen met één of meerdere leerlingen of studenten. Met name in het voortgezet en middelbaar beroepsonderwijs is dit een probleem. Acht op de tien leraren heeft zorgen over één of meer leerlingen vanwege de thuissituatie. Gemiddeld gaat het hierbij om drie leerlingen per leraar.
Deze crisis veroorzaakt de gekke situatie dat leraren en ondersteuners op afstand staan, maar tegelijk af en toe binnenkijken in woon- of slaapkamers van hun leerlingen.
Docent economie en ondernemen Walter Kamphuis weet bijvoorbeeld dat een deel van zijn vmbo-basisleerlingen de wekker zet voor zijn online lessen. “Ik zie ze nog in bed liggen en de slaap uit hun ogen wrijven.” De meesten verschijnen vrijwel altijd. Kamphuis moet het nu hebben van de band die hij eerder dit jaar met de leerlingen opbouwde. “Gelukkig zit dat goed.”
Ook Debbie Dussel plant haar contactmomenten met leerlingen expres aan het begin van de ochtend en het begin van de middag. Dussel geeft les op een basisschool in Amsterdam-Zuidoost en was één van de eerste leerkrachten die aan de bel trok over kwetsbare leerlingen. “Door corona is er nu veel aandacht voor kansenongelijkheid en kwetsbare kinderen, het lijkt bijna een stigma te worden. Deze groep was er al, alleen nu wordt het nut en de noodzaak van naar school gaan pijnlijk zichtbaar. Ik hoop dat deze groep niet straks weer wordt vergeten.”
{kaders}
Docent vo:
‘Ik kan het niet goed loslaten’
Een meisje uit de mavo-3 heeft soms suïcidale gedachten. Haar ouders hebben beiden gezondheidsproblemen en thuis ontstaan snel irritaties, weet haar bezorgde mentor. “Nu zit ze de hele tijd daar. De GGZ is betrokken, maar op afstand. Vorige week reageerde ze helemaal niet op mijn berichtjes. Soms heeft ze buien waarin ze met niemand contact wil. Ik heb een videoboodschap voor haar gemaakt. Zo van: ik weet dat je het lastig hebt. Kop op meissie, blijf positief. Als het aan mij ligt, stap ik zo in de auto, rijd ik naar haar woonplaats en ga ik een ommetje met haar maken. Je wilt gewoon even dat schouderklopje geven, of een aai over de bol. Maar dat mag niet. Ik vind dit een heel lastige situatie. Ik ben normaal al niet zo goed in dingen loslaten en nu al helemaal niet.”
Docent mbo:
‘Hij heeft psychische hulp nodig’
Een negentienjarige mbo-student heeft momenteel een omgekeerd dagritme. Hij leeft ’s nachts en slaapt overdag. Zijn docent werkt voor de mbo entree-opleiding met anderstalige studenten. “Je ziet dat vaker bij kinderen die zelf gevlucht zijn en inmiddels herenigd met het gezin. De ouders hebben een vijftienjarige jongen laten gaan en hebben nu met een jongvolwassene te maken die allerlei traumatische dingen heeft meegemaakt en zichzelf staande heeft moeten houden. Die gaat echt niet meer luisteren naar zijn ouders. Om zijn familieleden te ontvluchten slaapt hij overdag. Hij heeft psychische hulp nodig, maar dat is nu gestopt. Zijn Nederlands is zo slecht dat hij geen persconferenties kan volgen. Ik heb hem laten weten dat hij naar school mag gaan om zijn materialen op te halen, maar dat durft hij niet. Het is ook ingewikkeld, de meeste studenten reizen ver met openbaar vervoer. Na drie weken heeft hij me één keer teruggebeld en toen zei hij dat hij ziek was geweest en dat het vanaf nu beter zou gaan. Vervolgens verscheen hij weer niet online.”
Docent vo:
‘Er is veel stress in dit gezin’
Na twee weken afstandsonderwijs verschijnt een vmbo-basis leerling nog altijd niet in Google Hangouts. Haar docent: “Het is een lief meisje, zoals al onze leerlingen, maar heel onzeker. Normaal gesproken uit ze dat door spijbelen, woede-uitbarstingen en pesten. Nu spijbelt ze online. Dus ben ik gaan bellen. En dan ken je mij nog niet, want ik blijf bellen tot ik iemand aan de lijn krijg. Dat werd haar moeder. Zij bleek eigenaar van een nagelstudio en zit momenteel zonder inkomen. Net als vader: zzp’er in de bouw. En intussen stuiteren hun kinderen door het huis. Je kunt je iets voorstellen bij de stress in dit gezin. Na het gesprek met de moeder verscheen ze vanochtend wel netjes op tijd in de online les, maar dat kan morgen weer zomaar over zijn.”
Docent vo:
‘Deze leerling leeft in een isolement’
Een paar maanden geleden is de telefoon van een vmbo-leerling afgepakt. Ze kan nu niet bellen met haar leraar. “Haar moeder vond dat ze te veel stiekeme dingen deed op haar mobiel. Ze had een vriend in de stad en selfies gemaakt waarop ze zoende met een meisje. Maar nu heeft ze dus geen mobiel en kan ik haar niet bereiken. Haar moeder heb ik uiteindelijk gesproken. Zij zegt dat het goed met haar gaat en ik mocht haar ook eventjes aan de lijn. Maar ja, dan staat haar moeder ernaast. Ik maak me erg zorgen om dit meisje. Ze lacht normaal al nooit. Nu leeft ze in een isolement, dat weet ik zeker.”
Leraar po:
‘Hoe het echt met haar gaat, weet ik niet’
Het onderzoek loopt nog, maar bij een middenbouw-leerling speelt een verdenking van seksueel misbruik. De verdachte broer was een tijdje uit beeld, maar woont sinds vorig jaar weer thuis, weet haar leerkracht: “Als ik met haar videobel zie ik haar andere broer eten klaarzetten bij de bank. Eigenlijk zit ze altijd op die bank. Ik denk dat er geen goeie werkplek is. Haar moeder zie ik nooit, die werkt heel veel. Hoe het echt met haar gaat? Dat is zo moeilijk in te schatten. Daar krijg ik buikpuin van. Haar haren zien er verzorgd uit, maar ze heeft wel de hele week dezelfde kleren aan. Ik zeg tegen dit meisje nog wat vaker dan tegen de andere kinderen dat ze mag bellen als ze extra uitleg nodig heeft. Of we blijven wat langer hangen in een chat, na de klassikale meeting. Ik wil haar laten weten dat ik er voor haar ben.”
Docent vo:
‘Schrijnend om te zien waar deze jongen woont’
Via de webcam ziet een vmbo-docent schimmel op de slaapkamermuur van een leerling die oorspronkelijk uit Syrië komt. “Na de klassikale online uitleg heb ik hem even apart genomen. En gezegd: Joh, die schimmel, daar moet je wel iets aan doen. Dat is echt heel ongezond. Hij zei dat hij dat heus wel wist. En dat de woningbouw daar eigenlijk in februari al voor langs zou komen. Je krijgt een inkijkje in hoe de sociale onderklasse van Nederland woont. Heel schrijnend vind ik dat.”
Om te voorkomen dat duidelijk wordt over welke leerlingen de leraren vertellen, zijn zij anoniem opgevoerd. Namen zijn bij de redactie bekend.