• blad nr 2
  • 26-1-2002
  • auteur D. van 't Erve 
  • Redactioneel

 

Inzet cao-vo goedgekeurd

Het hoofdbestuur en de sectorraad hebben ingestemd met de inzet voor de onderhandelingen met de schoolbesturen in het voortgezet onderwijs. De inzet is een raamwerk, met daarin de belangrijkste onderhandelingspunten. Het raamwerk kan op verschillende manieren worden ingevuld, waardoor er voor de school en haar personeelsleden een cao op maat ontstaat.

Na het definitieve mislukken van een centrale cao voor het voortgezet onderwijs in december vorig jaar, neemt de AOb het voortouw in het op poten zetten van een nieuwe manier van onderhandelen met de schoolbesturen. Hiertoe heeft de bond een projectgroep opgericht die de onderhandelingen zal coördineren. Belangrijkste onderwerpen voor het cao-overleg zijn verlaging van de werkdruk en verbeteren van de beloning van alle werknemers. "Maar op welke manier dit wordt ingevuld, kan dus voor elke school verschillen", vertelt AOb-onderhandelaar Martin Knoop. Belangrijk noemt hij het contact met de leden. "Zij hebben een veel grotere stem in hun eigen cao dan voorheen. Het is voor ons heel belangrijk om te weten wat zij graag willen. We hopen dan ook dat veel leden hun ideeën alvast doorgeven, via post, telefoon of e-mail."
Verschillende schoolbesturen hebben zich al gemeld voor de onderhandelingen, maar ook de leden hebben er volgens Marten Kircz, hoofdbestuurder en lid van de projectgroep, zin in. "De sectorraad ging unaniem akkoord met de inzet. Eigenlijk hadden we veel meer aarzeling verwacht. De manier van onderhandelen is toch heel anders dan bij een centrale cao, waar de inzet volkomen vastligt. Ik denk dat de personeelsleden zich veel meer verantwoordelijk zullen voelen. Rechtstreeks onderhandelen met het eigen schoolbestuur is een beetje resultaatvoetbal: het personeel kan meteen zien wat de uitkomst voor hen betekent."
De rayonbestuurders zullen bij individuele scholen het overleg gaan voeren. Als schoolbesturen samen willen onderhandelen, zal ook een dagelijks bestuurder bij het overleg aanwezig zijn. Eerste stap voor de onderhandelaars is van het schoolbestuur te weten te komen hoeveel geld er is en wat er precies voor arbeidsvoorwaardenbeleid wordt gevoerd. "Dat is nog vrij lastig", denkt Kircz. "Kijk maar naar het convenantsgeld. Op veel scholen is onduidelijk hoeveel er is en wat waaraan wordt besteed. Alles moet nu boven water komen, zodat samen met de leden een echte inzet kan worden bepaald, waarna er een cao tot stand kan komen."
Als het pakket van afspraken over de arbeidsvoorwaarden bekend is, moeten de leden op de betreffende school de inzet goedkeuren. Ook het resultaat van de onderhandelingen wordt eerst voorgelegd aan de leden. De projectgroep beoordeelt of het resultaat binnen het raamwerk van de algemene inzet past. Zo niet, dan moeten de sectorraad en het hoofdbestuur nog hun oordeel geven.
De cao zal een looptijd hebben van een jaar. Een van de sectorraadsleden vond dat jammer, zegt Kircz. Hij vreesde dat het resultaat niet zou opwegen tegen zijn inzet. "Maar juist op zo'n maat-cao kun je makkelijker voortborduren. Alle afspraken met een school zijn erin vastgelegd. Als er dan geld vrijkomt, zijn aanpassingen veel makkelijker. Het werk is dus nooit voor niks."

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.