- blad nr 5
- 1-5-2019
- auteur A. Moerman
- Meer voor elkaar
Met een fris hoofd voor de klas
Hoe is het allemaal zo gekomen?
“Een jaar of vijf geleden had ik het een poosje niet zo naar mijn zin voor de klas. Praktijkonderwijsleerlingen die zelfs geen pen bij zich hebben. Natuurlijk was er ook een beetje ‘schuring’ met het management van de school. Een en ander motiveerde me er iets naast te gaan doen, maar niet iets heel anders. Want het onderwijs en les geven, vond ik ‘ondanks alles’ nog steeds geweldig.”
En toen?
“Ik was al een tijdje actief binnen de bond, onder meer in de landelijke sectorraad. Ook zat ik op de AOb Academie. Daar werd ik gewezen op twee vacatures als consulent. Ik solliciteerde en even later werd ik één dag per week pr-consulent en een andere dag sector-consulent. Mijn inkomen bleef gelijk, dat is zo geregeld in de cao.”
De AOb Academie? Wat is dat?
“Ik heb het altijd leuk gevonden om me met beleid te bemoeien. Vandaar dat ik actief lid van de bond ben en nog langer geleden in de landelijke sectorraad terecht kwam. Daar werd ik gewezen op de AOb Academie, een interne opleiding van de bond voor aanstormend talent. Acht ontzettend leuke weekends in Utrecht, van vrijdagmiddag tot zaterdagmiddag in een hotel met goed eten.”
Vertel eens over je consulentschap?
“Sectorconsulent ben ik maar even geweest, dat bleek niet helemaal mijn ding. Maar pr-consulent is geweldig voor mij. Zo organiseerde ik diverse keren een startersdag voor een kleine honderd studenten per keer. Met tientallen workshops, soep, broodjes en natuurlijk volop gratis studenten-lidmaatschappen uitdelen. In de loop van dit jaar komt er weer zo’n dag. Daarnaast ga ik bij de opleidingen langs om over de bond te vertellen.”
Je blijft je jezelf lekker jong voelen door die gesprekjes met studenten?
“Het is inderdaad verfrissend om de ideeën van studenten aan te horen. Daarom vind ik het telkens een feest om op de opleidingen te vertellen over de bond. Ik hoor dan natuurlijk ook van alles over de scholen waar ze les krijgen of stage lopen. Die kennis en energie breng ik mee als ik zelf voor de klas sta.”
Hoe gaat het nu met die lamlendige leerlingen?
“Toen gaf ik les in het praktijkonderwijs. Inmiddels op het vmbo, met die leerlingen loopt het lekkerder. Net als met de schoolleiding, die overigens nooit ingewikkeld heeft gedaan omdat ik ook voor de AOb ging werken. Ze zien ook dat het voor mij verfrissend werkt. Een schooldirecteur ziet natuurlijk het liefst tevreden en blije werknemers voor de klas staan.”
Ga je later verder met een carrière als bondsbons?
“Voorlopig niet, maar wie weet over vijf of tien jaar? Ondanks dat je soms gedoe hebt met managers of leerlingen, blijft onderwijs geven mijn passie. Dat een leerling wiskunde ineens tegen je zegt: ‘hè hè, nu snap ik het ineens’. Dat soort dankbare opmerkingen zijn voor mij de krenten uit de pap. Op dit moment vind ik de combinatie van lesgeven en bondswerk heerlijk.”