- blad nr 5
- 1-5-2019
- auteur J. Poortvliet
- Redactioneel
Ex-gokverslaafde en –docent Arjan van Essen: ‘Ik ben iemand van de randjes’
Een bijzondere vent, Arjan van Essen. Diepe stem, rustige docentenuitstraling, maar ook bevlogen, en provocatief. Althans, in wat hij zelf liefkozend ‘refo-kringen’ noemt. Vorig jaar werd Van Essen als leraar Nederlands ontslagen door het bestuur van de Driestar in Gouda. Niet vanwege zijn verleden als gokverslaafde de school wist daarvan en accepteerde het maar omdat hij zijn levensverhaal in theaters wilde opvoeren. Dat bleek een brug te ver voor het onvermurwbare schoolbestuur. Het was stoppen met zijn bühne-plannen of stoppen met zijn baan.
Van Essen koos het laatste. Want de prille maker kon en wilde niet meer terug. Hij had geroken aan het theater, een plek die door zwaar gelovige mensen wordt gemeden. ‘Toneel is zedeloos en onoprecht vermaak’, kopte het Nederlands Dagblad dat een emeritus predikant aan het woord liet naar aanleiding van Van Essens casus. Die is op dat moment, september 2018, hot. Van Essen zit bij tv-praatprogramma Pauw aan tafel en mag z’n verhaal doen in tig dagbladen. De boodschap is telkens: respect voor het schoolbestuur dat hem wilde aannemen na de afkickperiode van zijn verslaving. Maar ook diepe teleurstelling dat er binnen de Driestar geen ruimte is voor een progressief christelijke docent.
In twee gesprekken eind november 2018 en begin maart 2019 blikt Van Essen met het Onderwijsblad terug op privé roerige en publiek breed uitgemeten periodes. In 2008 biechtte hij zijn verslaving op aan zijn familie, vrienden en aan de mensen van wie hij enorme bedragen had geleend om te kunnen gokken. Ook toen dook de media erop. Van Essen begrijpt dat wel. Hij was een lokaal publiek figuur, destijds onder andere gemeenteraadslid voor de SGP in zijn toenmalige woonplaats Wageningen. Door zijn nevenfuncties had hij veel contacten, tevens potentiële geldschieters, en ook veel excuses om ’s avonds laat thuis te komen. Maar toen hij in het najaar van 2008 geen geld meer kon lospeuteren bij kennissen, zijn schuld inmiddels in de tonnen liep en hij geregeld een neiging voelde om zijn auto tegen een brugpijler aan te rijden, zag Van Essen maar één uitweg: open kaart spelen.
Hij dacht nog: Kwestie van vertellen, een plan maken voor terugbetaling “plannetjes, daar ben ik altijd erg goed in geweest” en even een low-profile aanhouden. Maar het werd veel serieuzer. Acht weken intern afkicken en vervolgens half jaar een intensief ambulant programma volgen om de verslaving die 25 jaar had geduurd de baas te blijven. Van Essen en zijn familie waren net weer op de rit en hij was ongeveer een jaar bij de Driestar aan het werk toen De Telegraaf het verhaal weer oprakelde: ‘SGP-er vergokt tonnen’. Vooral voor zijn familie was het rot om papa en manlief weer aan de schandpaal te zien. Hardnekkige verhalen en lelijke foto’s bleven rondzingen op social media. Op school gaf het geen grote problemen. Vooral zijn vmbo-leerlingen lieten het onderwerp vrij makkelijk weer gaan. Ja, ze googelden zijn naam en Van Essen legde het uit. “Misschien dat één leerling die straf van me had gekregen in het fietsenhok een keer naar me riep: ‘Hé, ouwe gokker!’, maar dat was het dan ook.” De Driestar vroeg hem zelfs om jaarlijks een dagexcursie naar zijn voormalige afkickkliniek te organiseren, wat Van Essen met veel voldoening deed.
Levensverhaal
De storm was gaan liggen. Tot van Essen, inmiddels tien jaar ‘casino-clean’, in 2018 zelf het publiek opzocht. Dat begon klein, met een zogenaamde getuigenis in de kerk: een beknopte versie van zijn levensverhaal. Hoe hij als twaalfjarige al voor het eerst aan de gokkast stond. Stiekem uiteraard, want dit soort vertier werd niet getolereerd in het streng gereformeerde gezin waar Van Essen is opgegroeid. “Het ging van gokkast, naar gokhal, naar casino. Zoals je van kind, naar puber, naar volwassene gaat.”
In het kerkgebouw sneed hij die dag thema’s aan die sinds zijn coming-out als verslaafde een grote rol spelen. Denk aan schaamte, schuld, boete doen, maar ook vergeving en verbinding. Van Essen dacht aan de twaalfde stap van het afkickprogramma: andere mensen helpen en waar kan verslavingsproblematiek voorkomen. Precies in die periode kwam hij in contact met Maretty van den Mosselaar, een theatermaker uit Noord-Holland die vaker mensen helpt hun eigen levensverhaal op de bühne te brengen. Zij wilde graag met hem werken. Van Essen aarzelde. “Ik heb vrienden verloren door m’n verslaving, maar ook vrienden erbij gekregen die me hebben geholpen de juiste keuzes te maken. En het allerbelangrijkste: ons gezin is intact gebleven.”
Met hen vond dan ook het eerste gesprek plaats. Toen vrouw, puberzoon en -dochter groen licht gaven voor een avontuur waarbij waarschijnlijk oude wonden weer open gingen, nodigde Van Essen naaste vrienden en familie uit bij hem thuis. “Bewust een pittig gezelschap. Ze kregen vragen voorgeschoteld: wat vinden jullie dat er in de voorstelling moet? Wat nemen jullie me nog kwalijk? Wie is Arjan? Met kaartjes deed ik dat, net zoals in de klas.” Ook hier vond hij steun en dus ging hij aan de slag. Overigens niet zonder de schooldirectie op de hoogte te stellen van zijn plannen. Die vond het prima. “Ik ben iemand van de randjes. Op de Driestar was ik een progressieve leraar, dat wist men.” Let wel: het was de directie die akkoord ging, niet het bestuur. “Daar is het misgegaan en daar heb ik ook nooit bij stil gestaan. Ik dacht: Ik heb groen licht.”
En dus schaafden Van Essen en Van den Mosselaar maandenlang aan teksten en aan vorm. Samen het podium op, dat was wel een voorwaarde. “Ik wilde niet weer alleen de strijd aangaan.” In de voorstelling treedt Van den Mosselaar op als journalist. Andersom wilde zij vooral dat Van Essen zaken afleerde. “M’n tekst niet presenteren bijvoorbeeld, maar vertellen vanuit m’n buik. Moeilijk hoor. Nog steeds zegt Maretty wel eens: Weg met die dominee, of: Daar heb je de docent weer.”
Beschadigd
Sinds de première in november is er elke vrijdagavond ergens in Nederland een Kop of munt. Zo heet de voorstelling. Vaak in kleine zalen, soms van grotere schouwburgen zoals in Groningen en in Gouda. Voor volgend theaterseizoen zijn al wat boekingen binnen. Als het aan Van Essen ligt, gaat dit het hele jaar nog door. Hij geniet van de vrijdagen: het leven op en rond de bühne. Het kleine clubje dat samen overal naartoe reist: de technicus, de geluidsman, de regisseur, Van den Mosselaar en hij. Eind van de middag nog even repeteren in de zaal. Om de beurt kookt één van hen en dat eten ze samen achter de coulissen op. Een power-dutje op de bank in de kleedkamer, of juist even een rondje hardlopen. En dan mag hij weer: in de spotlight. Telkens die 12 duizend woorden, maar iedere keer anders.
Ergens baalt hij wel dat de journalisten die hem zo massaal wisten te vinden toen hij nog een schandaal was, nu geen recensies schrijven. Maar hij is reëel: Kop of munt concurreert met talloze kleine producties in Nederland. Uit het theater een fatsoenlijk inkomen halen, is niet haalbaar. Dus werkt hij met veel plezier weer in het onderwijs. “Mijn vrouw zei op een gegeven moment: Moet je niet weer eens solliciteren? Ik dacht: Ik heb nog even dus laat ik hoog inzetten.” Hij solliciteerde op een directiefunctie op een school in Den Haag. Het gaat om speciaal onderwijs voor kinderen tussen de vier en veertien jaar die door hun omgeving ernstig beschadigd zijn. Sinds januari is hij weer aan het werk. “Ik viel voor de vacaturetekst. Daar stond: op deze school maken we fouten en beginnen we elke dag opnieuw. Ik dacht: Ha! Dit is mijn school.”
De voorstelling Kop of munt is in mei en juni te zien in Utrecht en Dordrecht. Kijk voor tickets en agenda op kopofmunt.org
[kader]
Kop of munt op jouw school
Wie een aangepaste versie van de voorstelling wil boeken op school, kan contact opnemen met Arjan van Essen via arjan@kopofmunt.org. Van Essen: “We zijn nog een vorm aan het zoeken, want het lastige is: we kunnen alleen ’s avonds. Niet onder schooltijd, want dan werk ik. Maar we denken dat het bijvoorbeeld een hele mooie avond kan zijn voor docenten voorafgaand aan een verslavingspreventieweek of -dag. In elke klas zitten gasten die op het punt staan een verkeerde wereld in te gaan. Of het nou games, porno of alcohol is. En dat zijn echt niet de leerlingen waarvan je het zou verwachten. Zoals mensen dat bij mij ook niet deden.”
In de theatervoorstelling van Arjan van Essen symboliseert het touw de grens. “Mensen die kampen met verslaving zoeken grenzen op en gaan eroverheen”, zegt hij. “Het touw staat ook symbool voor suïcide, een thema voor veel verslaafden.”