• blad nr 9
  • 20-5-2017
  • auteur . Overige 
  • Redactioneel

Feniks Talent helpt hoogbegaafde drop-out weer naar school 

Teleurgesteld in leren én mensen

Ze zijn bovengemiddeld intelligent. Toch vallen ze uit in het reguliere onderwijs. Bij Feniks Talent in Utrecht hervinden deze hoogbegaafde onderpresteerders en drop-outs het vertrouwen om weer naar school te kunnen gaan.

Tekst Mandy Pijl

Als de medewerkers van Feniks Talent het plein van het voormalige schoolgebouw aan de Utrechtse Ravellaan oplopen, zien ze de bloesem, de zon, het onderhouden gazon. Met een heel andere blik betreden de jongeren die er komen het plein van expertisecentrum Feniks Talent. Zij zien een gebouw dat hen herinnert aan de plek waar ze een leertrauma hebben opgelopen: de school die de meesten voortijdig hebben verlaten.
Ook Bob (19) redde het ondanks zijn hoogbegaafdheid niet op een reguliere school. Zijn schooltijd was voor hem een traumatische ervaring. Hij runt enerzijds een eenmansbedrijf in videoproducties, en kreeg anderzijds een onderwijsvrijstelling omdat geen enkele school hem het onderwijs kon bieden dat hij nodig had.
“In groep 6 hield ik het nog wel even vol”, vertelt hij. “Maar in groep 7 werd het me allemaal te veel. Hoe dat precies komt, vind ik moeilijk uit te leggen. De prikkels om me heen, de druk vanuit school, ik kon het allemaal niet meer aan. Ik had huilbuien en werd depressief. En ik wist één ding heel zeker: dit komt door school.”
Het was niet dat hij geen vrienden had. De lesstof kon hij goed aan. Uitdaging werd hem in de plusklas geboden. “Ik wilde oprecht naar school. Een vak als wiskunde vind ik razend interessant, maar vaak kon ik gewoonweg de energie niet vinden om mee te komen met het programma in de klas. Ik moest dat programma volgen, hoe ik me ook voelde. Ik zat vaak een paar weken depressief thuis.”
Een enkele docent kon begrip voor hem opbrengen. “Als mijn energie op was, mocht ik van hem een boek lezen. Maar niet iedereen had dat inlevingsvermogen.” Bob kreeg de diagnose autisme, waarvan inmiddels het vermoeden bestaat dat het in zijn geval een misdiagnose is.
Bob is een van de ongeveer 400 duizend hoogbegaafden in Nederland. Als jonge jongen had hij geen idee wat hem ‘mankeerde’, zoals veel hoogbegaafden niet weten dat ze bovengemiddeld intelligent zijn, aldus directeur Arjan van Dijk. “Ze weten dat ze in de klas altijd als eerste het goede antwoord hebben. En ze ervaren dat de meester eerst andere kinderen de beurt wil geven. Ze leren dat ze beter hun mond kunnen houden. Dat ze een stapje terug moeten doen om anderen de ruimte te geven.”
Vaak vinden ze zichzelf juist dom. “Als een leraar vraagt wat er in 1914 gebeurde, dan vraagt menig hoogbegaafde zich af wat hij bedoelt. Over welke dag gaat de vraag? Over welk land? In 1914 gebeurde zó veel. Zo’n leerling geeft de leerkracht de vraag terug, want hij begrijpt hem niet. Of hij weigert een toets te maken, omdat de vraagstelling barst van de fouten. Als een leerling dan aanbiedt om suggesties te doen om de vraagstelling te verbeteren, voelt menig leerkracht zich aangevallen.”
Feniks Talent biedt diagnostiek, advies en begeleiding, zowel intern als ambulant op scholen. De organisatie is in 2014 ontstaan nadat oprichter Tijl Koenderink het noodlijdende Centrum voor Creatief Leren (CCL) nabij Eindhoven overnam. Koenderink, directeur van opleidingscentrum Novilo en voorheen bestuurslid en begeleider van Leonardoscholen voor hoogbegaafdenonderwijs, was als begeleider bij CCL betrokken. Als ervaringsdeskundige had hij een zwak voor jongeren die met hun sterk ontwikkelde talenten in het reguliere onderwijs strandden. Acht jaar deed Koenderink over de middelbare school, een periode waarin hij drie scholen versleet. “Ik was de weg kwijt, was een tijd depressief. Op school kon ik mijn talent niet kwijt. Elke zaterdag werkte ik als programmeur bij een it-bedrijf en voor mijn eindexamen wiskunde haalde ik een 2.” Dyslexie en automatiseringsproblemen bemoeilijkten hem het schoolse leren. Dankzij de individuele begeleiding door een docent haalde hij uiteindelijk toch zijn vwo-eindexamen, na eerder op onder meer het gymnasium te hebben gezeten.
“Coaching van leerlingen is essentieel en daarom steken we bij Novilo veel energie in het opleiden van goede begeleiders. Als een hoogbegaafde leerling iemand heeft die hem kan helpen vaardigheden te leren en op een positieve manier naar de wereld te kijken, dan maakt dat het verschil.”

Isolement
Marilène Zwetsloot is teamleider van het leercentrum van Feniks Talent en coacht jongeren tijdens de leerbegeleiding die ze krijgen. Die bestaat uit het volgen van een persoonlijk leerplan dat in samenspraak met de jongere wordt uitgestippeld. Doorgaans is er twee jaar voor nodig voordat jongeren weer de gang naar het onderwijs of betaald werk kunnen maken. Al lukt het soms eerder. In een enkel geval is er meer tijd nodig. Zestig jongeren vanuit heel Nederland volgen een dergelijk gepersonaliseerd traject bij Feniks Talent in Utrecht, twintig zijn ambulant.
“Wat jongeren hebben meegemaakt, wisselt sterk. Maar één ding hebben ze gemeen: ze zijn teleurgesteld geraakt in het leren en helaas vaak ook in mensen”, zegt Zwetsloot. “Stel je bent net als deze kinderen heel gevoelig, je doet iets fout in de klas en de leerkracht zegt: Ik dacht dat jij zo slim was. Voor een intelligent gevoelig kind dat graag wil leren, kan dat hard aankomen.”
Veel hoogbegaafde jongeren verliezen gaandeweg de verbinding met leeftijdgenoten. “Laatst hadden we hier een barbecue”, vertelt Van Dijk. “Er bleef een worstje over en de vraag was: Wat gaan we doen, loten of verdelen? Waarop een leerling antwoordde dat dit precies het essentiële verschil is tussen kapitalisme en socialisme. Andere veertienjarigen snappen niets van deze manier van denken, en dat kan tot isolement en eenzaamheid leiden. Laten we wel wezen, de belangrijkste reden om vanaf twaalf jaar naar school te gaan is om met je matties te zijn. Als je die niet hebt, dan is pestgedrag omdat je altijd wedervragen stelt voor veel kinderen de druppel.”
Vervolgens zie je acting in- of acting out-gedrag. Sommigen worden depressief, doen aan zelfbeschadiging of denken aan zelfmoord. Anderen worden grof, kunnen zich vervelend gedragen of vertonen licht crimineel gedrag.”

Blues
In het tot muziekstudio omgebouwde lokaal bespreekt begeleider en producent Robert-Jan van Nieland met jongeren de overeenkomsten tussen de Mättheus-Passion en de blues. De uiteenzetting leidt tot een gesprek over emoties. “Dat is wat onze jongeren nodig hebben, die verbinding, die inhoud, die betrokkenheid”, zegt Zwetsloot terwijl ze van de studio naar het creatieve atelier loopt.
In het atelier werkt een aantal jongeren aan een eigen werk. Teun (19) sorteert papier. Doorgaans bouwt hij maquettes, een talent waarvan hij wist dat hij het had, maar waar hij nooit een stap verder mee kwam. Op Feniks Talent heeft hij de beschikking over professionele materialen. “Maanden heb ik daar om moeten zeuren”, zegt Teun met de ergernis in zijn stem. “Dat was pas een oefening in het omgaan met frustratie.”
Het proces naar het daadwerkelijk kunnen bouwen was essentieel in zijn leerplan, legt Zwetsloot uit. “Zoals veel begaafde jongeren moest hij leren zijn ideeën uit te werken, stappen te nemen om het project te doen slagen. Teun had wel ideeën, maar kreeg nooit iets af. Daarom ging het steeds mis op school. Opdrachten en projecten liepen stuk op frustratie. Hij leerde niet wat er nodig was om zijn ideeën uit te voeren.”
Leren leren, dat is wat hoogbegaafde kinderen volgens Zwetsloot nodig hebben en waar ze in het onderwijs doorgaans niet in worden begeleid. “Met twee vingers in de neus doorlopen ze de basisschool, waarna ze zonder studievaardigheden in het voortgezet onderwijs komen. Op het vwo zitten ze plotseling wel met gelijken in de klas, en dan worden ze bang. Op de basisschool hebben ze zich een paar jaar koest gehouden en niet kunnen studeren.”
Vervolgens gaat het in het tweede jaar vaak mis. “Met de kennis die ze via Wikipedia hebben opgedaan hobbelen leerlingen de brugklas nog wel door. Daarna gaan ze achterlopen. Scholen signaleren dat wel, maar weten vaak niet wat ze signaleren. Ze zien een leerling met lage cijfers. Dus luidt de conclusie dat zo’n leerling niet hoogbegaafd kan zijn, anders haalde hij wel hogere cijfers.”
Bij de start van Feniks Talent presenteerden Koenderink en Van Dijk het rapport Hoge kansen lage cijfers. “Daaruit blijkt dat scholen leerlingen vaak laten afstromen: ze scoren niet op alle vakken goed genoeg en ervaren druk. Om het stressniveau te verminderen gaan ze van het vwo naar de havo. De druk wordt dan weliswaar minder, maar ze missen het uitdagende niveau waaraan ze behoefte hebben.”
Hadden scholen meer kennis van hoogbegaafdheid, dan zou het afstromen niet nodig zijn, meent Van Dijk. “Hoogbegaafden kunnen gebaat zijn bij achterwaarts leren. Je kunt een leerling eerst het eindexamen vwo laten maken. Sommigen maken het in een keer goed, anderen maken de helft goed of bakken er niks van. In die laatste twee gevallen kun je met leerlingen kijken wat nodig is om het niveau te halen. Als je heel slim bent, is het namelijk moeilijk om te ontdekken wat je nog niet weet. Het eindexamen maakt dat inzichtelijk.”

Vrijplaats
Buiten gaat Sam (18) met een gemotoriseerde grasmaaier over het gazon. Zwetsloot: “Ondenkbaar op een school, maar Feniks is een vrijplaats waar jongeren kunnen zijn wie ze zijn en kunnen doen wat hen gelukkig maakt. Met hen stellen we hun persoonlijke leerplan samen. We gaan uit van hun talent, en bekijken samen hoe ze dat talent kunnen gebruiken om vaardigheden te verwerven. Sam heeft een voorliefde voor techniek, voor voertuigen. In het technieklokaal heeft hij een buggy in elkaar geknutseld, het project was zijn weg naar het leren van vaardigheden.”
Zwetsloot en haar collega’s lopen mee op het pad naar jongvolwassenheid, zegt ze. “Op die manier doen we recht aan elke jongere, zorgen ervoor dat ze zich gezien en erkend voelen.”
En ze geven ze mee dat ze zich niet moeten laten weerhouden door het maaiveld, zegt Van Dijk. “In Nederland klinkt nog vaak het geluid dat je het vooral niet moet laten merken als je veel slimmer bent dan anderen. Onzin. Kun je een hbo-opleiding in twee jaar doen? Doen! Moet je daarvoor een docent voor zijn hoofd stoten, vinden ze je een kapsoneslijder? Leg mensen uit hoe het zit, waarom dit jouw weg is. Show yourself.”

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.