• blad nr 22
  • 15-12-2001
  • auteur . Overige 
  • Redactioneel

Intensieve begeleiding voor scholen met een hoog ziekteverzuim pakt goed uit 

De regie terug in handen van de school

Hoewel in het derde kwartaal van dit jaar het ziekteverzuim op scholen licht is gedaald, is het aantal zieken in het onderwijs nog steeds erg hoog. Het Vervangingsfonds probeert hier iets aan te doen door scholen die al langere tijd kampen met een erg hoog ziekteverzuim intensief te begeleiden, de zogenoemde convenantscholen. Basisschool Het Klokhuis in Duiven is zo'n school. "We hebben nu spijkers met koppen geslagen", vertelt bovenschools directeur Herman ter Heerd.

'We hadden al langer de wens om het ziekteverzuim hier op school aan te pakken, maar er zijn zoveel andere prioriteiten en ziekteverzuim stond niet bovenaan. Vanochtend scholden ouders op me omdat ik in één week vijf verschillende vervangers voor een klas had staan, terwijl ik allang blij was dat de gaten waren opgevuld", vertelt bovenschools directeur Herman ter Heerd.
Twee van de drie scholen van het openbaar onderwijs in Duiven, waaronder Het Klokhuis, zijn geselecteerd als convenantschool. Dit is het gevolg van het deelconvenant Arbo- en verzuimbeleid dat in mei 2000 is afgesloten tussen de ninisteries van Sociale Zaken, van Onderwijs en de werkgevers- en werknemersorganisaties. Het Vervangingsfonds heeft hierbij een uitvoerende rol. Er is een selectie gemaakt uit scholen die drie jaar of langer een verzuim van tien procent of hoger hadden, dat waren er in totaal 1100.

Confronteren
In november 2000 startte de begeleiding van een half jaar door regioadviseur Mieke Rabou. "Vaak wachten scholen lang af als er personeel ziek is. Ik wil ze duidelijk maken dat ze de regie weer in eigen handen moeten nemen. Daarnaast overzie ik als regioadviseur meerdere terreinen, terwijl scholen vaak opgaan in de hectiek van de dag en niet weten waar ze kunnen aankloppen en hoe ze verbanden moeten leggen", vertelt Rabou. "Voor directeuren is het moeilijk om als leidinggevende tegelijkertijd het belang van de school in de gaten te houden en om daarnaast als collega een zieke te begeleiden. Ook zijn ze vaak niet goed op de hoogte van de subsidies die het Vervangingsfonds voor professionele begeleiding beschikbaar heeft."
Na een half jaar intensieve begeleiding is directeur Ter Heerd tevreden over de resultaten. Zo is er een ziekteverzuimbeleidsplan opgesteld en is er besloten een nieuw arbo-contract af te sluiten. "We hebben hard gewerkt en er is in een paar maanden meer bereikt dan in de afgelopen jaren bij elkaar. Ik heb geleerd dat ik personeel dat ziek thuis zit, best mag confronteren met hoe de zaken er op school voorstaan. Ik geef daarbij aan wat de mogelijkheden zijn en luister naar wat de zieke wil. De communicatie is hierdoor veel beter geworden en dat geeft duidelijkheid voor alle partijen."
Ook Marjon Lettink van de afdeling onderwijs van de gemeente Duiven heeft veel gehad aan de begeleiding van de regioadviseur. "Ik wist hiervoor niet goed wat mijn rol was. Als er een leerkracht ziek was, dan ging het maken van reïntegratieplannen langs mij heen. Vaak kwamen deze plannen naar voren uit de gesprekken tussen de zieke, de bedrijfsarts en soms de directeur. Tegenwoordig zit ik zelf ook bij deze gesprekken en draai ik actief mee in het geheel. Daarnaast heb ik veel geleerd over de procedures die op gang komen als er een zieke is. Zo weet ik nu hoe ik een wao-beschikking van het Uszo moet lezen, waar ik op moet letten en waar je passende hulpverlening kunt vinden voor een zieke leerkracht."

Taboe
Op het vragen om hulp rust volgens Rabou soms nog een taboe. Het Vervangingsfonds biedt veel verschillende producten om begeleiding mogelijk te maken zoals een cursus omgaan met stress, coaching en supervisie. "Vaak moeten mensen over een drempel heen geholpen worden. Ze denken dat hulp vragen afdoet aan hun kwaliteiten, maar ik vind het een teken van kracht en het maakt iemand juist sterker."
Ter Heerd kan uit eigen ervaring spreken als hij met ziek personeel over hulp praat. "Ik ben zelf ook een tijdje 'over de rooie' geweest en uiteindelijk vond ik de coaching die ik toen heb gehad een cadeautje. De wanden leken destijds zo steil dat ik dacht dat ik er niet tegenop kon komen, de coaching heeft me toen erg geholpen."
De regioadviseur benadrukt dat de convenantscholen goed moeten letten op de kwaliteiten van het personeel. Rabou: "Je moet die kwaliteiten benutten, want als dat niet gebeurt, dan worden mensen ziek. Het kan ook zijn dat de conclusie is dat een leerkracht niet op de goede plek zit." Ter Heerd vult haar aan: "Bijvoorbeeld iemand die niet meer met plezier werkt in de onderbouw. Met wat scholing kun je zo iemand de kans geven om in de bovenbouw te gaan werken. Je ziet dan dat mensen hun vertrouwen terugkrijgen, ze hebben weer lol in hun werk. En wie plezier heeft in het werk, wordt niet zo snel ziek. Het komt ook voor dat we iemand niet op de juiste plek krijgen binnen de school en een outplacement meer voor de hand ligt. Het is vervelend voor de school als je iemand moet laten gaan, maar ik heb liever iemand die ergens anders met plezier werkt dan iemand die hier steeds opnieuw weer afknapt en ziek thuisblijft. We draaien mee in een vervangingspool van ons samenwerkingsverband. Ik ben bovenschools directeur van drie scholen met rond de 65 personeelsleden. We zijn dus klein, daarom wilden we deze uitbreiding zodat scholen onderling de beste werkplek voor mensen kunnen zoeken."
Rabou prijst dit initiatief, maar realiseert zich dat deze samenwerking niet altijd even makkelijk is. "Scholen beschouwen elkaar als concurrenten. Daarnaast worden leerkrachten die in een vervangingspool werken vaak gezien als iemand 'waar wat mee is'. Dit idee is nu gelukkig wat aan het veranderen."

Valkuilen
Rabou begeleidt als regioadviseur vijftien tot twintig convenantscholen per halfjaar. Over het hele land werken er achttien adviseurs. Zij richten zich op het bestuur en de (bovenschoolse) directie van scholen. "Ik probeer uit te vinden wat er mis gaat in het proces rond ziekteverzuim op de scholen. Daarvoor is het helemaal niet belangrijk om te weten wat ziek personeel nu precies mankeert, maar juist wat de valkuilen zijn."
Een valkuil was volgens Lettink de traagheid waarmee werd gereageerd op verzuim. "Het kon zes weken duren voor een ziek personeelslid naar de bedrijfsarts moest. Die tijd is veel te lang, dus nu zitten we er veel meer bovenop. Daarmee is de kans groter dat een zieke sneller weer op school terugkeert."
Ter Heerd: "Iedereen zat op elkaar te wachten. Nu spreekt iedereen duidelijk uit wat hij wil. Hierdoor hebben we weer controle over de zaak. Ik vind het heel fijn dat ik nu veel dichter bij zieke leerkrachten sta en heb echt het gevoel dat ik iets voor ze kan doen."
Moeite met scheppen van helderheid is een probleem dat Rabou op veel convenantscholen tegenkomt. "Je moet als directeur ook tegen iemand die een hartaanval heeft gehad durven zeggen dat er iets moet veranderen. Dat zijn baan mogelijk ziekmakend voor hem is. Vaak willen mensen daar niet aan en moeten ze bewijzen dat ze het allemaal nog prima kunnen. Voor deze mensen moet een school onderzoeken of ze een ander perspectief kan bieden. Als iemand na een lange ziekte met minder energie terugkomt, kan een school roostertechnisch een oplossing zoeken zodat het werk gespreid wordt. Ook komt het voor dat mensen die langdurig ziek zijn geweest na alle reïntegratiebegeleiding en cursussen nog steeds niet tevreden zijn met hun werk. Ik vind het dan de verantwoordelijkheid van die persoon zelf om een andere baan te zoeken."

Achter de broek
Na een half jaar begeleiding is het ziekteverzuim op Het Klokhuis licht gedaald. Wil die daling zich voortzetten, dan moet de school de geleerde inzichten in de toekomst zonder de begeleiding van een regioadviseur kunnen voortzetten. Ter Heerd heeft daar vertrouwen in: "We hebben weer een up-to-date beleidsplan voor ziekteverzuim en we weten nu wat de mogelijkheden zijn."
Rabou verwacht niet dat directeuren na haar vertrek in staat zijn om al het zieke personeel volledig te begeleiden maar "ze moeten in ieder geval weten waar ze de kennis kunnen halen die nodig is om problemen op te lossen. Om het maximale uit de convenantbegeleiding te halen moeten scholen bereid zijn om er tijd en energie in te steken. Op sommige scholen zijn de bedoelingen goed, maar verwatert de inzet na verloop van tijd. Op Het Klokhuis is heel hard gewerkt en ik merkte dat ik steeds minder vaak om advies werd gevraagd. En als er een probleem werd aangekaart, was dat vaak een erg lastige case. Dat is een goed teken want het betekent dat verantwoordelijken in de schoolorganisatie inmiddels in staat zijn om alle andere problemen die ziekteverzuim met zich meebrengt zelf op te lossen."
Ter Heerd, Lettink en Rabou zijn het met elkaar eens dat een goed ziektebeleid staat of valt bij een goede communicatie tussen alle betrokken partijen. Rabou: "Als het personeel en de directeur van een school dat een keer doorhebben, lopen alle processen veel beter. Ik zit ze bij de begeleiding achter de broek. Als ze het effect merken van een goede structuur rond ziekteverzuim, is dit op den duur niet meer nodig. Ze zien de resultaten dan zelf en dat is motiverend genoeg."

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.