- blad nr 18
- 19-11-2016
- auteur T. van Haperen
- Column
Herstructureer de salarissen
Ziehier de werking van onderwijsonderzoek. Het resultaat bestaat altijd uit halve waarheden. Want die 70 duizend dollar. Kom op, LD-functies betalen dat bedrag. Daar zijn er 20 duizend van. Een deel daarvan staat niet voor de klas en doet iets in het management. Die andere 180 duizend verdienen aanzienlijk minder. En de koopkracht van de Nederlandse leraar mag internationaal redelijk zijn, wat ook geldt voor die 1659 werkuren per jaar, maar daar staan wel erg veel leerlingen en lessen tegenover. De kosten per leerling per uur liggen lager dan elders. En dan nog iets. Niet het niveau telt, maar de beweging. Vanaf 1980 verarmt de Nederlandse leraar. Alleen al vanaf 2008 ligt het koopkrachtverlies ergens tussen de 10 en 15 procent. Leraren raken daardoor achterop bij gelijk opgeleiden. Uit dezelfde Oeso-cijfers blijkt dat de onderwijzer in het basisonderwijs 30 procent te weinig verdient. En vijftig jaar geleden kreeg een eerstegraads leraar hetzelfde als een Kamerlid. Nu de helft. En dat Kamerlid heeft nog meer vakantie ook.
Naast de relatieve verarming van het beroep is de verdeling van de loonsom apart. Opleidingsniveau en rendement zijn normale beloningsgrondslagen. Zo is een academicus per definitie duurder, want in die studie is meer geïnvesteerd, met als gevolg een hogere arbeidsmarktwaarde. Daar hangt een prijskaartje aan. En instituten die omgang met kennis als kernactiviteit hebben, hebben mensen in dienst die dat op het hoogste niveau beheersen. Toch krijgt een academicus niet beter betaald.
Dan het maatschappelijk rendement van lesgeven. In de eerste groepen van het basisonderwijs loopt de leerlijn nog recht omhoog. Het handelen van de leerkracht levert daar het meest op. Kinderen leren de beginselen van taal, rekenen en leren op school. Die basis bepaalt de leerbaarheid voor de rest van het leven. Toch verdient lesgeven op drie havo beter dan onderwijzen aan groep drie. Waarom?
The Economist laat zien dat 20 duizend leraren goed verdienen. Dat is 10 procent van het totaal. De basis van deze verdeling vormt het akkoord Herziening Onderwijs Salarisstructuur (HOS) uit 1985. Dat koppelt de beloning aan een functie. Opleidingsniveau speelt amper een rol. En het basisonderwijs wordt onderbetaald. Dat is niet meer uit te leggen. Daarom, herstructureer de onderwijssalarissen. HOS 2.0. Een afspraak waarin iedereen krijgt wat hij verdient. Opleidingen lopen vol. En het lerarentekort verdwijnt. Als sneeuw voor de zon. Doen dus. Nu.
www.aob.nl/economist