- blad nr 22
- 15-12-2001
- auteur T. Snel
- Redactioneel
Leerling raadpleegt eerder naar vriend dan naar vertrouwenspersoon
Eén op de zes jongeren heeft te maken met ongewenst seksueel gedrag op school. Het gaat om opmerkingen, het met de ogen uitkleden en ongewenste aanraking. Tachtig procent van de leerlingen zoekt in zo'n geval steun bij vrienden. Slechts elf procent gaat te rade bij onderwijspersoneel. De leerling stapt dan eerder naar een docent dan naar een vertrouwenspersoon.
In driekwart van de gevallen betreft het intimidatie van leerlingen onder elkaar. Dat is meestal verbaal en vindt plaats op openbare plaatsen in en rond het schoolgebouw. Vaak is daar een klein groepje leerlingen bij. Slechts 28 procent van de jongeren zegt rechtstreeks tegen degene die hen lastig valt dat ze het vervelend vinden, schelden terug of verzetten zich. 0,4 Procent van de leerlingen is geconfronteerd met seksueel geweld, daaronder valt intimidatie die juridisch kan worden vervolgd.
De helft van de leerlingen blijkt niet op de hoogte te zijn van het beleid van de school ten aanzien van seksueel gedrag. Sociologe Cristien Bajema onderzocht welke factoren van invloed zijn op het zoeken van sociale steun. "Wanneer een school leuke en betrouwbare seksuele voorlichting geeft, zullen de leerlingen eerder een mentor of vertrouwenspersoon aanspreken", zegt ze. "Niet alleen de technische kant moet bij de seksuele voorlichting aan de orde komen, maar ook sociale en emotionele aspecten." Ze doelt op onderwerpen als verliefdheid en versieren. Ook moet uitleg worden gegeven over het beleid ten aanzien van seksuele intimidatie zodat leerlingen weten dat er serieus en vertrouwelijk met hun melding wordt omgegaan. En laat de vertrouwenspersoon zich eens voorstellen in de klas in plaats van alleen in de schoolgids, dat schijnt nogal uit te maken voor de leerlingen. Bajema stelt verder voor om vertrouwensleerlingen aan te stellen. Deze jongeren fungeren als aanspreekpunt en als intermediair. Uit ervaringen met vertrouwensleerlingen op enkele plaatsen in Nederland blijkt het succesvol: het verlaagt de drempel om met de vertrouwenspersoon over ongewenst seksueel gedrag te praten.
Het onderzoek is uitgevoerd in 1998 en 1999 onder 2800 vierdeklassers van 22 scholen. Ook zijn ruim veertig vertrouwenspersonen ondervraagd. Volgens tweederde van hen is er op school geen structurele aandacht voor seksuele intimidatie.