• blad nr 19
  • 28-11-2015
  • auteur . Overige 
  • Presteren en belonen

 

Het Mbo, dat is ook niveau 1 en 2

Roc’s willen zich nog meer profileren als beroepsopleiders. Maar wat te doen met de onderste niveaus? Leerlingen met een vmbo-diploma voor wie mbo niveau-2 te hoog gegrepen is, kunnen eigenlijk nergens terecht.

Tekst Marry Schoemaker

Helicon vmbo en mbo Eindhoven, één van de twaalf Helicon vestigingen, biedt aan 530 leerlingen onderwijs binnen het vmbo, mbo-2 en de opleiding boomverzorging op mbo niveau-3. ’s Avonds zijn er cursussen voor volwassenen. De school heeft diverse tuinen, dierverblijven en een ruimte voor bloem en styling.
Van de basisberoepsgerichte leerweg van het vmbo stroomt meer dan de helft van de leerlingen binnen de school door naar mbo niveau-2, wat ze dan verkort kunnen volgen. Leerlingen die voor een andere sector dan groen kiezen, gaan naar een andere school. “Voor leerlingen is het mooi als ze op dezelfde school kunnen blijven. Ze kennen het gebouw, de structuur en docenten en vinden dat prettig. Ze gedijen goed in een schoolse omgeving”, aldus vestigingsdirecteur Wil Laval. Er zijn docenten die zowel op het vmbo als mbo lesgeven.
“De focus ligt in het mbo vaak op niveau-3 en -4, terwijl er een grote groep op niveau-1 en -2 zit die je ook moet bedienen”, volgens teamleider Bregje van der Horst. “Scholen kunnen denken: zonder de lagere niveaus zou het onderwijs een stuk gemakkelijker zijn. Je moet echt veel in huis hebben om deze leerlingen les te geven, deskundig zijn in je vak, maar ook de leerlingen goed aanvoelen. Bovendien moet je goed om kunnen gaan met hun ouders of verzorgers, je moet contacten met het bedrijfsleven kunnen leggen, en om kunnen gaan met leerlingen bij wie het door persoonlijke omstandigheden niet lukt om een hoger niveau te volgen. Het moet je roeping zijn. Je merkt dat vmbo-docenten vaak ook feeling hebben met deze groep. Het is mooi als je de leerlingen de aandacht kunt geven die ze verdienen en ze op de rit kunt helpen. Bij een diploma-uitreiking zijn we trots dat we het toch maar mooi hebben geflikt met z’n allen.”
Al lukt het niet om elke leerling met een diploma de school te laten verlaten. “De begeleidingsstructuur van het vmbo passen we grotendeels ook toe in het mbo, maar niet alles is mogelijk en daarover moeten we realistisch zijn naar ouders en verzorgers.”

Aandacht
Voor Erik Timmermans, docent dierverzorging met als specialisatie paarden bij mbo Eindhoven, was lesgeven op mbo niveau-2 wel een cultuurshock, vertelt hij. “Ik gaf eerst elders les op niveau-4. Daar zeiden leerlingen: Vertel verder. Hier zeggen ze: Ben je al klaar met je verhaal? Maar als je direct aansluit bij hun belevingswereld, houd je wel hun aandacht vast. Als ik een les geef over honden bijvoorbeeld, begin ik met vragen wie er thuis een hond heeft. Het voordeel is dat dit een kleine school is en je alle leerlingen kent. En het is mooi dat de leerlingen veel praktijkervaring op kunnen doen, ook in excursies naar bijvoorbeeld een voederfabriek, ruitersportzaak of dierenartskliniek.” Doordat de school per 1 januari geen praktijkleergelden meer ontvangt van de overheid, staan deze excursies wel onder druk, vertelt directeur Wil Laval.
Laval vindt het belangrijk dat docenten hun verantwoordelijkheid nemen. “Zij zijn degenen die het moeten doen. Ze zijn niet alleen de uitvoerders, maar ook de architecten van het onderwijs.” Door middel van lesobservaties, intervisie en scholingstrajecten kunnen de docenten zich verder ontwikkelen. Laval: “De docenten hier zijn enorm betrokken, pakken veel op en komen met allerlei voorstellen. Daarin willen we hen goed ondersteunen.” Timmermans: “Je kunt hier goed je ideeën en creativiteit kwijt.” De docenten zijn ook betrokken bij diverse beleidsontwikkelingen, zoals het opstellen van de nieuwe beroepsgerichte examenprofielen voor het vmbo die in augustus ingevoerd worden. Laval: “We proberen er daarbij voor te zorgen dat onze leerlingen ook goed door kunnen stromen naar andere sectoren.” Op de mbo-opleidingen van Helicon zijn werkgroepen van docenten gevormd om de herziening van de kwalificatiedossiers op te pakken. Deze landelijke herziening is binnen Helicon opgepakt om tot overeenstemming te komen tot een aanbod van gelijke opleidingen binnen de verschillende vestigingen.

Zelfredzaam
De essentie is dat de leerlingen praktisch zelfredzaam worden op school en in het bedrijf, vindt docent Cor Bertrams. “Ze moeten weten wat er te koop is in de praktijk en daar heel goed in zijn. Daarom doen we ook veel projecten zoals tuinonderhoud bij een zorgcentrum, het aanleggen van een sedumdak en het bekleden van de banken op de binnenplaats met materiaal van gerecyclede autobanden. Daarbij moeten de leerlingen precies weten waar ze aan toe zijn. Vanmorgen verschoven twee lessen. Daar hebben ze een hekel aan.” Achter hem leunt leerling Frank opgelucht achterover. Zojuist heeft hij met Bertrams een mondeling examen plantenkennis afgelegd. Frank bleek het grootste deel van de bomennamen van de toets te kennen. “Ik wil de kwaliteit uit de leerling halen die erin zit. Daarom heb ik Frank apart genomen. Hij wil aanpakken, maar we moeten gewoon het theorieboek doorwerken, toch Frank, ik sta hier toch niet te liegen?”, zegt hij lachend in de richting van Frank. Frank knikt. “Het is gelukt met de toets. Meneer heeft gewoon vaak genoeg gezegd dat ik moest leren. Ik moest elke dag wel een half uur leren. Nu ken ik alle bomen die hier voor de school staan.”
Frank heeft een vmbo-diploma en heeft nu les op mbo niveau-1 omdat niveau-2 te hoog gegrepen bleek. De opleidingen op niveau-1 zijn per 2014 omgezet in eenjarige entreeopleidingen. Hierop worden alleen leerlingen toegelaten die ouder zijn dan zestien jaar en nog geen diploma hebben. Frank heeft mazzel.
In dit tussenjaar is het nog mogelijk met een vmbo-diploma een mbo-opleiding op niveau-1 te volgen. “Elke leerling wil toch met een diploma van school gaan”, aldus Laval. Hiervoor had de school een stuk of acht leerlingen op niveau-1, verdeeld over een paar opleidingen, dat was onrendabel. Nu werkt de school samen met School23 in Eindhoven (Roc Summa), dat onderwijs met intensieve begeleiding biedt, en loopbaantrainingen op maat geeft. “De leerlingen die een groenopleiding willen doen, volgen een dag per week bij ons beroepsgericht onderwijs. Vakken zoals Nederlands en burgerschap volgen ze op School23. Zij kunnen de begeleiding bieden die de leerlingen nodig hebben. Aan het einde van het jaar doen ze examen bij ons op school”, vertelt Laval enthousiast. Ze is blij met deze samenwerking, maar vindt het een groot nadeel dat alleen leerlingen zonder diploma toegelaten kunnen worden tot dit entreetraject. “Er zijn ook leerlingen die wel een vmbo-diploma halen, maar voor wie mbo niveau-2 te hoog gegrepen is. Die kunnen nu nergens terecht. Terwijl we wel een maatschappelijke verantwoordelijkheid voor hen hebben.”

Goede plek
John Rozing herkent deze observatie. Hij werkte jarenlang in de sociale werkvoorziening en het vmbo en is nu teamleider tuin, park & landschap aan het Clusius mbo in Alkmaar. Op deze locatie zijn vmbo en mbo ook georganiseerd binnen één gebouw. “We zoeken naar mogelijkheden om leerlingen die wel een diploma hebben, maar niveau-2 niet redden, toch een kans te bieden. Anders zitten ze thuis op de bank. Dat kost de gemeenschap ook geld.” Binnen de entreeopleiding ziet hij een gevarieerdere groep dan eerder op niveau-1. “Het zijn niet alleen mensen vanuit de sociale werkvoorzieningen, maar ook leerlingen die zijn uitgevallen op het vmbo, van een praktijkschool komen of vanuit andere samenwerkingsverbanden. Vanwege combinaties van beperkingen en stoornissen vraagt deze diverse groep wel veel van het pedagogisch en didactisch vakmanschap van docenten. Maar het is mooi als deze mensen kunnen doorstromen door dit traject en door andere nieuwe initiatieven waarin roc’s, praktijkscholen en andere organisaties samenwerken. Als het lukt en ze komen op een goede plek, dan geeft dat veel plezier en energie, ook omdat ze ontzettend belangrijk zijn voor onze samenleving en economie.”

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.