• blad nr 10
  • 20-5-2000
  • auteur G. van der Mee 
  • Redactioneel

Amsterdamse leerlingen over veiligheid op school 

Sommige meesters kun je niet vertrouwen

Nee, antwoordt een dertienjarig meisje onmiddellijk op de vraag of ze zich op haar school veilig voelt. Van de tienduizenden incidenten per jaar komt maar een kwart bij de docenten terecht. Groot en klein geweld houden het Amsterdamse onderwijs bezig. Leerlingen zijn slachtoffer en dader tegelijk. Zij waren als experts bijeen in het voetbalpaleis de Arena.

Abdoul kust zijn blonde vriendin maar trekt plotseling een grimas als hij merkt dat ze lippenstift op heeft. 3Slet2, roept hij. Zij schreeuwt verontwaardigd terug: 3Hoezo? Noem jij mij soms een hoer?2 Er volgt een kleine worsteling, het meisje valt op de grond en Abdoul loopt ziedend weg. De jongetjes op de eerste rij glunderen. Zo levensecht hebben ze het nog niet meegemaakt. Dat zei hij toch maar mooi: Rslet1. Er volgt nog een heuse vechtpartij tussen Abdoul en een vriend van het meisje. Vet zeg, nog beter dan op tv!
De veiligheidsdag voor Amsterdam-West in de Arena is begonnen. Leerlingen zijn de beste experts als het gaat om suggesties voor een veilige school, daarom zijn er 250 brugklassers uitgenodigd, samen met hun docenten.
Wie heeft er een oplossing voor de vechtende jongens? 3De meester moet eerder geroepen worden2, vindt een meisje. Er wordt een meester uit het publiek geplukt, maar het blijkt geen gemakkelijke klus de vechtende acteurs te scheiden. Heeft hij de één gekalmeerd dan begint de ander weer te schoppen. Maar gouden regel één is dan ook: Ga er altijd met z1n tweeën op af. Twee vrijwel identiek uitziende mannen van middelbare leeftijd komen naar voren, type potige Amsterdammer: Janssen en Janssen. Janssen 1 buigt zich onmiddellijk naar de eerste rij, hoezo zaten zij te genieten tijdens het vechten? De jongetjes zijn opeens muisstil.
De scène wordt overgespeeld. Janssen 1 neemt Abdoul in een houdgreep, Janssen 2 grijpt de vriend. Abdoul mag zijn verhaal doen op voorwaarde dat hij niet scheldt, met twee woorden spreekt en meneer zegt. Het werkt, ze worden weer rustig. Janssen en Janssen onder luid applaus weer af. De andere docenten kijken sceptisch toe: 3Met zo1n postuur kan ik het ook2, zegt een wat nietiger gebouwde collega jaloers. 3En er zit geld aan vast2, weet een ander.

Rust
In werkelijkheid heet het duo Ruud Bröing en Hans Nolting, ze zijn beiden gymnastiekleraar maar volledig vrijgeroosterd om in school ruzies te sussen en oververhitte leerlingen een time-out te geven. Ze kennen iedereen en zien alles. Op het Novacollege in Amsterdam-West doen ze goed werk, vroeger waren vechtpartijen er aan de orde van de dag. Nu heerst er rust onder het vaderlijk gezag van de beide heren. 3Het kost heel veel geld2, weet Hans Winkel, teamleider sector economie van de bewuste school, 3want ze zijn helemaal uitgeroosterd en het zijn natuurlijk niet zomaar mensen van een beveiligingsdienst. Door hun vak weten ze ook nog eens hoe ze een vechtpartij moeten hanteren, ze dwingen respect af.2
Rust, regelmaat en structuur brachten de veiligheid terug op school. Drie jaar geleden is het overleg met de teamleiders begonnen, er werden trainingen gevolgd om te leren omgaan met agressie. Winkel heeft zijn twijfels over het effect van deze veiligheidsdagen in de Arena: 3Kijk, het is natuurlijk een leuke kick-off voor de leerlingen, maar op de scholen zelf veroorzaakt het onrust. De Janssens zijn er niet, bepaalde docenten en klassen zijn er niet. Dan heb ik het nog niet over het geld dat dit allemaal kost. Ik denk dat je dat beter op iedere school apart had kunnen gebruiken, want daar hoort het veiligheidsbeleid ook thuis.2
Peter van der Zon, de docent die op het Grafisch lyceum in elkaar geslagen werd (zie HOb 9), noemde als een van de problemen dat er leerlingen met een te laag niveau worden aangenomen. Die raken gefrustreerd omdat de stof te moeilijk is voor ze. Een docent van het Ondernemerscollege wees ook op dat verschijnsel. Speelt het een rol op het Novacollege? Hans Winkel ziet een andere ontwikkeling: 3Ik heb juist het gevoel dat ze bij ons assertiever worden en beter weten wat ze willen. Wij hebben wel voor leerlingen die het niveau niet aankunnen zogeheten time-out-projecten. Een soort bedrijfjes waarbij ze in de praktijk bezig kunnen zijn.3 Met een cynische ondertoon: 3Dat schijnt tegenwoordig ook van de staatssecretaris te mogen.2

Incidenten
Uit een onderzoek in 1998 naar de veiligheid op scholen in Amsterdam bleek dat van de tienduizenden incidenten per jaar, een kwart bij de leraren bekend is. Slechts eenderde van de leerlingen is nooit slachtoffer geweest, de meeste daders zijn jong (tien tot veertien jaar). Een onderdeel van het veiligheidsplan dat op de scholen moet gaan werken, is het inzetten van leerlingen bij het oplossen van conflicten. Oudere leerlingen worden daarvoor speciaal opgeleid, zij moeten de jongeren duidelijk maken dat je nog iets anders kunt doen dan vechten of vluchten. Het idee is afkomstig van slachtofferdeskundige Carl Steinmetz. Zijn bureau werkte een methode uit die in andere sectoren al veel succes had. Tijdens een workshop wordt die gedemonstreerd.
Opnieuw zijn er de acteurs die uitvoerig ondervraagd worden over een incident in de klas. De leerlingen kijken kauwgomkauwend en lollyzuigend toe. Hoe vonden ze de demonstratie? Tayiba Gilani en Rutiye Özdemir: 3Saai, we dachten dat wij ook wat mochten doen.2 Ze zitten in de mavo/havo-klas 1F van het Marcanticollege. Als het woord Rveilig1 valt, vertellen ze onmiddellijk dat er al drie jongens in één jaar tijd gedood zijn. Nee, niet op school maar vanwege ruzie om geld ofzo, ze weten niet precies waar.
Voelen jullie je veilig op school? Tayiba onmiddellijk: 3Nee.2 Geschrokken: 3Nou ja, soms niet.2 Rutiye: 3Wel als de meester goed oplet. Er zijn nogal wat jongens die dom doen. Bij ons vertelt ook niet iedereen wat er gebeurt, sommige meesters zijn niet te vertrouwen, die gaan dan vertellen dat jij iemand beschuldigd hebt, nou dan kun je natuurlijk wel inpakken.2 Er schuiven nog drie leerlingen van klas 1F bij: Bernice Boekstaaf, Haliuma El Khatouti en Claudia de Jong. Zo1n dag over veiligheid vinden ze wel goed. Claudia: 3Want er zijn heel veel kinderen agressief.2 Zelf was ze dat ook vaak, maar nu veel minder. Gillend van de lach valt ze haar vriendin Bernice om de nek, ze halen herinneringen op aan die ene vechtpartij toen Claudia aan Bernices haar trok. Grootste probleem op school vinden ze het stelen. Van Claudia (3ik moet altijd bereikbaar zijn2) werden twee zaktelefoons gestolen. Rutiye raakte haar abonnement kwijt. Ze kijken zorgelijk, maar naar een andere school zouden ze niet willen. Claudia: 3Ach, het is toch overal hetzelfde.2 Dat er in de klas vaak hoogoplopende conflicten zijn wordt geweten aan Rjaloezie1 en Roverdrijven1. Echte gevechten vinden meestal buiten school plaats. Wat je daar tegen kunt doen? Ze weten het niet, het idee om de conciërge er op af te sturen wordt direct weer verworpen.

Stinken
Paul Engberts, mentor van 1F, vindt zijn pupillen niet moeilijk: 3Een vbo/mavo-brugklas is veel zwaarder, met deze kinderen kun je tenminste nog een gesprek voeren.2 Hij werkt al zeven jaar op het Marcanti en geeft Nederlands en aardrijkskunde aan de onderbouw. Ja, hij praat veel met zijn leerlingen, soms spelen ze na wat er gebeurd is. 3Ze moeten leren zich te beheersen. Dat kun je wel met woorden zeggen, maar je moet ook non-verbale methoden toepassen.2 Hij vindt juist dat ze ruzies buiten school soms beter oplossen. 3Buiten school moeten ze het zelf doen, hier is het veiliger en wordt alles op het bordje van de meester gelegd. Dan roepen ze Rde meester deed niks1. Ik denk niet dat je altijd wat kunt doen.2 Hij vindt dat er in de afgelopen jaren al wel het een en ander ten goede is veranderd. Er zijn trainingen geweest voor het personeel, er wordt meer met de leerlingen gepraat. Maar het blijft onvoldoende. Ze zitten nog steeds in het oude noodgebouw, dat naar pis is gaan stinken en waar je bij zonnig weer wegbrandt. Een nieuw gebouw komt er godzijdank aan. En gelukkig krijgt ook het Marcanti straks een Janssen en Janssen, dat zal veel docenten ontlasten. Meer geld en meer personeel is zijn devies, dan heb je als team ook eens tijd om bepaalde zaken af te stemmen. 3Nu kijkt de één scheef naar een ander als hij er een leerling uitstuurt omdat die zijn boek vergeten is. Over dat soort zaken moet je samen praten en één lijn trekken. Je kunt elkaar dan ook beter steunen.2
Dat een docent zijn geduld wel eens verliest tegenover een leerling kan hij zich heel goed voorstellen. De rector van het Calandlyceum, die geschorst werd door de deelraad wegens intimiderend gedrag, heeft de steun van al zijn collega1s. Engberts: 3Ik kan het me goed voorstellen maar het mag niet, je moet altijd probleemoplossend bezig zijn.2

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.