• blad nr 10
  • 20-5-2000
  • auteur G. van der Mee 
  • Redactioneel

 

Enschedese leerlingen praten de ellende van zich af

Vrijwel alle scholen in Enschede hebben de maandag na het rampweekeinde hun programma aangepast. Het belangrijkste advies aan de leerkrachten was: Laat leerlingen praten over wat ze hebben meegemaakt.

Wij waren in eerste instantie bezig uit te zoeken of iedereen het overleefd had², vertelt Emma Stemerding. Ze werkt op een school voor speciaal onderwijs, die weliswaar niet in het rampgebied staat maar die door zijn regionale functie wel leerlingen heeft die er woonden. ³Gelukkig zijn er bij ons geen doden gevallen, een paar van onze leerlingen zijn wel alles kwijt.² Op het moment van de ontploffing van de vuurwerkfabriek was Emma Stemerding aan het werk in de tuin van haar moeder, niet ver van het gebied: ³Het is nog onwezenlijk voor me. Je hebt het idee dat de wereld vergaat.²
Eddy Kokhuis was op de maandag na de ramp al vroeg op de Praktijkschool waar hij werkt. Ook daar heeft gelukkig iedereen het overleefd: ³Er zijn er twee nog niet opgespoord, maar daarvan weten we wel dat ze gezien zijn. Bij ons is ook een aantal leerlingen alles kwijt. We hebben alleen in de ochtend met de leerlingen gepraat. Het advies dat wij kregen was: Laat ze nu hun verhaal doen. Dat is belangrijk, anders krijg je het later voor 150 procent terug.²

De eerste klap
In de straten rond de vuurwerkopslagplaats stonden twee scholen voor voortgezet onderwijs en een openbare basisschool, de Noordlinde. De Noordlinde is een dubbele school, het gebouw in de Damstraat is dusdanig ontwricht dat het zeker twee weken niet meer mag worden gebruikt. Jan van Esseveld, hoofd van de school, was op het moment van de ontploffingen 200 meter van de onheilsplek. ³Bij de eerste klap zei ik direct tegen mijn vrouw: Dit is foute boel. We zijn met de auto snel naar huis gereden. De auto is wel beschadigd, maar ja. Toen ben ik op de fiets snel teruggegaan naar de school in de Damstraat, waar we later niet meer in mochten. Met een aantal collega¹s heb ik de server meegenomen, want we zijn aangesloten op een netwerk.² Tot elf uur ¹s avonds reed Jan van Esseveld nog door de wijk om met iedereen te praten en mensen op te zoeken. Zondagochtend om half acht was hij present in het andere gebouw van de Noordlinde aan de rand van het rampgebied in de Zaanstraat waar maar één raam gesneuveld was. Er werd een crisisteam samengesteld om alle leerlingen op te vangen. Maandagochtend werden de leerlingen van de Damstraat opgevangen in een buurthuis. Van de 330 leerlingen woonden er 71 in het kerngebied van de ramp, 66 van hen meldden zich maandag op school, ze zijn alles kwijt. Van Esseveld: ³Natuurlijk hopen wij dat de andere vijf zich ook nog zullen melden. Naast de 71 waren er nog zo¹n honderd kinderen die buiten de wijk moesten slapen omdat ze hun huis niet in mochten.²

Chaotisch
De schoolleider had maandag een chaotische dag achter de rug: ³Het is een energievretende toestand. Behalve aan de leerlingen moet er ook aandacht zijn voor de emoties van het personeel. Die hebben ook heel veel te verstouwen. We willen dat morgen doen.² Op dinsdag zal het lesprogramma weer normaal worden hervat, want, zo weet Esseveld, kinderen willen niet de hele dag door over de ramp praten, die snakken op een gegeven moment naar Œgewoon¹ een structuur: ³Ze moeten niet steeds terechtkomen in de chaos van de volwassenen.² Vanavond zal hij weer op zijn fiets stappen om de leerlingen op te zoeken en hen ervan te overtuigen dat het echt nodig is om naar school te komen, juist nu.

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.