• blad nr 3
  • 7-2-2015
  • auteur B. Hoogenboom 
  • Kleine column

 

Curriculum 2032

Dat ons onderwijs is bedoeld voor iedereen weten we allemaal. De Algemene Onderwijsbond gaat daarin nog een stuk verder dan onze overheid, omdat wij er van overtuigd blijven dat ons onderwijs een publieke zaak is, van de peuters tot en met de masters. Dat de deelnemers er profijt van hebben is fijn, maar als we naar het grote geheel kijken is onderwijs het bind- en bloeimiddel voor onze samenleving. Dat moet altijd zo blijven.

Bij het antwoord de vraag of het onderwijs van iedereen is, aarzel ik toch een beetje. Als je de hierboven geschetste situatie doortrekt, dan klopt het in die zin dat we het met elkaar moeten betalen. Maar of iedereen er dan ook evenveel over te zeggen mag hebben? Het lijkt me niet verstandig.

Staatssecretaris Dekker denkt daar anders over, of doet in ieder geval alsof. Hij wilde een discussie op social media over de toekomst van het onderwijs: #2032. Op zich oogt dat leuk, aan Nederland vragen hoe het curriculum van 2032 er uit moet zien en zeggen dat je er mee aan de gang gaat. Maar meer dan leuk voor de bühne is het eerlijk gezegd niet.

Je kunt niet verwachten dat je het Ei van Columbus krijgt aangereikt in de grabbelton van de sociale media. En de verwachting wekken dat mensen hun wensen vervuld zullen zien is ook een tikje vals. Zelfs als je buiten beschouwing laat dat de discussie over wat relevant is voor het onderwijs van overmorgen op een hoger abstractieniveau moet worden gevoerd dan ‘iedereen een tablet!’ of ‘meer aandacht voor ondernemen!’.

De kern van ons onderwijs? Goede talenkennis en rekenvaardigheid, een analytisch werk- en denkniveau ontwikkelen waarmee scholieren zich kunnen aanpassen aan de eisen van overmorgen. De sleutel ligt echt bij ons. Bij het onderwijspersoneel. Bij de leraren die dag in dag uit voor de klas staan. Wij moeten er voor zorgen dat we leerlingen klaarstomen voor de maatschappij. Dat doen we door de 'eeuwige' kennis te combineren met de laatste ontwikkelingen.

Dat kunnen we beter als de overheid en onze werkgevers ons daar de ruimte voor geven. Natuurlijk proberen we rekening te houden met de wensen van de wereld om ons heen. We praten met leerlingen, met ouders, met vertegenwoordigers van vervolgopleiders, met mogelijke werkgevers voor de jongeren die we nu voor ons in de klas hebben. Het is moeilijk de suggesties van eenieder mee te nemen, maar we doen ons best. Onze staatssecretaris bedoelde het ongetwijfeld goed, maar het is onmogelijk om de ideeën van heel Nederland mee te nemen in het curriculum van de toekomst. Hij moet zich concentreren op het stellen van de juiste kaders en de professionals voor de klas niet opzadelen met onrealistische verwachtingen van de samenleving, maar vertrouwen hebben in hun kennis van het werk dat ze doen.

Ben Hoogenboom
Bestuurder AOb

Dit bericht delen:

© 2025 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.