• blad nr 14
  • 26-8-2000
  • auteur . Overige 
  • Redactioneel

 

Brokkelen de zuilen af?

In Het Onderwijsblad 13 beschrijft Onno Bosma onder de kop ŒZuilen brokkelen af¹ een proces, waarbij Œkoepelorganisaties¹ voor openbaar en protestants-christelijk onderwijs op het punt staan te verdwijnen. Hij schetst voor de lezers een beeld en motieven van betrokken organisaties in dit proces, dat duidelijk maakt dat zijn contacten in althans organisaties voor openbaar onderwijs niet van recente datum zijn. Deze organisaties zullen wellicht zelf een en ander recht willen zetten. Ernstiger is dat Bosma de consequenties voor personeel in het openbaar onderwijs van een eventueel verdwijnen van het CBOO (Contactcentrum ter bevordering openbaar onderwijs) niet aan zijn lezers voorhoudt. Ik noem hier enkele punten.

Het CBOO is de enige organisatie, waar door historische redenen personeels- en ouderorganisaties een eigen en duidelijk geluid kunnen laten horen dat ook landelijk wordt opgevangen. De organisatie voor bestuur en management Vos/ABB heeft er nooit deel van uitgemaakt, hetgeen Bosma wel suggereert. Met het verdwijnen van het CBOO zou een platform voor het openbaar onderwijs, waar personeel in dat onderwijs aantoonbaar invloed kan uitoefenen, dus ook weg zijn.

Het CBOO is bij instellingsbeschikking van september 1999 wederom door de overheid erkend als partner in overleg en heeft mede tot taak de bewaking van door de overheid aan te bieden grondwettelijk vereist openbaar onderwijs voor zijn rekening te nemen. Als scribenten als Bosma suggereren dat dat niet meer nodig is, moet hij ook aangeven dat die stellingname consequenties kan hebben voor de rechtspositie van onderwijzend personeel in overheidsdienst (ambtenarenstatus). Dat Abvakabo-leden die werkzaam zijn bij rijksuniversiteiten de ambtenarenstatus niet wensen op te geven, is recent gebleken. De openbare afdeling Avmo van de AOb ziet mede daarom het belang van een geledingenplatform voor het openbaar onderwijs (i.c. het CBOO) nog steeds als noodzaak om met de overheid en andere actoren die verantwoordelijk zijn voor openbaar onderwijs in dialoog te blijven.

Het CBOO heeft een netwerk van vertegenwoordigingen in provincies en andere organen. Daarin werken VOO- en Avmo-mensen samen aan dezelfde zaak. Als het CBOO zou worden opgedoekt, betekent dat concreet dat de standpunten van personeel aan openbare scholen, die nu nog via Avmo in CBOO-verband kunnen worden uitgedragen in deze gremia niet meer worden gehoord. Wie dan de overhand krijgen in het besluitvormingsproces over openbaar onderwijs laat zich raden!

Wat afbrokkelt bij verdwijnen van het CBOO is dus niet een zuilaire koepelorganisatie - die heeft in het openbaar onderwijs nooit bestaan -, maar invloed van personeel aan openbare scholen op het besluitvormingsproces over openbaar onderwijs.



Martien Hietbrink, Avmo-voorzitter, openbare afdeling van de AOb

Dit bericht delen:

© 2025 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.